A2: H3.2 Omdat en als

Mijn opa is 81 ........ mijn oma is 79 jaar
A
of
B
dus
C
en
D
want
1 / 12
volgende
Slide 1: Quizvraag
NT2MBOPraktijkonderwijsLeerjaar 2Studiejaar 2

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Mijn opa is 81 ........ mijn oma is 79 jaar
A
of
B
dus
C
en
D
want

Slide 1 - Quizvraag

Ik wil graag verhuizen, ........ ik wil een huis met een tuin
A
maar
B
want
C
dus
D
of

Slide 2 - Quizvraag

We hebben geen tuin, ........ we hebben wel een balkon

Slide 3 - Open vraag

Ik kan vandaag niet werken. Ik ben ziek.
Welk voegwoord heb je nodig?

Slide 4 - Open vraag

Welk woord past in de zin?
Ik koop een pak koek voor haar, ........ ze dat lekker vindt.
A
want
B
omdat

Slide 5 - Quizvraag

Mijn dochter is 3 jaar. Ze gaat naar school, ........ ze 4 jaar is.
A
als
B
want
C
of
D
omdat

Slide 6 - Quizvraag

Hans ziet zijn zus niet zo vaak, omdat.... / woont / ze / in Engeland / .

Slide 7 - Open vraag

Hij gaat naar haar toe, ..... hij / vakantie / heeft / als / .

Slide 8 - Open vraag

Zijn zus haalt hem op, ...... komt / hij / als / met het vliegtuig / .

Slide 9 - Open vraag

Maak zelf de zin af:
Zij gaat naar de dokter, omdat ........

Slide 10 - Open vraag

Maak de zin af:
Wij bakken pannenkoeken, omdat .....

Slide 11 - Open vraag

Maak de zin af:
Hij stuurt een kaartje, als ........

Slide 12 - Open vraag