Week 40 - periode 1 - Spelling

Volg de les mee op LessonUp!
Pak:
-je agenda,
-je boek+schrift,
-je Chromebook
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Volg de les mee op LessonUp!
Pak:
-je agenda,
-je boek+schrift,
-je Chromebook

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Valt je iets op?

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vrijdag 8 oktober

Wat gaan we doen:
  • H. 1.5-Spelling, blz. 30
  • Quizje over theorie H.1.5-Spelling
  • Huiswerk vrijdag 15-10, 5e uur:
                                  --> H.1.5 blz. 30 - opdracht  2+3   
                                          > 3 fouten? Maak opdr. 4, 5, 6
                                          < 3 fouten? Maak opdr. 7 en 8
Kijk je werk na in Classroom

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan het einde van deze les ...
  • . . . kun je de leestekens en aanhalingstekens toepassen in de huiswerkopdrachten 
  • . . . weet je weer wat de persoonsvorm tegenwoordige tijd enkelvoud is
  • . . . kun je de persoonsvorm tegenwoordige tijd enkelvoud toepassen in de huiswerkopdrachten 


Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zoek de fout 

Waar ontbreekt de komma?

Wat doet dit met de betekenis van de zin?

Slide 5 - Tekstslide

De komma ontbreekt in de volgende zin:
'Ben je minimaal 15 jaar beschikbaar op twee avonden en op zaterdag.'
 
De komma moet achter '15 jaar'. Zo dus: Ben je minimaal 15 jaar, beschikbaar op twee avonden en op zaterdag?

 In de huidige vorm (zonder komma) betekent de zin eigenlijk dat je 15 jaar lang beschikbaar zou moeten zijn.


1) tussen twee persoonsvormen,
 -->Als je hard gerend hebt, rust je even uit op het gras.
2) tussen delen van een opsomming
  -->Leg je schift, je Chromebook en je lesboek op tafel
3) tussen bijvoeglijke naamwoorden:
  -->Een leuke, eenvoudige, snelle opdracht.
4) voor voegwoorden als hoewel, omdat, zodat, opdat, als, indien,               maar, aangezien, doordat en terwijl.
5) Bij tussenwerpsels --> Je hoeft niet te helpen, hoor.
      Hé, luister eens naar me.
6) Bij aansprekingen --> Nina, let eens op. Ga eens wat doen, Erik!




Een komma hoort:

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies





-->Pak je boek erbij
-->Ga naar H. 1.5-Spelling, blz. 31
-->We lezen samen het stukje                       onderaan over 'Aanhalingstekens'

 


Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

pv-tt-ev


Wat staat hier?

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De persoonsvorm spellen in de

tegenwoordige tijd


Als de persoonsvorm in de tegenwoordige tijd staat,

zijn er maar drie mogelijkheden

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1. STAM

Enkelvoud ik-vorm of jij erachter:

schrijf alleen de stam



ik fiets

ik praat

ik vind


fiets jij

praat jij

vind jij

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2. STAM + T

Enkelvoud andere vormen:

schrijf de stam + t



zij praat

het regent

Fred vindt

Nikola beantwoor... de vraag

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

3. HELE WERKWOORD

Meervoud:

schrijf het hele werkwoord op


wij lopen

zij fietsen

jullie praten


Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Video

Deze slide heeft geen instructies


Quizje! 
Vul in: 
de code (linksonder in het scherm) en doe mee!

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het jongetje vroeg aan zijn moeder: ‘Zijn we er bijna’?
A
Goed
B
Fout

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Thomas zei ‘Daar heb ik geen zin in.’
A
Goed
B
Fout

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


A
hij bediend
B
hij bedient

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat (betekenen) dit woord?
A
betekent
B
betekendt
C
betekend

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Werkwoordspelling?
A
Makkie!
B
Gaat best prima
C
Toch wel weggezakt
D
Lastig!

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies





-->Chromebook opruimen
-->Pak je boek+schrift erbij
-->Ga naar H. 1.5-Spelling, blz. 30

 


Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vragen over zinsdelen, leestekens, DT's of dicteewoorden?
Aan de slag - Pak je boek+schrift
MAKEN: H.1.5 blz. 30 - opdracht 2+3   
                                          > 3 fouten? Maak opdr. 4, 5, 6
                                          < 3 fouten? Maak opdr. 7 en 8
 Wat?


Met wie?

Hulp?

Klaar?



Zelfstandig, in stilte
 Steek je vinger op
-Kijk opdrachten na in Classroom
-Maak een samenvatting van H.1.2, H.1.5, H2.2, als hulp   bij het leren voor de toetsweek

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies