ontwerpprincipes voor multimedialeren

ontwerpprincipes voor multimedialeren
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

ontwerpprincipes voor multimedialeren

Slide 1 - Tekstslide

Hebben jullie ooit al eens gehoord van een basisassumptie?

Slide 2 - Open vraag

3 basisassumpties 

  • de dual channel
  •  de limited capacity
  • de active processing

Slide 3 - Tekstslide

De dual channel assumptie
stelt dat mensen leren via een auditief/verbaal kanaal (informatie die ons aangeboden wordt via het gesproken woord en die we dus horen) en een pictorieel/visueel kanaal (informatie die ons bereikt via beelden en die we dus zien). Beide kanalen treden in interactie tijdens het verwerven van informatie.

Slide 4 - Tekstslide

De limited capacity assumptie

stelt dat slechts een fractie van alles wat een mens via beide verwervingskanalen binnenkrijgt, kan vastgehouden worden in het werkgeheugen.
 

Slide 5 - Tekstslide

De active processing assumptie

die zegt dat personen de aangeboren neiging hebben om zich op hun eerdere ervaringen te baseren bij het selecteren en verwerken van nieuwe informatie.

Slide 6 - Tekstslide

Hebben jullie ooit al gehoord van een ontwerpprincipe?

Slide 7 - Open vraag

11 ontwerpprincipes
  • Overtolligheidsprincipe (Redundancy Principle)
  • Multimediaprincipe (Multimedia Principle)
  • Modaliteitsprincipe (Modality Principle)
  • Ruimtelijke nabijheidsprincipe (Spatial Contiguity Principle)
  • Signaleringsprincipe (Signaling Principle)
  • Personaliseringsprincipes (Personalization & Voice Principle)
  • Coherentieprincipe (Coherence Principle)
  • Principe van de individuele verschillen (Individual Differences Principle)
  • Tijdelijke nabijheidsprincipe (Temporal Contiguity Principle)
  • Segmenteringsprincipe (Segmenting Principle)
  • Voortrajectprincipe (Pre-training Principle)

Slide 8 - Tekstslide

Overtolligheidsprincipe

Beeld plus audio is beter dan beeld plus audio plus tekst. Dat laatste leidt tot ‘cognitieve overload’. Ondertitels in dezelfde taal als de audio leiden af. Enkel voor anderstaligen of laaggeletterden kan dit een hulpmiddel zijn.

Slide 9 - Tekstslide

Multimediaprincipe


Tekst én beeld is beter dan tekst alleen. Maak een tekst duidelijker aan de hand van bijvoorbeeld een beeld.

Slide 10 - Tekstslide

Modaliteitsprincipe

In combinatie met beeld is audio beter dan geschreven tekst. Dat laatste leidt tot overbelasting van het visuele kanaal. Geef de tekst auditief en plaatsen enkel kernwoorden als leestekst in het beeld.

Slide 11 - Tekstslide

Ruimtelijke nabijheidsprincipe


De ruimte tussen corresponderende woorden en beelden moet minimaal zijn. Zet de tekst dus niet onder maar in het beeld.

Slide 12 - Tekstslide

Signaleringsprincipe

Stuur de aandacht naar kritische en essentiële aspecten van het leermateriaal door middel van extra markeringen. Je kan leesteksten verbeteren door een genummerde lijst te maken en de belangrijkste woorden in vette tekst te zetten.

Slide 13 - Tekstslide

Personaliseringsprincipe
Gebruik een communicatieve schrijfstijl (met inbegrip van het gebruik van de ik- en je-vorm) en een vriendelijke, menselijke stem. Je kan leesteksten personaliseren door het vanuit de persoon zelf te schrijven. We beschrijven hier immers een proces dat zich in elk hoofd afspeelt dus ook in dat van de cursist. 

Slide 14 - Tekstslide

Coherentieprincipe


Vermijd overbodige, ongerelateerde woorden, beelden en geluiden. Je kan dus best achtergrond muziek vermijden.

Slide 15 - Tekstslide

Principe van de individuele verschillen


Designeffecten spelen sterker bij cursisten met weinig voorkennis en bij cursisten met een slechter ruimtelijk inzicht.

Slide 16 - Tekstslide

Tijdelijke nabijheidsprincipe

Corresponderende woorden en beelden moeten tegelijkertijd verschijnen. Je kan een tekening animeren en sychroneren met de audio.

Slide 17 - Tekstslide

Segmenteringsprincipe
Segmentering staat voor het verdelen van een cursus in behapbare onderdelen.

Complex materiaal splits je best op. Op die manier kan je cursist de essentie van de kleinere eenheden gemakkelijker begrijpen en zal het werkgeheugen ook niet overbelast worden.

Slide 18 - Tekstslide

Voortrajectprincipe
Met een voortraject zorg je ervoor dat je cursist niet als een leek aan de eigenlijke cursus begint. In een korte, oriënterende sessie bespreek je welke basisbeginselen belangrijk zijn, zodat je cursist met vertrouwen de echte cursus kan aanvatten. Een voortraject is vooral van belang voor die cursisten die nog niet vertrouwd zijn met het onderwerp. Op die manier vermindert de hoeveelheid nieuwe materie en is de kans op een overbelasting van hun werkgeheugen kleiner.

Slide 19 - Tekstslide

Welk ontwerpprincipe vinden jullie het interessant?
Personaliseringsprincipes
Signaleringsprincipe
Multimediaprincipe
Ruimtelijk nabijheidsprincipe en Tijdelijk nabijheidsprincipe
Modaliteitsprincipe
Overtolligheidsprincipe
Coherentieprincipe
Principe van de individuele verschillen
Voortrajectprincipe
Segmenteringsprincipe

Slide 20 - Poll