M2 - weer + voorzetsels bij landen

le programme
La météo
-Quel temps fait-il?
- de landen in het Frans
- voorzetsels bij landen
***
Na deze les kan je vertellen en begrijpen hoe het weer ergens is.

1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

In deze les zitten 13 slides, met tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

le programme
La météo
-Quel temps fait-il?
- de landen in het Frans
- voorzetsels bij landen
***
Na deze les kan je vertellen en begrijpen hoe het weer ergens is.

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Video

Quel temps-fait-il?
- Quel temps fait-il?                              il fait = het is
    - Il fait beau
    - Il fait chaud
    - Il fait mauvais
    - Il fait froid

    - Il fait ... degrées

Slide 3 - Tekstslide

Quel temps fait-il?
il y a = er is / er zijn

- Il y a du soleil                        De zon schijnt        
- Il y a des nuages                 Het is bewolkt
- Il y a du vent                          Het waait
- Il y a de l'orage                     Het onweert

Slide 4 - Tekstslide

Quel temps fait-il?

- Il pleut       Het regent
- Il neige      Het sneeuwt
- Il grêle       Het hagelt

Slide 5 - Tekstslide

Vul in op de stippellijn...
Een land is mannelijk of vrouwelijk of meervoud:
la France
l'Angleterre (v)
les Pays-Bas
le Danemark

Slide 6 - Tekstslide

Tot zover...
Je kan dus nu vertellen over het weer.

Nu gaan we naar de landen en plaatsen, zodat je ook kan vertellen hoe het weer  is in een land of stad.

Slide 7 - Tekstslide

namen van landen
In het Frans hebben landen een lidwoord.
Een land is  vrouwelijk, mannelijk of meervoud:
la France
l'Angleterre (v)
le Danemark
les Pays-Bas


Slide 8 - Tekstslide

kijk naar de laatste letter:
LA = vrouwelijke landen eindigen op een -e                      
Exemple: La France

LES = meervoudslanden eindigen op een -s
deze landen zijn in het Nederlands ook meervoud!
Exemple: Les États-Unis

LE = mannelijke landen = de rest
Exemple: Le Portugal
Deze landen eindigen niet op een -e of -s

Denk aan de klinkerbotsing: le/la -> l'Angleterre

Slide 9 - Tekstslide

Vul zelf het juiste lidwoord in
Kies uit: le - la - l' - les
... Maroc
... Russie
... Antilles
... Canada

Slide 10 - Tekstslide

in of naar een stad of land
in of naar een stad:                                         à            J' habite à Copenhague.
                                                                                                 Je vais à Londres
.
 ------------------------------------------------------------------------------------
in of naar een land dat vrouwelijk is:     en      Luc va en Belgique.    
in of naar een land dat meervoud is:     aux    Elle va aux Antilles.
in of naar een land dat mannelijk is:     au       Il habite au Maroc.
              
 Bij deze voorzetsels is er nooit een klinkerbotsing!

Slide 11 - Tekstslide

La fin
Nu kan je...
-Vertellen wat voor weer het bij jou is of ergens anders in de wereld.
-Iemand begrijpen als hij over het weer bij hem vertelt.
Exemple:
Il fait beau en France!!!

Slide 12 - Tekstslide


En nu gaan jullie laten zien of het lukt in een kleine test.
Ga nu naar lessonup.com. De code is OCUNS

 Succes!!!!


#lesopafstand
#coronatime
#staysafe

Slide 13 - Tekstslide