Future and Demonstrative Pronouns

1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Future 
1. To be going to gebruik je wanneer je 100% zeker weet dat iets gaat gebeuren in de toekomst. Dit is al gepland.
-> This afternoon I am going to work at Jumbo from 4pm-8pm.

2. Will(of shall) gebruik je wanneer iets nog niet helemaal zeker weet dat het gaat gebeuren in de toekomst. Er kan evt nog wat anders tussen komen. 
-> Tomorrow I will meet up with my friend.

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Wanneer gebruik je 'to be going to + infinitive'?

Slide 7 - Open vraag

Hoe vervoeg je 'to be going to' in een zin?

Slide 8 - Open vraag

Fill in the following sentences by using to be going to.

1. He (…) his friend. (not/phone)

Slide 9 - Open vraag

Fill in the following sentences by using to be going to.

2. We (…) a new computer game. (to play)

Slide 10 - Open vraag

Fill in the following sentences by using to be going to.

3. You (…) a picnic next Tuesday. (not/have)

Slide 11 - Open vraag

Fill in the following sentences by using to be going to.

4. His brother (…) a letter to his uncle today. (to write)

Slide 12 - Open vraag

Fill in the following sentences by using to be going to.

5. (…) I (…) my homework after school? (to do)

Slide 13 - Open vraag

Slide 14 - Video