kleine wonden

Les 26-05-2025: kleine wonden
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
VerzorgingBeroepsopleiding

In deze les zitten 18 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Les 26-05-2025: kleine wonden

Slide 1 - Tekstslide

Waarom doen schaafwonden vaak meer pijn dan snijwonden?

  • Bij een snijwond zenuwuiteinden snel worden doorgesneden (waardoor ze tijdelijk minder pijn doorgeven). 
  • Bij een schaafwond blijven de zenuwuiteinden blootliggen en geprikkeld, wat voor een branderig gevoel zorgt. 

Slide 2 - Tekstslide

Wat gebeurt er precies met de huid bij een schaafwond?

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

1. Beschadiging van de opperhuid (epidermis)

  • De bovenste huidlaag slijt af door de wrijving.
  • In tegenstelling tot een snijwond zijn de wondranden niet scherp begrensd, maar rafelig.
  • Er kan oppervlakkige bloeding optreden, vaak in de vorm van bloedpuntjes (capillaire bloeding).

Slide 5 - Tekstslide

2. Blootlegging van de onderliggende huidlaag (dermis)

  • De papillaire laag van de dermis wordt zichtbaar en kan vochtig of rood zijn.
  • Bloedvaten in de dermis kunnen licht bloeden of vocht afgeven (wondvocht).

Slide 6 - Tekstslide

3. Afweermechanisme en ontstekingsreactie

  • Directe pijn: De zenuwuiteinden in de lederhuid (dermis) liggen bloot, wat schaafwonden extra pijnlijk maakt.
  • Roodheid en zwelling: Het lichaam activeert een ontstekingsreactie om ziektekiemen te bestrijden en genezing te starten.
  • Witte bloedcellen trekken naar de wond om bacteriën op te ruimen.

Slide 7 - Tekstslide

4. Risico op infectie
  • Doordat de huid over een ruw oppervlak is geschraapt, kunnen vuildeeltjes (stof, zand, grind, bacteriën) in de wond achterblijven.
  • Zonder goede reiniging kan dit leiden tot een infectie met symptomen zoals pusvorming, aanhoudende roodheid en zwelling.

Slide 8 - Tekstslide

5. Wondgenezing
  • Binnen enkele minuten/uren wordt een korst gevormd (bloedplaatjes en fibrine zorgen voor stolling).
  • De huid herstelt zichzelf door nieuwe cellen aan te maken, maar als de wond diep is, kan er een litteken ontstaan.

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

De verzorging van een schaafwond

Slide 11 - Tekstslide

1. Observeer de wond
🔎 Wat zie je?
  • Bloed of wondvocht (voornamelijk uit kleine haarvaatjes).
  • Roodheid en mogelijk zwelling rondom de wond.
  • Rafelige of onregelmatige wondranden.
  • Mogelijk vuil, grind of zand in de wond.
  • Het slachtoffer kan pijn ervaren en het getroffen lichaamsdeel minder goed gebruiken.

Slide 12 - Tekstslide

2. Reinig de wond
🚰 Stap voor stap schoonmaken:
  • Spoel de wond goed af onder zacht stromend (kraan)water om vuil en bacteriën te verwijderen.
  • Gebruik geen alcohol of jodium; dit kan de huid irriteren en de genezing vertragen.
  • Indien er geen schoon water beschikbaar is, mag een huidontsmettingsmiddel worden gebruikt.
  • Verwijder zichtbaar vuil voorzichtig met een schoon gaasje of een zacht borsteltje.
Dep de huid voorzichtig droog met een schone doek of steriel gaasje (niet over de wond wrijven).

Slide 13 - Tekstslide

3. Bepaal of de wond afgedekt moet worden
🩹 Wanneer wel of niet afdekken?
✅ Wel afdekken als:
  • De wond onder kleding zit (om irritatie te voorkomen).
  • De wond zich op een plek bevindt die snel opnieuw open kan gaan (bijvoorbeeld knieën of ellebogen).
  • Het slachtoffer veel last heeft van de wond.
  • De wond nog vochtig is en een beschermende laag nodig heeft.

Slide 14 - Tekstslide

🩹 Vervolg wanneer wel of niet afdekken?
❌ Niet afdekken als:
  • De schaafwond droog en schoon is en niet in contact komt met vuil of kleding.
  • Een korst zich al heeft gevormd.

Slide 15 - Tekstslide

4. Dek de wond correct af (indien nodig)

  • Gebruik een niet-verklevend kompres of een zalfkompres om te voorkomen dat het verband aan de wond blijft plakken.
  • Bevestig het kompres met een wondpleister of een elastische zwachtel, zonder dat het verband gaat schuiven of plooien.
  • Gebruik bij voorkeur een hydrocolloïd pleister als de wond onder druk staat (bijv. knie of elleboog).
  • Een dunne laag vaseline kan helpen om een droge schaafwond soepel te houden en barsten te voorkomen.

Slide 16 - Tekstslide

5. Controleer de wond en geef advies
📆 Nazorg en waarschuwingssignalen:
  • Vervang het verband indien nodig dagelijks, of als het vuil of nat wordt.
  • Adviseer het slachtoffer om op infectiesignalen te letten:
    - Aanhoudende pijn of roodheid,
    - Zwelling of een rode streep in de buurt van de wond,
    - Pusvorming of een onaangename geur,
    - Koorts of een algemeen ziek gevoel.

Slide 17 - Tekstslide

📆 Vervolg nazorg en waarschuwingssignalen:
  • Neem contact op met een arts als:
- De wond niet binnen enkele dagen geneest.
- Er tekenen van infectie zijn.
- Het slachtoffer niet weet wanneer de laatste tetanusvaccinatie was (langer dan 10 jaar geleden → huisarts bellen).

Slide 18 - Tekstslide