DISK thema 2 taak 1. E-mail schrijven NT2 A1

Een e-mail schrijven
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Een e-mail schrijven

Slide 1 - Tekstslide

e-mail schrijven
Vandaag leer je hoe je een e-mail moet schrijven.

Slide 2 - Tekstslide

Wat weet je na deze les? 
  • Ik weet hoe ik een e-mail kan beginnen.
  • Ik weet hoe ik een e-mail kan afsluiten.
  • Ik kan een e-mail schrijven met een goed begin en een   goed einde.
  • Ik kan een e-mail schrijven naar mijn docent.

Slide 3 - Tekstslide

Heb je al eens een e-mail verstuurd?
A
JA
B
NEE

Slide 4 - Quizvraag

Naar wie heb je weleens een e-mail gestuurd?

Slide 5 - Open vraag

Is dit een goede e-mail?
Yooooo Matla,

Morgen ben ik ff naar de tandarts. 

Laterzzzz 

Slide 6 - Tekstslide

Yooooo Matla,
Morgen ben ik naar de tandarts.
Laterzzzz Eva
A
Dit is een goede mail.
B
Dit is geen goede mail.

Slide 7 - Quizvraag

Hallo mevrouw Matla,
Morgen het 1e uur ben ik afwezig.
Groetjes Eva
A
Dit is een goede e-mail.
B
Dit is geen goede e-mail.

Slide 8 - Quizvraag

E-mail schrijven
Bovenaan de e-mail schrijf je het e-mailadres
Bovenaan de e-mail schrijf je het onderwerp

Begin met: Beste......,
Schrijf op waarom je mailt.
Geef informatie.
Eindig met: Groetjes ....eigen naam.....

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

BELANGRIJK
LEES DE OPDRACHT

Naar wie schrijf je de e-mail?
 
Wat moet er in de e-mail staan?

Slide 11 - Tekstslide

Bovenaan de e-mail schrijf je
A
jouw e-mailadres
B
het e-mailadres van de persoon naar wie je schrijft
C
Beste

Slide 12 - Quizvraag

Een e-mail begin je met
A
Yo
B
Groetjes
C
Beste

Slide 13 - Quizvraag

Een e-mail eindig je met
A
Beste
B
Doei
C
Groetjes

Slide 14 - Quizvraag

Opdracht
Je schrijft een e-mail naar meneer Herpoel.

Aan  t.herpoel@pro33college.nl 
CC    a.benahmed@pro33college.nl
Onderwerp  een bericht van een leerling 

Meneer Herpoel is geopereerd aan zijn been. Je wilt weten hoe het met hem gaat.  Je vertelt ook wat je vandaag op school hebt gedaan.

Slide 15 - Tekstslide

Kan jij dit?
  • Ik weet hoe ik een e-mail kan beginnen.
  • Ik weet hoe ik een e-mail kan afsluiten.
  • Ik kan een e-mail schrijven met een goed begin en een goed einde.
Heb je een e-mail gestuurd naar meneer Herpoel? Zo ja, dan mag je een filmpje kijken op je laptop.

Slide 16 - Tekstslide