Reuma

Reuma
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
Zorg en WelzijnHBOStudiejaar 2

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Reuma

Slide 1 - Tekstslide

Vraag 1: Links zie je een gezonde knie. Van welk ziektebeeld is vermoedelijk sprake in het rechterplaatje? Geef drie reden aan waarom?

Slide 2 - Open vraag

Vraag 2. Van welk ziektebeeld is vermoedelijk sprake obv onderstaande foto? Geef drie redenen aan waarom?

Slide 3 - Open vraag

Wat zijn reumafactoren?

Slide 4 - Open vraag

Vraag 4: Wat is het verschil tussen reumatoïde Artritis en Artrose t.a.v. oorzaken, verschijnselen en behandeling?
 

Oorzaken RA
Oorzaken Artrose
Verschijnselen RA
Verschijnselen Artrose
Behandeling RA
Behandeling Artrose
Autoimmuunreactie waardoor ontsteking en schade in het gewricht
Degeneratie kraakbeen (“slijtage”) vaak in combinatie met overbelasting (bijv. overgewicht, arbeid)
Leeftijd 40-60 jr
Pijn en stijfheid in meerdere (vaak kleine) gewrichten
Ochtenstijfheid > 1 uur
Symetrisch (beide kanten)
Vergroeiingen
Ook klachten buiten de gewrichten (bijv algemene ontstekingsklachten)
RA kan leiden tot artrose

Leeftijd > 70 jaar
Pijn en startstijfheid in 1 soms 2 (vaak grote) gewrichten
Ochtensstijfheid < 1 uur
Enkelzijdig
Geen vergroeiing
Klachten alleen in de gewrichten

Nadruk op medicamenteuze therapie 
Nadruk op oefentherapie en afvallen (bij overgewicht)

Slide 5 - Sleepvraag

Vraag 5
Het gevaar bij ouderen die vallen is dat ze hun heup breken. Benoem vier verschijnselen die erop wijzen dat er sprake is van een heupfractuur.

Slide 6 - Open vraag


Vraag 6
Wat is een meervoudige gecompliceerde fractuur?

Slide 7 - Open vraag

Vraag 7
Welke van onderstaande mogelijkheden hoort bij de ziekte van Bechterew?

A
Gewrichtsmuizen , vanaf 50 jaar en ouder
B
Toenemende lordose
C
Oorzaak overbelasting
D
HLA-B27, bamboospine, Spondylitis ankylopoetica, NSAIDS

Slide 8 - Quizvraag

Vraag 8
Hoe kan het dat in een gewricht met artrose er toch ontstekingsverschijnselen optreden?

Slide 9 - Open vraag

Vraag 9: Waar of niet waar: Fibromyalgie is een vorm van ontstekingsreuma (artritis).
A
Waar
B
Niet waar

Slide 10 - Quizvraag

Verklaring antwoord vraag 9
Niet waar. Fibromyalgie is weke delen reuma. Fibromyalgie betreft chronische pijn in spieren en bindweefsel. Vaak gaat deze pijn samen met stijfheid, vermoeidheid, slaapstoornissen en stemmingswisselingen. 

Slide 11 - Tekstslide

Vraag 10
Waar of niet waar: Osteoporose is geen reuma. Verklaar je antwoord.

A
Waar
B
Niet waar

Slide 12 - Quizvraag

Verklaring antwoord vraag 10
Niet waar: osteoporose hoort tot de reumatische aandoeningen en is 1 van de vele reumatische aandoeningen die vallen onder de verzamelnaam reuma. 

Slide 13 - Tekstslide

Vraag 11

Mevrouw Krijtjes, 81 jaar, is in huis gevallen doordat ze haar evenwicht verloor. Ze ligt op de grond en is niet meer in staat op te staan doordat haar linkerheup veel pijn doet. Haar man vertrouwt het niet en belt 112. Tijdens het onderzoek ligt het linkerbeen naar buiten gedraaid.

Slide 14 - Tekstslide

a. Mevrouw heeft vermoedelijk haar heup gebroken (collumfractuur). Waar blijkt dat uit?

Slide 15 - Open vraag

b. Wat is de relatie tussen osteoporose en een collumfractuur?

Slide 16 - Open vraag

c. Waaruit bestaat de behandeling van een heupfractuur?

Slide 17 - Open vraag

Vraag 12
Osteoporose komt veel vaker voor bij vrouwen en er bestaat een verhoogd risico na de overgang. Waarom is er een verhoogd risico na de overgang?

Slide 18 - Open vraag

Vraag 13
Bij artrose ontstaan beschadigingen aan het kraakbeen. Deze beschadigingen aan het kraakbeen herstellen slecht tot niet, in tegenstelling tot bijvoorbeeld een fractuur van het bot. Verklaar dit gegeven.

Slide 19 - Open vraag

Vraag 14
Meneer Kras, 68 jaar, heeft pijn in zijn lies. In de loop van de jaren is het erger geworden en sinds een paar weken is de pijn continu aanwezig. De pijn straalt uit naar zijn bil en bovenbeen. ’s Ochtends of na een tijdje stilzitten moet het lopen als het ware op gang komen en voelt hij zich erg stijf. Daardoor is meneer Kras ook een stuk minder gaan bewegen. Hij merkt dat hij daardoor ook minder sterk in zijn benen is geworden. Fietsen, schoenen aantrekken, bukken, lopen en vooral ook traplopen gaan heel moeizaam en meneer merkt ook dat hij angstiger wordt om te vallen. Zijn bed staat inmiddels beneden. 

Slide 20 - Tekstslide

a. Wat is hier vermoedelijk aan de hand? Verklaar je antwoord.

Slide 21 - Open vraag

b. De behandeling zal van deze aandoening zal in eerste instantie conservatief zijn. Waaruit bestaat dit deel van de behandeling?

Slide 22 - Open vraag

c. Als de klachten het dagelijks leven ernstig beïnvloeden zoals bij meneer Kras, kan een operatieve ingreep uitkomst bieden. Wat is die operatieve ingreep? Geef een korte beschrijving.

Slide 23 - Open vraag

d. Waarom starten ze eerst met een conservatieve behandeling en wordt er pas geopereerd als de conservatieve behandeling niet voldoende helpt?

Slide 24 - Open vraag

e. De eerste drie maanden is de kans het grootst dat de complicatie luxatie optreedt. Waarom?

Slide 25 - Open vraag

Vraag 15
Mensen met fibromyalgie hebben last van chronische pijn in spieren en bindweefsel. Dit gaat veelal gepaard met vermoeidheid, stijfheid, slaapstoornissen en stemmingswisselingen. Er zijn geen aantoonbare afwijkingen in de spieren, het bindweefsel of elders in het lichaam te vinden. Hoe wordt fibromyalgie dan vastgesteld?

Slide 26 - Open vraag

Vraag 16

Jicht valt ook onder de reumatische aandoeningen.

Slide 27 - Tekstslide

a. Wat is jicht?

Slide 28 - Open vraag

b. Wat zijn de bijbehorende verschijnselen?

Slide 29 - Open vraag

c. Hoe is jicht te behandelen?

Slide 30 - Open vraag

Einde
Succes met de toets!

Slide 31 - Tekstslide