Paragraaf 4.5 - Alles draait om het geloof

Hoe heet het belangrijkste handelsverbond van Noord-Europa in de Late Middeleeuwen?
A
De Europese Unie
B
De Handelscompagnie
C
De Europese Liga
D
De Hanzesteden
1 / 37
volgende
Slide 1: Quizvraag
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

In deze les zitten 37 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Hoe heet het belangrijkste handelsverbond van Noord-Europa in de Late Middeleeuwen?
A
De Europese Unie
B
De Handelscompagnie
C
De Europese Liga
D
De Hanzesteden

Slide 1 - Quizvraag


Het gilde controleert de kwaliteit en de prijs van de producten die de gildeleden maken.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 2 - Quizvraag

Wat zijn: Kruistochten
A
Oorlog tegen de aanhangers van Islam.
B
Tocht langs een kruispunt.
C
Gelovigen die lopend kruisen gingen verspreiden.
D
Een tocht naar een verboden gebied.

Slide 3 - Quizvraag

Het drieslagstelsel is
A
een systeem voor de akkerbouw
B
een systeem voor het lenen van land
C
een economisch systeem

Slide 4 - Quizvraag

Bisschop
A
Godsdienstig leider van een kerkprovincie
B
Godsdienstige leider van een kerk
C
Godsdienstige leider van een staat
D
Godsdienstige leider in de vaticaan

Slide 5 - Quizvraag

Wie was de rechter in een middeleeuwse stad
A
Schout
B
Schepenen
C
Beul
D
Advocaat

Slide 6 - Quizvraag

De Paus is de ....
A
Leider van de Protestante kerk
B
Leider van de Katholieke kerk

Slide 7 - Quizvraag

Wat was het doel van de kruistochten?
Waarom waren er kruistochten?
A
Om meer soldaten te vinden voor het Christendom.
B
Om Europa groter te maken.
C
Om de rijkdommen van Jeruzalem te stelen.
D
Om Jeruzalem te 'bevrijden' van de moslims.

Slide 8 - Quizvraag

Een middeleeuwse stad ....
A
stonk erg.
B
was groot en ruim.
C
was heel veilig.
D
was een gezonde omgeving.

Slide 9 - Quizvraag


Wat was het doel van de kruistochten? Waarom waren er kruistochten?
A
Om meer soldaten te vinden voor het Christendom.
B
Om Europa groter te maken.
C
Om de rijkdommen van Jeruzalem te stelen.
D
Om Jeruzalem te 'bevrijden' van de moslims.

Slide 10 - Quizvraag

Wat hoort NIET bij de Middeleeuwse stad
A
Handelaren
B
Burgers
C
Stadsmuur
D
Boeren

Slide 11 - Quizvraag

Een bisschop is een
A
Leider van een kerk
B
Leider van een kerkprovincie
C
Leider van de paus
D
Een persoon die heilig is verklaard

Slide 12 - Quizvraag

Wat zijn de ambachtslieden in een Middeleeuwse stad?
A
Horigen
B
Landheer
C
Niet-vrije burgers
D
Vrije burgers

Slide 13 - Quizvraag

Door het drieslagstelsel...
A
Bleef een groter deel van het land braak liggen
B
Nam de opbrengst toe van 1/2 naar 2/3
C
Raakte de grond minder snel uitgeput
D
Nam de opbrengst toe van 1/3 naar 1/2

Slide 14 - Quizvraag

De rechter van een middeleeuwse stad
A
Schout
B
Schepenen
C
Schepenbank

Slide 15 - Quizvraag

Een gildemeester gaf les aan mensen die ook in het gilde wilden.
A
waar
B
niet waar

Slide 16 - Quizvraag

Langs welke rivier lagen de Nederlandse Hanzesteden?
A
De Rijn
B
De Maas
C
De Lek
D
De IJssel

Slide 17 - Quizvraag

Hoe werd de pest ook wel genoemd?
A
De fijne dood
B
De pijnlijke dood
C
De zwarte dood
D
De donkere dood

Slide 18 - Quizvraag

Hoe werd de pest voornamelijk verspreid?
A
mensen
B
katten
C
ratten
D
eten

Slide 19 - Quizvraag

Tussen welke jaartallen werd de pest verspreid?
A
1347-1350
B
1247-1250
C
1347-1349
D
1346-1349

Slide 20 - Quizvraag

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Video

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Tekstslide

Slide 35 - Tekstslide

Hoe belangrijk was de kerk in het leven van een middeleeuwer?

Slide 36 - Open vraag

Huiswerk
Maak vraag 1 t/m 14 van je werkboek. (blz 62-63)
Lever in via magister opdrachten, uiterlijk 5 juni voor 18 uur.
Succes!

Slide 37 - Tekstslide