paragraaf 1.2 Water vriend of vijand?

1.2 
1 / 41
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 41 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

1.2 

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen par. 1.2 
  • Je weet welke adviezen de Tweede Deltacommissie aan de regering uitbracht en waarom.
  • Je kunt uitleggen wat relatieve zeespiegelstijging is.
  • Je kunt de oorzaken van bodemdaling noemen.
  • Je kunt waterveiligheid vanuit verschillende dimensies bekijken.
  • Je kunt uitleggen wat verzilting is en hoe dit ontstaat.
  • Je weet wat wordt bedoeld met het binnendringen van zeewater en je weet welke gebieden hier gevoelig voor zijn.

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Link

Zeespiegelstijging
  1. Gletsjers in berggebieden en landijs op Groenland en Antarctica smelten. Er komt daardoor meer water in de oceanen terecht. 
     2. Het zeewater wordt door hogere temperaturen ook iets warmer. Warmer water zet uit en neemt meer ruimte in beslag. Dit is de belangrijkste oorzaak van zeespiegelstijging.


Slide 4 - Tekstslide

Geef een voorbeeld van
"Vasthouden"

Slide 5 - Woordweb

Geef een voorbeeld
van "bergen"

Slide 6 - Woordweb

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Bodemdaling
-> kanteling Nederland (ijstijd)
westen daalt, oosten komt omhoog.
-> minder sedimentatie a.g.v bedijkingen
-> inklinken veen en klei
-> veenoxidatie, verteren van veen dat boven grondwater uitkomt
-> aardgaswinning

Slide 18 - Tekstslide

Bodemdaling

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

1953 Deltacommissie

Slide 21 - Tekstslide

Ondanks dijken toch in grote delen van Nederland overstromingsgevaar mede door toegenomen economische waarde en bevolkingsgroei
Deltawerken

Slide 22 - Tekstslide

2008 tweede 
Deltacommissie
  1. Hetzelfde beschermingsniveau voor iedere Nederlander achter de dijk.
  2. Meer bescherming voor plekken waar grote groepen slachtoffers/economische schade kan zijn.
  3. Meer bescherming op plaatsen waar uitval van vitale of kwetsbare infrastructuur landelijke gevolgen kan hebben.

Slide 23 - Tekstslide

2

Slide 24 - Video

00:30
Door de combinatie van welke 3 factoren is Nederland kwetsbaar voor wateroverlast?

Slide 25 - Open vraag

01:00
Noem twee voorbeelden van een waterkering.

Slide 26 - Open vraag

Vaststellen veiligheidsnorm: in kaart brengen mogelijke schade
  • ligging t.o.v NAP
  • Oppervlakte van het gebied
  • aantal inwoners
  • waarde investeringen (woningen, infrastructuur, bedrijven, economische activiteiten)

Gebieden waar gevolgen overstroming het grootst zijn krijgen strengste norm

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Link

Overstromingsrisicobewustzijn

Slide 29 - Tekstslide

Integraal
waterbeleid
  • waterafvoer
  • waterkwaliteit
  • naaste omgeving
  • belang stad en platteland
  • verschillende functies 

Slide 30 - Tekstslide

Kwelwater

Slide 31 - Tekstslide

verdroging= verlagen grondwaterstand
verzilting= achterblijven van zout na verdamping

Slide 32 - Tekstslide

opdringen zout water bij lage waterstand

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Link

Slide 35 - Video

Benodigde voorkennis 
Je kent het verschil tussen absolute- en                                  relatieve zeespiegelstijging;
Je weet wat een polder is;
Je weet wat de oorzaken zijn van 
                 klimaatverandering;
Je weet wat verdroging en verzilting is;

Slide 36 - Tekstslide

Bodemdaling (2/2)
Herstel isostatisch evenwicht als gevolg van klimaatverandering

Slide 37 - Tekstslide

Bodemdaling in kaart

Slide 38 - Tekstslide

Dus meer overstromingskans


- Absolute- en relatieve zeespiegelstijging
- Stijgende piekafvoer van de rivieren

Slide 39 - Tekstslide

Wat te doen?

Slide 40 - Tekstslide

Atlaskaarten

Slide 41 - Tekstslide