(sub)totale colectomie
1 / 19
Lesduur is: 30 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
De wand van het colon bestaat, van binnen naar buiten uit drie lagen. Welke lagen zijn dit? (op volgorde)
A
1. Slijmvlieslaag
2. Bindweefsellaag
3. Dubbele spierlaag
B
1. Bindweefsellaag
2. Dubbele spierlaag
3. Slijmvlieslaag
C
1. Slijmvlieslaag
2. Enkele spierlaag
3. Bindweefsellaag
D
1. Dubbele spierlaag
2. Bindweefsellaag
3. Slijmvlieslaag
Slide 3 - Quizvraag
Slide 4 - Tekstslide
Noem de delen van de dikke darm
Slide 5 - Open vraag
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Een aantal algemene complicaties na deze operatie zijn?
Slide 8 - Open vraag
Slide 9 - Tekstslide
Wat gebeurd er wanneer de patiënt kalmeringsmiddelen neemt voor een sigmoïdscopie?
A
De kans op stoornissen in het zenuwstelsel neemt toe
B
De patiënt kan last krijgen van een prikkelhoest
C
De darmen liggen voor heel even stil
D
De kans op ademhalingsproblemen neemt toe
Slide 10 - Quizvraag
Waarom wordt er gebruik gemaakt van contrastvloeistof bij bepaalde onderzoeken?
A
Om vast te stellen hoe goed de organen nog functioneren
B
Om een orgaan beter te kunnen onderscheiden van de rest van het lichaam
Slide 11 - Quizvraag
Slide 12 - Tekstslide
Hoe lang is het gemiddelde ziekenhuisverblijf na deze operatie?
A
14 dagen
B
3 tot 5 dagen
C
8 tot 10 dagen
D
1 tot 4 dagen
Slide 13 - Quizvraag
Het maakt niet uit of het een laparoscopische of open operatie wordt.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 14 - Quizvraag
Slide 15 - Tekstslide
Wat geef je niet bij spinale anesthesie
A
Anti-emetica
B
Benzodiazepinen
C
Anti-epileptica
D
NSAID's
Slide 16 - Quizvraag
Waarom hoef je niet per se je patiënt z.s.m uit bed halen?
A
Om duizeligheid te voorkomen
B
Om de bloedsomloop te stimuleren
C
Om een pneumonie te voorkomen
D
Om de darmen weer z.s.m op gang te krijgen
Slide 17 - Quizvraag
Wat wordt er niet aangeraden snel te doen na de operatie?
A
Autorijden
B
Fietsen
C
Tillen
D
Douchen
