Veranderingen in de vermogensbelasting

Veranderingen in de vermogensbelasting
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Veranderingen in de vermogensbelasting

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan het einde van de les kun je...
de veranderingen in het belastingstelsel voor vermogensbelasting van 2022 naar 2023 beschrijven, de verschillende categorieën van vermogen en de bijbehorende fictieve rendementspercentages uitleggen, het verschil tussen het belasten van schijven op basis van bedragen en groepen op basis van categorieën herkennen

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat weet je al over de belasting van vermogen?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Box Beschrijving
In 2023 verandert de Belastingdienst de manier waarop vermogen wordt belast. In plaats van schijven op basis van bedragen, worden er categorieën van vermogen gebruikt met elk een eigen fictief rendementspercentage. Spaargeld wordt bijvoorbeeld belast met 0.01%, beleggingen en andere bezittingen met 5.5%, en schulden met 2.5%. Dit is een verschuiving van een systeem met een hogere belasting op fictief rendement naar een lager belastingpercentage in de laagste schijf en specifieke percentages voor verschillende soorten vermogen.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
1. De veranderingen in het belastingstelsel voor vermogensbelasting van 2022 naar 2023 beschrijven
2. De verschillende categorieën van vermogen en de bijbehorende fictieve rendementspercentages uitleggen
3. Het verschil tussen het belasten van schijven op basis van bedragen en groepen op basis van categorieën herkennen

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Veranderingen in de vermogensbelasting
Veranderingen in de vermogensbelasting

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Categorieën van vermogen en de fictieve rendementspercentages
Spaargeld: 0.01%
Beleggingen en andere bezittingen: 5.5%
Schulden: 2.5%

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vergelijking van het oude en nieuwe belastingstelsel voor vermogen
Oude systeem: belasting op basis van schijven op bedragen
Nieuw systeem: belasting op basis van categorieën met specifieke fictieve rendementspercentages

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Definitielijst
Vermogen: de totale waarde van alle bezittingen minus eventuele schulden
Fictief rendement: een door de overheid vastgesteld percentage dat gebruikt wordt om te berekenen hoeveel belasting iemand moet betalen over zijn of haar vermogen
Schijven op basis van bedragen: een systeem waarin de hoogte van de belasting afhankelijk is van het bedrag van het vermogen
Groepen op basis van categorieën: een systeem waarin de belasting wordt berekend op basis van de soort vermogen in plaats van de hoogte ervan

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 10 - Open vraag

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 11 - Open vraag

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 12 - Open vraag

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.