Week 10 - les 1 - §2.1 de Griekse stadstaat

Programma
  1. Testvraag doel 17: een polytheïstische natuurgodsdienst             (10 min) 
  2.  Bespreken doel 1 (2.1 Kenmerken Griekse Stadstaat)                       (10 min) 
  3. Aan de slag met doel 2 & 3 (2.1)                                                                   (15 min)
  4. Bespreken (2.1)                                                                                                     (10 min)
  5. Testvraag leerdoel leerdoel 2 & 3                                                                    (5 min) 
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Programma
  1. Testvraag doel 17: een polytheïstische natuurgodsdienst             (10 min) 
  2.  Bespreken doel 1 (2.1 Kenmerken Griekse Stadstaat)                       (10 min) 
  3. Aan de slag met doel 2 & 3 (2.1)                                                                   (15 min)
  4. Bespreken (2.1)                                                                                                     (10 min)
  5. Testvraag leerdoel leerdoel 2 & 3                                                                    (5 min) 

Slide 1 - Tekstslide

Egyptenaren waren een polytheïstische natuurgodsdienst.
- Leg uit wat er wordt bedoelt met polytheïsme
- Leg uit hoe wat er wordt bedoelt met een natuurgodsdienst; én beargumenteer waarom de natuur zo belangrijk was voor de Egyptenaren

Slide 2 - Open vraag

17. Jij kunt uitleggen welke rol godsdienst speelde in het leven van Egyptenaren & Mesopotamiërs 
  • Polytheïsme: geloven in meerdere goden.
Natuurgodsdienst: een godsdienst waarin de natuur vereerd werd. (bijvoorbeeld de Nijl, de dood en het schijnen van de zon.
  • In tempels werden offers gebracht om goden tevreden te houden.  Alleen priesters mogen tempels betreden.  
  •  Egyptenaren geloofden in hiernamaals: ze wilden naar dodenrijk.
  • Mesopotamiërs hadden ook een Polytheïstische natuurgodsdienst;
  • Zij geloofde alleen niet in een hiernamaals zoals de Egyptenaren, maar in een schimmige wereld onder de grond! 

Slide 3 - Tekstslide

Griekse stadstaten - les 1 - 1V
Tijdvak 2 Grieken & Romeinen (3000 v.Chr. tot 500 n.Chr.) 
CSB

Slide 4 - Tekstslide

Leerdoel 1. Jij uitleggen uit welke twee onderdelen een stadstaat bestaat. (blz. 67)
Leg uit waaruit een stadstaat bestaat aan de hand van: polis, Akropolis 

Noem een overeenkomst tussen Griekse stadstaten en drie verschillen 

Slide 5 - Tekstslide

Leerdoel 1. Jij uitleggen uit welke twee onderdelen een stadstaat bestaat. (blz. 67)
  • Rond 450 v.Chr: woonden de Grieken aan de rand van het middellandse zeegebied
  • Een stadstaat bestaat uit een polis: een stadstaat met omringend land.  
  • Akropolis: een ronde heuvel waar ooit een burcht op stond,  
  • in latere tijden een plaats voor een tempel
  • Overeenkomsten tussen Griekse stadstaten:
  • Iedereen sprak Grieks;
  • vereerde men dezelfde goden;
  • Een verschil;
  • Eigen wetten en bestuursvorm 

Slide 6 - Tekstslide

3. Jij kunt uitleggen dat niet alle mensen die in Griekenland woonden, burgerrechten hadden. (blz. 69)  
  • Leg uit wat burgerrecht inhoudt: 
  • Vrije Atheense mannen boven de 18 die gediend hadden in het leger kregen inruil daarvoor burgerrecht
  • Burgerrecht betekent: lidmaatschap van een polis. 
  • Leg uit wie geen burgerrecht hadden én leg uit waarom niet. 
  • Vrouwen vreemdelingen en slaven hadden burgerrecht; 
  • zij waren namelijk militair niet belangrijk! 

Slide 7 - Tekstslide

2. Jij kunt uitleggen hoe het leven in een Griekse stadsstaat eruitzag. (blz. 70) 
  • Geef twee voorbeelden van bestaansmiddelen van Grieken.
  • Landbouw: graan, druiven en olijven
  • Het drijven van handel langs de kusten van de Middellandse en zwarte zee 
  • Leg de taakverdeling uit tussen Griekse mannen en vrouwen.
  • De taakverdeling was erg strikt
  • Mannen: hoofd van het gezin, zorgde voor inkomen
  • Vrouwen:  stonden onder toezicht van de man, gaven leiding aan huishouden.

Slide 8 - Tekstslide

4. Jij kunt uitleggen welke rol slavernij vervulde in de Griekse samenleving. (blz. 68) 
  • Leg uit hoe je slaaf werd. 
  • In Griekse stadstaten was grote ongelijkheid tussen mensen.  
  • Slavernij was erg normaal;  als je gevangen werd genomen tijdens een oorlog werd je tot slaafgemaakt, of als je als slaaf geboren werd. 
  • Leg het belang uit van slaven voor de Griekse economie.
  • Deden zwaar werk in landbouw en mijnen, werkten in huis
  • Bijna de helft van de mensen in stadstaten waren slaaf 

Slide 9 - Tekstslide

Aan de slag met Test jezelf
Oefen de leerdoelen of de flitskaarten online via memo max 

Slide 10 - Tekstslide