BPV Periode 4 lesweek 1 en 2

B1-K1-W1
"Zorgt voor een veilig pedagogisch klimaat"
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
BpvMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

B1-K1-W1
"Zorgt voor een veilig pedagogisch klimaat"

Slide 1 - Tekstslide

Bij de opdrachten van dit werkproces leer je:
- dat het van belang is dat kinderen, jongeren of leerlingen zich 'thuis' voelen, zich veilig in de groep voelen en prettig met elkaar om gaan zodat zij kunnen leren en ontwikkelen.
- te zorgen voor een veilig pedagogisch klimaat binnen een groep waarin kinderen prettig met elkaar omgaan.

Slide 2 - Tekstslide

In het examen dat bij dit werkproces hoort:

- Geef je leiding aan een groep kinderen (twee of meer). 
- Zorg je daarbij voor een zo veilig mogelijk pedagogisch groepsklimaat.
- Schrijf je een verslag over de geboden begeleiding.

Slide 3 - Tekstslide

Dit werkproces bevat de volgende beroepsopdrachten:
Verkennen van het werkproces
V1: Wat is een veilig pedagogisch klimaat?

V2: Op zoek naar jouw waarden en normen
Oefenen in delen
O1: Ga op onderzoek uit!

O2: Oefenen met interactievaardigheden
Toepassen van het werkproces als geheel
T1: Zorgen voor een veilig pedagogisch klimaat

Slide 4 - Tekstslide

Verkennen van het werkproces
In deze beroepsopdrachten leer je:
- wat een veilig pedagogisch klimaat inhoudt
- hoe jij kunt bijdragen aan een veilig pedagogisch klimaat binnen een groep
- hoe jij aankijkt tegen jouw waarden en normen

Slide 5 - Tekstslide

Wat is een pedagogisch klimaat?

Slide 6 - Open vraag

Slide 7 - Video

Wat zijn de 3 basisbehoeften van een leerling?

Slide 8 - Open vraag

de basisbehoefte relatie betekent
A
Ik vind de juf aardig
B
Ik hoor erbij
C
Ik kan de opdrachten aan
D
Ik begrijp waar het over gaat

Slide 9 - Quizvraag

de basisbehoefte Competentie betekent:
A
ik wil het
B
ik leer het
C
ik kan het
D
ik durf het

Slide 10 - Quizvraag

De basisbehoefte autonomie betekent:
A
ik kan het alleen doen
B
ik kan het snel doen
C
ik wil dit doen
D
ik begrijp het

Slide 11 - Quizvraag

Slide 12 - Tekstslide

V1: Wat is een veilig pedagogisch klimaat?
Het is van belang dat kinderen op school worden opgevangen binnen een veilig pedagogisch klimaat. Zij kunnen zich dan beter ontwikkelen en voelen zich prettiger. 

Bekijk met de klas leermodule 9. Paragraaf 1. Een veilige sfeer. (digibib)

Verdiep je individueel in de artikelen.


timer
10:00

Slide 13 - Tekstslide

Wat zijn JOUW waarden ?

Slide 14 - Open vraag

V1: Wat is een veilig pedagogisch klimaat?

Maak een verslag waarin je de volgende punten opneemt:
1. Omschrijf de term 'pedagogisch klimaat' in eigen woorden
2. Beschrijf op welke wijze jij als onderwijsassistent een bijdrage kunt leveren aan een veilig pedagogisch klimaat

timer
15:00

Slide 15 - Tekstslide

V2: Op zoek naar jouw waarden en normen

Denk na over jouw persoonlijke waarden en normen. Wat vind jij belangrijk in de omgang met elkaar? Beschrijf dit eerst voor jezelf persoonlijk. Beschrijf minimaal drie waarden en drie normen. (Dit komt in je verslag)
timer
10:00

Slide 16 - Tekstslide

Op zoek naar jouw waarden en normen

Denk na over de waarden en normen die jij belangrijk vindt in de beroepspraktijk. Wat wil jij als pedagogisch werker meegeven aan de kinderen waarmee je werkt? Beschrijf minimaal drie waarden en drie normen. (dit komt in je verslag) 
timer
10:00

Slide 17 - Tekstslide

V2: Op zoek naar jouw waarden en normen

Een waarde wordt vaak omschreven in één woord. Bekende waarden zijn: vrijheid, gelijkheid, rechtvaardigheid, respect.
Normen zijn gedragsregels. Normen zijn dus concrete regels waar je de ander (of jezelf) op kunt afrekenen.

Kinderen leren waarden en normen van volwassenen. Als pedagogisch werker leer jij kinderen ook welke waarden en normen belangrijk zijn. Je geeft het goede voorbeeld, maar bespreekt dit ook met de kinderen.

Verdiep je in voorbeelden van waarden en normen door de volgende tekst te lezen.

Slide 18 - Tekstslide

Oefenen in delen
In deze beroepsopdrachten leer je:
- op zoek te gaan naar informatie hoe anderen een veilig pedagogisch klimaat binnen een groep proberen te stimuleren.
- interviewtechnieken te vergroten
- interactievaardigheden in te zetten om een veilig pedagogisch klimaat te stimuleren

Slide 19 - Tekstslide

O1: Ga op onderzoek uit!
Neem een interview af bij één medestudent en één collega.
- vraag hun op welke manier zij een bijdrage leveren aan een veilig pedagogisch klimaat in de beroepspraktijk
- vraag welke waarden en normen zij belangrijk vinden
- vraag naar praktische voorbeelden van de manier waarop de geïnterviewden een bijdrage lever(d)en aan een veilig pedagogisch klimaat, zodat je een compleet beeld krijgt.

Maak een verslag van de interviews.

Slide 20 - Tekstslide

O1: Ga op onderzoek uit!
- Maak tweetallen
- Interview elkaar
- Verwerk dit in een verslag

(let op een actieve luisterhouding, parafraseren en (door)vragen)
timer
20:00

Slide 21 - Tekstslide

O2: Oefenen met interactievaardigheden
Jouw pedagogische interactievaardigheden, oftewel hoe jij met de kinderen omgaat, zijn van grote invloed op hun sociaal-emotionele ontwikkeling. Verdiep je nog eens in deze interactievaardigheden:
1. Sensitieve responsiviteit (je signaleert en biedt emotionele ondersteuning, veiligheid)
2. Respect voor autonomie (kinderen mogen zelf keuzes maken)
3. Structureren en positief leiding geven (creëren van veiligheid)
4. Praten en uitleggen (uitleg geven over hoe een ander kind zich voelt. Je stimuleert hierbij het inlevingsvermogen)
5. Ontwikkeling stimuleren (zone van naaste ontwikkeling)
6. Interacties tussen kinderen begeleiden (samen werken en samen spelen begeleiden. Je helpt kinderen hun sociale vaardigheden te ontwikkelen)

Slide 22 - Tekstslide

O2: Oefenen met interactievaardigheden
Geef vervolgens in tweetallen per interactievaardigheid minimaal twee praktische voorbeelden van hoe jij dit als pedagogisch werker in de beroepspraktijk laat zien. Verwerk dit in een verslag.


timer
20:00

Slide 23 - Tekstslide

Toepassen van het werkproces als geheel


In deze beroepsopdrachten leer je om zorg te dragen voor een veilig pedagogisch klimaat.

Slide 24 - Tekstslide

T1: Zorgen voor een veilig pedagogisch klimaat
Spreek met je stagebegeleider een moment af waarop jij gaat zorgen voor een optimaal groepsklimaat (een veilig pedagogisch klimaat). Let erop dat je de kinderen de begeleiding geeft die zij nodig hebben en speel in op risicovolle situaties. Tijdens dit moment werk je naast een collega en ben jij niet de eindverantwoordelijke. 

Slide 25 - Tekstslide

T1: Zorgen voor een veilig pedagogisch klimaat
Maak een reflectieverslag van het moment waarop jij gezorgd hebt voor een optimaal groepsklimaat. Je geeft antwoord op de volgende vragen:
- Op welke manier heb je ervoor gezorgd dat alle kinderen voldoende aandacht kregen?
- Op welke manier heb jij gezorgd voor dagritme/structuur?
- Op welke manier heb je rust en zelfvertrouwen uitgestraald?
- Op welke manier heb jij jouw interactievaardigheden ingezet?
- Op welke manier heb jij gewerkt volgens geldende waarden en normen?
- Op welke manier heb jij positief gedrag bij kinderen gestimuleerd?
- Op welke manier heb jij communicatie tussen kinderen onderling gestimuleerd?
- Zijn er risicovolle of opvallende situaties voorgevallen en zo ja, hoe ben je hiermee omgegaan?

Slide 26 - Tekstslide

EINDE WERKPROCES B1-K1-W1

Slide 27 - Tekstslide

Criteria uit examen B

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide