Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
aiToolsTab
Beta
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
10. Klasse Kapitel 5.4. Grammatik C
Willkommen bei Deutsch
1 / 29
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 4
In deze les zitten
29 slides
, met
interactieve quizzen
,
tekstslides
en
7 videos
.
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Willkommen bei Deutsch
Slide 1 - Tekstslide
Thema?
..., die
..., der
Wie nennt man diese Wörter?
Slide 2 - Tekstslide
In deze les leer je over het betrekkelijk voornaamwoord of Relativpronomen.
Doel: Je kan het Relativpronomen in de juiste naamval toepassen.
Slide 3 - Tekstslide
Welk woordje hiernaast is het Relativpronomen?
Slide 4 - Open vraag
Wat is het verschil tussen aanwijzend, betrekkelijk en persoonlijk voornaamwoord?
Slide 5 - Tekstslide
Dort sitzt ein Hund (m).
Ich habe
ihn
gestern gesehen.
Dort sitzt ein Hund (m).
Den
habe ich gestern gesehen.
aanwijzend (Demonstrativpronomen)
betrekkelijk
(Relativpronomen)
persoonlijk
(Personalpronomen)
Dort sitzt ein Hund (m),
den
ich gestern gesehen habe.
Slide 6 - Sleepvraag
Also...
Betrekkelijk: woord uit bijzin verwijst naar een zelfstandig naamwoord in de hoofdzin.
Aanwijzend (demonstratief): verwijzende waarde, die nadrukkelijker is dan die van andere voornaamwoorden!
De rijtjes voor beide zijn hetzelfde!
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Video
Uit de zin 'Der Mann, den du gesehen hast, ist mein Onkel.' maak je van 'den du gesehen hast' een hoofdzin. Hoe luidt die?
Slide 9 - Open vraag
Slide 10 - Video
Ø
dessen
den
dem
dem
die
der
die
der
dessen
das
deren
denen
deren
Slide 11 - Sleepvraag
Anwendung (toepassing)
Öffne jetzt Na Klar! auf S. 219/ Handbuch 30&64
und verwende das Schema!
Slide 12 - Tekstslide
Stappenplan
Naamval van het betrekkelijk voornaamwoord in de bijzin bepalen
Naar welk woord in de hoofdzin verwijst het?
Geslacht van het woord bepalen en juiste vorm invullen!
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Video
Hoe luidt het betrekkelijk voornaamwoord in de zin: Der Mann, mit (wie) ... ich redete, ist mein Lehrer.
A
der
B
dessen
C
dem
D
den
Slide 15 - Quizvraag
Slide 16 - Video
Slide 17 - Video
Vul in: Der Schüler, auf ... ich lange warten musste, ist immer zu spät.
Slide 18 - Open vraag
Slide 19 - Video
Vul in: Die Frau, (wier) ... Sohn in München wohnt, kommt aus Berlin.
A
die
B
deren
C
der
D
denen
Slide 20 - Quizvraag
Slide 21 - Video
Das Bild, ..... du gekauft hast, ist sehr schön.
A
der
B
dem
C
das
D
des
Slide 22 - Quizvraag
Das Mädchen, mit ..... ich in der Tanzstunde gehe, ist meine Freundin.
A
die
B
dem
C
der
D
das
Slide 23 - Quizvraag
Die Kinder, ..... der Weihnachtsmann nichts schenkte, waren sehr traurig.
A
die
B
deren
C
denen
D
dessen
Slide 24 - Quizvraag
Die Bücher, ..... da auf dem Tisch liegen, habe ich noch nie gelesen.
A
den
B
die
C
der
D
denen
Slide 25 - Quizvraag
Gerhard erzählt von seinem Schwager Hans, ..... er sehr bewundert, hat er viele Bergtouren gemacht .
A
dem
B
der
C
den
D
des
Slide 26 - Quizvraag
Hoe goed begrijp je het Relativpronomen?
Ich verstehe ...
A
gar nichts
B
ein bisschen
C
großteils
D
ALLES
Slide 27 - Quizvraag
.. und jetzt die Aufgaben!
Mache auf Na Klar online, Kapitel 5.4, 5.1:
Aufgabe 33: Das Relativpronomen
Aufgabe 2, 3, 4, 5
Slide 28 - Tekstslide
Doelen bereikt?
1. Ken je het schema?
2. Waarvoor heb je het woord, waarop het betrekkelijk voornaamwoord terugslaat, nodig?
3. Hoe bepaal je vervolgens de naamval van het betrekkelijk voornaamwoord?
Slide 29 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
10. Klasse Kapitel 5.4. Grammatik C
May 2024
- Les met
29 slides
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 4
6. Het betrekkelijk voornaamwoord
June 2023
- Les met
26 slides
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 5
6. Het betrekkelijk voornaamwoord
June 2022
- Les met
39 slides
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 5
Wiederholung Relativpronomen
June 2024
- Les met
26 slides
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 4-6
PeuL_Relativpronomen
April 2022
- Les met
13 slides
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
PeuL_Relativpronomen
March 2024
- Les met
16 slides
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
Pronomen
March 2021
- Les met
12 slides
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 4-6
Deutsch Relativsätze
June 2021
- Les met
20 slides
Duits
HBO
Studiejaar 2