2.2 De bevolking groeit en vertrekt

Wat zie je hier?
1 / 21
volgende
Slide 1: Open vraag
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Wat zie je hier?

Slide 1 - Open vraag

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Migratie

Slide 4 - Woordweb

Leerdoelen

  1. Ik leg het verschil uit tussen emigranten en immigranten.
  2. Ik noem vier redenen waarom mensen migreren.
  3. Ik maak onderscheid tussen push- en pullfactoren.

Slide 5 - Tekstslide

Migratie is verhuizen naar een andere plaats.

Een emigrant verlaat zijn land.

Een immigrant vestigt in een nieuw land

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Wat zijn redenen om te migreren?

Slide 8 - Open vraag

Neem over!
Reden:
Pushfactor:
Pullfactor:
Naam:
.
.
.
.
.
.
.
.

Slide 9 - Tekstslide

4 redenen om te migreren:
  1. Economisch: werk, welvaart.
  2. Politiek: Veiligheid, geloofsovertuiging, seksualiteit, oorlog.
  3. Ecologisch: Natuurlijke omstandigheden, klimaat.
  4. Sociaal: Recht op gezin: gezinshereniging, gezinsvorming. 

Slide 10 - Tekstslide

Pushfactor is een reden om ergens weg te willen.

Pullfactor is een reden om ergens heen te willen.

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Opdracht: 5 minuten
Bedenk samen met je buurman/buurvrouw
een push- en pullfactor bij elke migratiereden.

Overleg zachtjes met elkaar. 

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video

Een immigrant is ook een emigrant
A
waar
B
niet waar

Slide 17 - Quizvraag

Pull factoren
Push factoren
Werk
Welvaart
Armoede
Gevaar
Veiligheid

Slide 18 - Sleepvraag

Noem 4 redenen om te migreren.

Slide 19 - Open vraag

eerste 5 min in stilte
NU: Maken opdracht 3,4,5,6 op blz 40+41

Slide 20 - Tekstslide

Sociale bevolkingsgroei = immigranten - emigranten

Slide 21 - Tekstslide