In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
3.6 Groen winkelen
Slide 1 - Tekstslide
Wat ga je leren?
* Wat het verschil is tussen 'gewone' en biologische producten
* Wat recycling is?
* Hoe je nog meer goed kan zorgen voor het milieu.
Slide 2 - Tekstslide
Grondstoffen
Eindproducten
Marsreep
Cacaoboon
Katoen
Jeans
Suikerbieten
Plastic
Pizza
Kaas
Meel
Slide 3 - Sleepvraag
Een marsfabriek koopt grondstoffen in voor €0,45. De groothandel koopt de marsreep van de fabriek voor €0,70. Wat is de toegevoegde waarde.
Slide 4 - Open vraag
De volgorde van de bedrijfskolom Van grondstof tot consument Grondstof
A
Marsfabriek
B
Grondstoffenhandel
C
telers cacaubonen
D
winkelbedrijven
Slide 5 - Quizvraag
De volgorde van de bedrijfskolom Van grondstof tot consument Wie koopt van de cacao telers?
A
Marsfabriek
B
Groothandel eindproducten
C
Winkelbedrijven
D
Grondstoffenhandelaar
Slide 6 - Quizvraag
De volgorde van de bedrijfskolom Van grondstof tot consument Consument koopt van de...
A
Groothandel eindproducten
B
Winkelbedrijven
C
Marsfabriek
D
Grondstoffenhandelaar
Slide 7 - Quizvraag
3.6 Groen winkelen
- Zitten volgens de plattegrond
- Boek open op blz. 88
- Nakijken
- Uitleg
- Aan het werk
Slide 8 - Tekstslide
Leerdoelen
Aan het einde van de les weet je wat....
- Een assortiment is
- Biologische producten zijn
- Recycling is
- Duurzaam ondernemen is
- Waarvoor statiegeld voor bedoelt is
Slide 9 - Tekstslide
Assortiment zijn alle verschillende producten die een bedrijf te koop heeft.
Het assortiment is afgestemd op de behoeften van de klant (Marketingmix).
Assortiment
Slide 10 - Tekstslide
Biologische producten zijn levensmiddelen die milieuvriendelijk zijn geteeld, dus zonder gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen en kunstmest).
De producten zijn meestal duurder dan niet-biologische producten.
Biologische producten
Slide 11 - Tekstslide
Recyclen betekent het opnieuw gebruiken van bruikbare materialen uit afval.
Door recycling wordt minder afval verbrand of gestort, zijn er minder nieuwe grondstoffen nodig en kost het minder energie om nieuwe producten te maken.
Plastic, papier en glas kun je recyclen.
Recycling
Slide 12 - Tekstslide
Statiegeld is geld dat je terugkrijgt als je een lege verpakking inlevert. Je betaalt statiegeld als je dit koopt.
Hierdoor komt er minder afval in de natuur terecht.
Hergebruiken (Statiegeld)
Slide 13 - Tekstslide
Duurzaam ondernemen betekent een manier van ondernemen waarbij het milieu zo weinig mogelijk wordt belast.
Bijv. biologische producten
Duurzaam ondernemen
Slide 14 - Tekstslide
Gatentekst
Het 1) _______ van supermarkten is steeds groter aan het worden. Dit komt door de komst van 2) _______, die steeds meer verkocht worden. De samenstelling van het assortiment valt onder de 3) _______ van de supermarkt. Supermarkten doen dit om een positieve bijdrage te leveren aan onze planeet en omdat ze graag 4) _______. Op bepaalde drankenverpakkingen zit 5) _______ om 6) _______ te stimuleren.
Vul in in de tekst!
Assortiment
Biologische producten
Statiegeld
Productbeleid
Recyclen
Duurzaam ondernemen
Slide 15 - Tekstslide
Gatentekst
Het ASSORTIMENT van supermarkten is steeds groter aan het worden. Dit komt door de komst van BIOLOGISCHE PRODUCTEN, die steeds meer verkocht worden. De samenstelling van het assortiment valt onder de PRODUCTBELEID van de supermarkt. Supermarkten doen dit om een positieve bijdrage te leveren aan onze planeet en omdat ze graag DUURZAAM ONDERNEMEN. Op bepaalde drankenverpakkingen zit STATIEGELD om RECYCLEN te stimuleren.