signaalwoorden
1 / 13
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Video
Wat is de functie van een signaalwoord?
A
het geeft informatie over een zelfstandig naamwoord
B
het is hetzelfde als een lidwoord
C
zo weet je dat woorden, zinnen en alinea's met elkaar te maken hebben
D
het is een vorm van het werkwoord
Slide 5 - Quizvraag
Welk woord is een signaalwoord?
A
de school
B
lopen
C
ook
D
mijn moeder
Slide 6 - Quizvraag
Bij welk tekstverband hoort het signaalwoord "maar"?
A
Tegenstelling
B
Reden
C
Voorwaarde
D
Voorbeeld
Slide 7 - Quizvraag
Wat is het signaalwoord van opsomming?
Er zijn veel argumenten om social media te gebruiken.
Ten eerste is het handig om contact te houden.
Er zijn veel argumenten om social media te gebruiken.
Ten eerste is het handig om contact te houden.
A
argumenten
B
handig
C
contact
D
ten eerste
Slide 8 - Quizvraag
Welk woord is geen signaalwoord?
A
lezen
B
tot slot
C
ook
D
verder
Slide 9 - Quizvraag
'dus' en 'kortom' zijn signaalwoorden van .......
A
opsomming
B
tegenstelling
C
conclusie
D
reden
Slide 10 - Quizvraag
Welke signaalwoorden zijn een opsomming?
A
omdat, want
B
ten eerste, daarna
C
daarom, zodat
D
maar, toch
Slide 11 - Quizvraag
Welk verband hoort bij het signaalwoord 'daarna'?
timer
0:30
A
tegenstellend
B
concluderend
C
redengevend
D
chronologisch
Slide 12 - Quizvraag
Welk verband hoort bij het signaalwoord 'daardoor'?
timer
0:30
A
tegenstellend
B
opsommend
C
redengevend
D
oorzakelijk
