Vorbereitung Klassenarbeit

Vorbereitung Klassenarbeit

herhaling Relativpronomen

herhaling comparariv en superlativ

werkbladen

Herhaling Relativpronomen

Dat is de vis, die we laatste kee ook hadden.

De recepten, die je nog hebt, liggen daar.

Dat is het toetje, dat je altijd neemt.

Het gerecht, ______ je besteld hebt, is lekker.

De test, _______ je gescheven hebt. was moeilijk.

Herhalig superlativ

Normalform	Comparativ	Superlativ
mooi	mooier	mooist
groot	groter	grootst
graag	liever	liefst
goed	beter	best
veel	meer	meest
weinig	minder	minst

Herhaling comparativ en superlativ

Het huis is groter dan de fiets. Het museum is het grootst.

Dit huis is groot, maar dat huis is ___________.

Deze koffer is ____________ dan die koffer. (licht)

Het schrift is duur.
Dit schrift is ________ .
Dat schrift is het _________.

Schrijf een 

werkbladen

Wat je kunt leren

Informatie toets

woensdag 7 mei

Ik ben er niet, maar een ander docent