Kernconcept evenwicht en kringloop

Evenwicht en kringloop
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
BurgerschapsonderwijsBasisschoolGroep 5,6

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Evenwicht en kringloop

Slide 1 - Tekstslide

De kinderen hebben afgelopen weken hard gewerkt om voor jullie vragen te bedenken over de volgende onderwerpen: 
  • Vincent van Gogh
  • Veel kleurig Nederland
  • AZC
  • Buitenhuizen
  • Haven van Rotterdam 

Slide 2 - Tekstslide

Waar leerde Vincent van Gogh met lichte kleuren schilderen?
A
Frankrijk
B
Italië
C
Engeland
D
Amerika

Slide 3 - Quizvraag

Welke verf gebruikte Vincent van Gogh?
A
olieverf
B
acrylverf
C
muurverf
D
waterverf

Slide 4 - Quizvraag

Hoeveel schilderijen heeft Vincent in zijn leven verkocht?
A
491
B
43
C
15
D
3

Slide 5 - Quizvraag

Wat is een kinderrecht?
A
Recht op vrienden
B
Recht op sport
C
Recht op onderwijs
D
Recht op computer

Slide 6 - Quizvraag

Hoeveel verschillende nationaliteiten zijn er in Nederland ?
A
80
B
140
C
190
D
220

Slide 7 - Quizvraag

Wanneer is veel kleurig Nederland ontstaan
A
21e eeuw
B
18e eeuw
C
20e eeuw
D
16e eeuw

Slide 8 - Quizvraag

hoeveel mensen passen er in een huisje van het azc in Oisterwijk?
A
10
B
8
C
6
D
12

Slide 9 - Quizvraag

hoeveel mensen kunnen er in het azc in Oisterwijk wonen?
A
450
B
370
C
520
D
330

Slide 10 - Quizvraag

Hoeveel verschillende nationaliteiten zijn er in Nederland?
A
80
B
140
C
190
D
220

Slide 11 - Quizvraag

wanneer waren de crisisjaren?
A
1929-1940
B
1930-1940
C
1835-1840
D
1950-1955

Slide 12 - Quizvraag

In welke eeuw werden de meeste buitenhuizen gebouwd?
A
17 e eeuw
B
16 e eeuw
C
18 e eeuw
D
19 e eeuw

Slide 13 - Quizvraag

Hoe reisde mensen naar hun buitenhuis?
A
auto
B
trekschuit
C
stoomtrein
D
paard en wagen

Slide 14 - Quizvraag

Wanneer gaan ze in bad?
A
als ze op visite gaan
B
als ze jarig zijn
C
als de dokter dit adviseert.
D
als ze naar school gaan

Slide 15 - Quizvraag

Hoeveel geld wordt er gemiddeld per jaar in de Rotterdamse haven verdiend?
A
60 miljoen
B
10 miljard
C
2 miljard
D
6 miljard

Slide 16 - Quizvraag

Hoeveel mensen werken ongeveer in de Rotterdamse haven?
A
20 duizend
B
65 duizend
C
50 duizend
D
80 duizend

Slide 17 - Quizvraag

Waardoor werd de Rotterdamse haven goed bereikbaar?
A
kleineren schepen
B
Nieuwe Waterweg
C
Strengere regels
D
de Maas

Slide 18 - Quizvraag