T3 les 6 afleidingen/samenstellingen

Samenstelling 
of 
afleiding?
1 / 50
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsLager onderwijs

In deze les zitten 50 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Samenstelling 
of 
afleiding?

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Video

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Verbind de grondwoorden met het passende voor- of achtervoegsel
a
her
vol
on
aller
liefde
kennen
beste
eerlijk
sociaal

Slide 6 - Sleepvraag

Wat is de betekenis van het voorvoegsel anti-?

A
zonder
B
opnieuw
C
tegen
D
verkeerd

Slide 7 - Quizvraag

Wat is de betekenis van het voorvoegsel mis-?
A
zonder
B
opnieuw
C
niet meer
D
verkeerd

Slide 8 - Quizvraag

Wat is de betekenis van het voorvoegsel ex-?
A
zonder
B
opnieuw
C
niet meer
D
slecht

Slide 9 - Quizvraag

Wat is de betekenis van het voorvoegsel wan-?
A
zonder
B
opnieuw
C
niet meer
D
slecht

Slide 10 - Quizvraag

Wat is de betekenis van het voorvoegsel her-?
A
zonder
B
opnieuw
C
niet meer
D
niet

Slide 11 - Quizvraag

p 89

Slide 12 - Tekstslide

Wat is het grondwoord in vluchteling?

Slide 13 - Open vraag

Wat is het grondwoord in overlast?

Slide 14 - Open vraag

Wat is het grondwoord in werkelijk?

Slide 15 - Open vraag

Wat is het grondwoord in antwoord?

Slide 16 - Open vraag

Wat is het grondwoord in gebouw?

Slide 17 - Open vraag

Wat is het grondwoord in onweer?

Slide 18 - Open vraag

Wat is het grondwoord in wanhoop?

Slide 19 - Open vraag

Wat is het grondwoord in stormachtig?

Slide 20 - Open vraag

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

maak een afleiding met het grondwoord:
geweld

Slide 23 - Woordweb

juiste antwoorden
geweldig
geweldloos

Slide 24 - Tekstslide

afleiding met grondwoord:
vlucht

Slide 25 - Woordweb

juiste antwoorden
gevlucht
vluchteling

Slide 26 - Tekstslide

afleiding met grondwoord:
vreemd

Slide 27 - Woordweb

juiste antwoorden
vervreemd
ontvreemding
vreemdeling
vreemder

Slide 28 - Tekstslide

afleiding met grondwoord:
snel

Slide 29 - Woordweb

juiste antwoorden
snelheid
versnelling

Slide 30 - Tekstslide

afleiding met grondwoord:
bang

Slide 31 - Woordweb

juiste antwoorden
bangheid
banger
bangelijk


Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Tekstslide

p 90

Slide 34 - Tekstslide

VOORvoegsel
ACHTERvoegsel
VOOR- en ACHTERvoegsel
vervreemd
ontvlucht
ontaard
bangelijk
interviewer
snelheid
ontvreemding
onaardig
versnelling

Slide 35 - Sleepvraag

Slide 36 - Tekstslide

p 91

Slide 37 - Tekstslide

vries
aangenaam
vlucht
eerd
vatten
kracht
modern
lelijk
wijken

Slide 38 - Sleepvraag

grap
voetbal(l)
leid
vergeet
respect
grap(p)
bezet(t)
ongemak
voorzichtig

Slide 39 - Sleepvraag

Slide 40 - Tekstslide

p 91

Slide 41 - Tekstslide

De afleiding is 'onwettig', wat is het grondwoord?
A
on
B
ig
C
wett
D
wet

Slide 42 - Quizvraag

De afleiding is 'verzekering', wat is het grondwoord?
A
ver
B
zekering
C
zeker
D
ing

Slide 43 - Quizvraag

De afleiding is 'betovering', wat is het grondwoord?
A
be
B
betover
C
tover
D
ing

Slide 44 - Quizvraag

De afleiding is 'onhandelbaar', wat is het grondwoord?
A
on
B
handel
C
baar
D
handelbaar

Slide 45 - Quizvraag

Slide 46 - Tekstslide

p 92

Slide 47 - Tekstslide

Het grondwoord is 'werk' bedenk een samenstelling

Slide 48 - Open vraag

Het grondwoord is 'werk' bedenk een afleiding

Slide 49 - Open vraag

Slide 50 - Tekstslide