8.3 Wetten en taken
1 / 10
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 2 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 3 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 4 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 5 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 6 - Tekstslide
Kijk naar Bijlage 2. Bespreek met de cursisten: wie zijn de uitvoerende macht en de wetgevende macht? Laat
ze eventueel de woorden bij de goede vakjes schrijven.
Bespreek vervolgens wat dan de wetgevende en uitvoerende macht van de gemeente zouden zijn. Met
andere woorden: wie bedenken de wetten voor de gemeente? En wie zorgen ervoor dat ze worden
uitgevoerd?
Bespreek hierbij eventueel ook de speciale rol van de burgemeester. Hij heeft zijn eigen bevoegdheden op
het gebied van openbare orde en veiligheid. Hij is bijvoorbeeld hoofd van de plaatselijke politie en heeft
opperbevel bij een brand of noodsituatie.
Slide 7 - Tekstslide
Lesidee 8.3b Nederland is een land van wetten en regels. Niet alleen de overheid maakt wetten, ook elke gemeente kan
eigen wetten maken. Bespreek samen: wat vinden jullie de raarste wet? Denk aan:
• In Rotterdam kun je straf krijgen, als je hond te vaak blaft.
• In Meppel en Zoetermeer mag je niet naar binnen kijken in het huis van een ander.
• In Lelystad en Urk mogen duiven overdag niet vliegen.
• In Oldenzaal mag je je fiets niet voor een raam parkeren.
• In Flevoland mogen kinderen geen tekeningen maken op de stoep (met stoepkrijt).
• In Maassluis mag je na 22.00 uur niet meer op straat met een bal spelen.
• In Lelystad mag je geen perzikboom in je tuin zetten.
Bespreek ook: wat vind je goede wetten? Of waar zou de gemeente een wet voor moeten maken?.
Slide 8 - Tekstslide
Cursisten hebben gelezen dat een minister zijn handtekening onder een wet zet en de wet uitvoert.
Maar wat doet een minister dan precies? Dit lesidee gaat verder in op de taken van ministers.
Print Werkblad 8.3c voor ieder tweetal. Op dit werkblad staan verschillende problemen. Laat de cursisten
opzoeken welke minister een oplossing kan vinden voor dit probleem. De verschillende ministers en hun
taken kunnen ze vinden op www.rijksoverheid.nl/regering/bewindspersonen. Laat ze vervolgens de ministers
op het werkblad invullen.
Slide 9 - Tekstslide
Ga naar YouTube en bekijk het filmpje Hoe werkt de Nederlandse rechtspraak? van ProDemos. Bespreek met
de cursisten de woorden: rechter, advocaat, verdachte.
Slide 10 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
