19 februari 2021 Uitleg grammaire H: bezittelijk voornaamwoord deel 2

Klas 1
1 / 38
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 38 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Klas 1

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 2 - Link

Deze slide heeft geen instructies


  • Uitleg grammaire H: het bezittelijk voornaamwoord deel 2


  • Bestudeer zelf grammaire H
  • Ga verder met opdrachten maken in je WB (24, 25, (26*), 27, 29)
  • Kijk in LU of er nog blauwe opdrachten voor je zijn

Klaar? Dan ga je leren:
chapitre 2: helemaal
chapitre 3: vocabulaire ABEFG



timer
15:00
< 6,5

> 6,5

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bezittelijk voornaamwoord
in het Nederlands:








Bezittelijk voornaamwoord
in het Frans



zijn
haar
mijn
jouw
onze
mnl
ev
vrl
ev
mnl
mv
vrl
mv

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Le pronom possessif

                       man.ev.            vrouw.ev.             meerv.
  • mijn             mon                  ma                          mes
  • jouw             ton                     ta                            tes
  • zijn/haar      son                    sa                            ses

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Mannelijk enkelvoud: 
  • le livre
  • mijn boek = mon livre

  • Maar ook:
  • l'hôtel (m) , l'agenda (m)
  • mijn hotel = mon hôtel
  • mijn agenda = mon agenda

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Mannelijk enkelvoud: 
  • le livre
  • mijn boek = mon livre

  • Maar ook:
  • l'hôtel (m) , l'agenda (m)
  • mijn hotel = mon hôtel
  • mijn agenda = mon agenda

Mannelijk enkelvoud
mijn =           mon
jouw =           ton
zijn/haar =    son

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vrouwelijk enkelvoud: 
  • la classe
  • mijn klas = ma classe

  • Maar ook:
  • Let op: bij een klinker/stomme h --> mon
  • l'équerre (geodriehoek = vrl)
  • mijn geo = mon équerre

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vrouwelijk enkelvoud: 
  • la classe
  • mijn klas = ma classe

  • Maar ook:
  • Let op: bij een klinker/stomme h --> mon
  • l'équerre (geodriehoek = vrl)
  • mijn geo = mon équerre

Vrouwelijk enkelvoud
mijn =           ma
jouw =           ta
zijn/haar =    sa

Tenzij het znw met een klinker/stomme h begint

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Mannelijk enkelvoud: 
  • le livre           
  • mijn boek = mon livre

  • Maar ook:
  • l'hôtel, l'agenda      
  • mijn hotel = mon hôtel
  • mijn agenda = mon agenda

Vrouwelijk enkelvoud
  • la classe
  • mijn klas = ma classe

  • Let op: bij een klinker/stomme h --> mon
  • l'équerre (geodriehoek = vrl)
  • mijn geo = mon équerre

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

(mijn) frère a 12 ans.
A
mon
B
ma
C
mes

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

(jouw) maison (v) est grande.
A
ton
B
ta
C
tes

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Le pronom possessif

                       man.ev.            vrouw.ev.             meerv.
  • mijn             mon                  ma                          mes
  • jouw             ton                     ta                            tes
  • zijn/haar      son                    sa                            ses

Slide 13 - Tekstslide

Vanaf hier verdergaan met 1A & 1C
Bezittelijk voornaamwoord
in het Nederlands:





  • Jouw huis
  • Belangrijkste = de bezitter --> jouw





Bezittelijk voornaamwoord
in het Frans




  • Belangrijkste = bezit --> huis
  • jouw huis = ta maison
zijn
haar
mijn
jouw
onze
mnl
ev
vrl
ev
mnl
mv
vrl
mv

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zijn/Haar
sa maison (v)
son chien (m)
ses
livres 
(m mv)
ses glaces 
(v mv)
enkelvoud
meervoud

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Luc
Son père, Jef
Sa femme, Anne
Ses enfants, Marie & Éric
Sa mère, Annie
 = zelfstandig naamwoord

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Anne
Son père, Jef
Son mari, Luc
Ses enfants, Marie & Éric
Sa mère, Annie
 = zelfstandig naamwoord

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Meervoud = mes, tes, ses

  • Exemple: mijn boeken = ?

  • (1) Wat is het znw in het enkelvoud?
  • het boek = le livre

  • (2) Maak er meervoud van
  • de boeken = les livres

  • (3) Zet het bez.vnw. voor het znw
  • mijn/jouw/zijn/haar boeken = mes/tes/ses livres



  • mijn boeken =
  • mes livres

  • jouw boeken =
  • tes livres

  • zijn/haar boeken = 
  • ses livres 

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Oefening meervoud
  • le livre --> mijn boeken

  • l'hôtel (m) --> zijn hotel

  • l'agenda (m) --> haar agenda

  • la classe --> mijn klassen
  • l'équerre (v) --> jouw geo
Bezittelijk vnw + znw
  • mnl mv --> mon/ma/mes --> mes livres
  • mnl ev --> son/sa/ses --> son hôtel
  • mnl ev --> son/sa/ses --> son agenda
  • vrl mv --> mon/ma/mes --> mes classes
  • vrl ev --> ton/ta/tes --> ton équerre (ivm klinker)

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

C'est mon frère, il s'appelle Rob.
Ce sont mes parents.
C'est ma fille Sophine
            avec son amie Lina.
            avec sa copine Lina.

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

haar zus
haar broer
haar broers
son frère
sa frère
ses frère
son soeur
sa soeur
ses soeur
son frères
sa frères
ses frères

Slide 21 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 22 - Video

Deze slide heeft geen instructies

timer
2:00
(Haar) ............. maison (v) est située à Delft.
(Mijn) ................... soeur s'appelle Sara.
Elle a oublié (haar) ............... cahier.
(Mijn) ..................... nouvels stylos sont là.
Hier, j'ai vu (mijn) ..................... amie (v).
Sa
Ma
son
Mes
mon

Slide 23 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Le pronom possessif

                       man.ev.            vrouw.ev.             meerv.
mijn              mon                  ma                          mes
jouw             ton                     ta                            tes
zijn/haar      son                    sa                            ses
  • onze              notre                 notre                      nos
  • uw/jullie      votre                 votre                      vos
  • hun               leur                    leur                        leurs

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welk bez.vnw. kiezen?

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welk bez.vnw. kiezen?Exemple: jullie huizen
  1. Wat is het znw?
  2. znw = huizen
  3. Is het znw enkelvoud of meervoud?
  4. huizen = meervoud
  5.  jullie meervoud = vos
  6. jullie huizen = vos maisons

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schema
mes/ tes/ ses / nos / vos / leurs
mannelijk      of        vrouwelijk                   klinker/stomme h?
mon / ton / son / notre / votre / leur
ma / ta /sa / notre/ votre / leur
Enkelvoud      of        meervoud ?

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Enkelvoud
  • het boek = le livre
  • ons boek = 
  • notre livre

  • de klas = la classe
  • jullie klas = 
  • votre classe
Meervoud
  • de boeken = les livres
  • onze boeken = 
  • nos livres

  • de klassen = les classes
  • uw/jullie klassen = 
  • vos classes

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


  • Samen met ex. 29bcd beginnen


  • Ga verder met opdrachten maken in je WB (24, 25, (26*), 27, 29)
  • Kijk in LU of er nog (blauwe) opdrachten voor je zijn

Klaar? Dan ga je leren:
chapitre 2: op WRTS - grammaire CFH
chapitre 3: vocabulaire ABEFG - phrases-clés DI - grammaire CFH



timer
5:00
< 6,5

> 6,5

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

S'entraîner au pronom possessif
1. J'ai un frère. C'est (mijn) ____________ frère.
2. Elle aime le chien. C'est (haar) ______________ chien. 
3. Tu as trois stylos (m). Ce sont (jouw) ____________ stylos. 
4. Marie achète une robe. C'est (haar) _______________ robe.
5. J'ai des livres. Ce sont (mijn) ____________ livres. 
6. C'est ta glace ? Oui, c'est (mijn) _______________ glace.
7. C'est ton cahier ? Oui, c'est (mijn) ______________ cahier. 

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

S'entraîner au pronom possessif
1. J'ai un frère. C'est mon frère.
2. Elle aime le chien. C'est son chien. 
3. Tu as trois stylos (m). Ce sont tes stylos. 
4. Marie achète une robe. C'est sa robe.
5. J'ai des livres. Ce sont mes livres. 
6. C'est ta glace ? Oui, c'est ma glace.
7. C'est ton cahier ? Oui, c'est mon cahier. 

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Info toets
Inhoud toets:
  • grammaire chapitre 2 (CFH) + 3 (CFH) (FN & NF)
  • vocabulaire chapitre 3 (ook phrases-clés, FN & NF)

  • Vocabulaire chapitre 2 --> "toets" op WRTS (uitleg komt hierna) --> cijfer op SOM

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Uitleg WRTS 1A


  • Log in of maak een account aan met je schoolmail

  • Kijk in de groep welke vocabulaire je gaat leren (A/B/E/F/G)
  • LET OP: voor 1 maart moet je de lijst Klas 1 Chapitre 2: La vie au collège Vocabulaire ABEFG hebben geleerd --> cijfer






Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Uitleg WRTS 1C

  • Log in of maak een account aan met je schoolmail

  • Kijk in de groep welke vocabulaire je gaat leren (A/B/E/F/G)
  • LET OP: voor 1 maart moet je de lijst Klas 1 Chapitre 2: La vie au collège Vocabulaire ABEFG hebben geleerd --> cijfer






Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Les devoirs 
Maken/leren voor de volgende les
Werkboek: ex. 23 (en ligne), 24, 25, 29bcd

LessonUp: Bekijk de uitlegvideo's + maak de opdrachten om grammaire te oefenen

Leren voor de toetsweek: 
Chapitre 2: grammaire C - F - H
Chapitre 3: voca ABEFG - phrases-clés DI - grammaire CFH

Leren in WRTS voor 1 maart: chapitre 2: vocabulaire ABEFG
Programme d'aujourd'hui
Uitleg grammaire H (bezittelijk voornaamwoord) deel 2

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bonnes

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies