Hoeken

5.5 en 5.6 hoeken
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo g, t, mavoLeerjaar 1

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

5.5 en 5.6 hoeken

Slide 1 - Tekstslide

Eerst even herhalen

Slide 2 - Tekstslide

Wat zijn evenwijdige lijnen?
A
Lijnen die elkaar loodrecht snijden
B
Lijnen die elkaar nooit snijden
C
lijnen die elkaar kruisen
D
Lijnen die elkaar nooit kruisen

Slide 3 - Quizvraag

De evenwijdige lijnen zijn
A
c en d
B
a en b
C
c en e
D
d en e

Slide 4 - Quizvraag

Wat gebruik je voor evenwijdig?
A
B
C
D

Slide 5 - Quizvraag

Waarmee meet je loodrecht?
A
B
C
D

Slide 6 - Quizvraag

Wat is loodrecht?
A
Als twee lijnen recht op elkaar staan
B
Als twee lijnen schuin met elkaar kruizen

Slide 7 - Quizvraag

De loodrechte lijnen zijn
A
c en d
B
a en b
C
c en b
D
d en e

Slide 8 - Quizvraag

Welke lijnen zijn loodrecht?
A
B
C
D

Slide 9 - Quizvraag

Deze lijnen zijn evenwijdig.
A
waar
B
niet waar

Slide 10 - Quizvraag


Aan het einde van de les herken ik verschillende hoeken.

Slide 11 - Tekstslide

a en b zijn snijdende lijnen, ze snijden elkaar in het snijpunt S

p en q staan loodrecht op elkaar, snijpunt R is een rechte hoek

Slide 12 - Tekstslide


Een hoek bestaat uit twee benen en een hoekpunt. Een hoekpunt geven we altijd aan met een hoofdletter. 

We zeggen hoek A
We schrijven L A

Slide 13 - Tekstslide


Er zijn verschillende soorten hoeken, de standaard hoeken die hiernaast staan moet je kennen.

Slide 14 - Tekstslide

Wat voor hoek is hoek F
A
Gestrekte hoek
B
Rechte hoek
C
Stompe hoek
D
Scherpe hoek

Slide 15 - Quizvraag

Wat is een stompe hoek?

Een hoek van..
A
0 graden.
B
minder dan 90 graden.
C
90 graden.
D
meer dan 90 graden.

Slide 16 - Quizvraag

Wat voor hoek is hoek C3
A
Scherpe hoek
B
Stompe hoek
C
Gestrekte hoek
D
Rechte hoek

Slide 17 - Quizvraag

Wat voor hoek is hoek B?
A
Scherpe hoek
B
Stompe hoek
C
Rechte hoek
D
Geen idee

Slide 18 - Quizvraag

Wat is hoek B voor een hoek?
A
Rechte hoek
B
Inspringende hoek
C
Gestrekte hoek
D
Stompe hoek

Slide 19 - Quizvraag

Wat is hoek D voor een hoek
A
Gestrekte hoek
B
Rechte hoek
C
Inspringende hoek
D
Volle hoek

Slide 20 - Quizvraag

Kijklijnen en kijkhoek
De kijklijnen van Marloes teken je vanaf het middelpunt van haar ogen, langs de zijkant van de deur. 
De hoek tussen de lijnen is haar kijkhoek.

Ze ziet dus 6 en een halve klasgenoot

Slide 21 - Tekstslide

Kijklijnen en kijkhoek
Marloes kijkt door de deur, hoeveel klasgenoten ziet ze?

Slide 22 - Tekstslide

Wanneer gebruik je kijklijnen?
A
om de grenzen aan te geven van het gebied dat je kunt zien
B
om de lijnen uit het oog aan te geven
C
om je schaapjes te tellen
D
als je wilt gaan kijken naar lijnen

Slide 23 - Quizvraag

Waar zijn de kijklijnen juist getekend?
A
A
B
B
C
geen van beide
D
allebei

Slide 24 - Quizvraag

Zijn de kijklijnen goed getekend?
A
ja
B
nee

Slide 25 - Quizvraag


Hoe zijn de kijklijnen getekend?
A
goed
B
half goed
C
niet goed
D
niet gemaakt

Slide 26 - Quizvraag

Zijn de kijklijnen goed getekend?
A
ja
B
nee

Slide 27 - Quizvraag

Waar zijn de kijklijnen goed getekend?
A
Bij A
B
Bij B
C
Bij C
D
Bij geen een van allen

Slide 28 - Quizvraag