Klokkijken in het Duits

Klokkijken in het Duits
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Klokkijken in het Duits

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoel
Aan het einde van de les kun je klokkijken in het Duits met de getallen en tijdsaanduidingen in het Duits.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat weet je al over klokkijken in het Duits?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

De Duitse getallen
1 - eins / 2 - zwei / 3 - drei / 4 - vier / 5 - fünf / 6 - sechs / 7 - sieben / 8 - acht / 9 - neun / 10 - zehn / 20 - zwanzig / 30 - dreißig / 40 - vierzig / 50 - fünzig / 60 - sechzig 

Ken de getallen 1 t/m 60 uit het hoofd!

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Tijdsaanduidingen
Uur - Uhr
Kwart - Viertel
Kwartier - Viertelstunde 
half - halb 
na - nach 
voor - vor 

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Klokkijken in het Duits
Hoe laat is het? - Wie spät ist es? 
Het is ... uur. - Es ist ... Uhr.

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorbeeld: 9:15
Het is neun Uhr fünfzehn.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Oefening: Vertaal naar het Duits
10:30

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Antwoord oefening
Het is zehn Uhr dreißig.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Oefening: Vertaal naar het Nederlands
Es ist sieben Uhr vierzig.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Antwoord oefening
Het is zeven uur veertig.

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 12 - Open vraag

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 13 - Open vraag

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 14 - Open vraag

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.