Domein 3, les 2 omtrek en oppervlakte

Hoofdstuk 2
Omtrek en oppervlakte
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
RekenenMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 2
Omtrek en oppervlakte

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Omtrek en oppervlakte

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat gaan we vandaag doen

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doelen van de les:
Aan het einde van de les kan ik:
* de omtrek van figuren berekenen
*de oppervlakte van figuren berekenen
* oppervlakte van figuren omrekenen naar andere maten

Aan het einde van de les weet ik:
* welke formules er horen bij de omtrek en de oppervlakte

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Weten we het nog??

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De rolmaat geeft 4,3 dm aan.
Hoeveel centimeter is dat?
A
430
B
43
C
4,3
D
4300

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Omtrek = als ik er een touwtje omheen zou leggen, hoe lang is deze dan?

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke formule hoort er bij de omtrek?
A
Lengte + breedte
B
Lengte + breedte x 2
C
Lengte x breedte
D
Lengte+breedte+lengte+breedte

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Alle zijden zijn even lang.
Wat is de omtrek in cm?
A
120 mm
B
210 mm
C
12 cm
D
21 cm

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Even voor jezelf
Wat is de
omtrek?
Geef
antwoord
in cm...

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Oppervlakte bereken je = lengte x breedte
achter je antwoord komt dan een 2 te staan...

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lengte:
Breedte:
Wat is de oppervlakte van 1 deur?
(de deuren zijn even groot)
Formule:

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Een deur is 2 meter hoog en 85 cm breed. Wat is de oppervlakte in cm2?

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Omrekenen van oppervlakte
  • waarom stappen van 100?

  • Wat valt je op?

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

9375cm2 = .......... m2

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Wat is de oppervlakte van dit scherm in cm2?
A
40,32 cm2
B
132 cm2
C
4032 cm2
D
403,20 cm2

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waar of wanneer kom je schaal tegen?

Slide 17 - Woordweb

Bijvoorbeeld:
- een landkaart
- een wereldbol
- Google maps
- een plattegrond van je huis
- een modelautootje
- een schaalmodel van een gebouw/schip/machine/wat dan ook.
- foto's (maar daarbij staat de schaal meestal niet aangegeven)
- de wassen beelden in Madam Tussauds zijn modellen met schaal 1:1


Een kaart is op een schaal van
1 : 15.000 getekend.

Dit betekent ..................
A
1 cm op de kaart is 15 km in werkelijkheid
B
1 cm op de kaart is in werkelijkheid 15.000 keer zo groot.
C
Geen idee
D
1 cm op de kaart is 150 meter in werkelijkheid

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

1 : 1000
1 op 1000
1 cm is in werkelijkheid 1000 cm



Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De domtoren in Utrecht is 112 meter hoog. Ik maak er een maquette van met de schaal 1 : 200.
Hoe hoog wordt mijn maquette?

Slide 20 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Van dit schaalmodel bestaat ook een echt model. Het schaalmodel is 15 cm lang en de echte auto is 3 m lang.

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het schaalmodel is 15 cm lang en de echte auto is 3 m lang. Wat is de schaal van het model? 1 : ....

Slide 22 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies


Nederland telt ongeveer ... miljoen inwoners.
A
2 miljoen
B
10 miljoen
C
17 miljoen
D
25 miljoen

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Je wandelt ongeveer ... km/h.
A
2 km
B
5 km
C
8 km
D
10 km

Slide 24 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Een verdieping van een gebouw in ongeveer .... hoog.
A
3 m
B
30 m
C
30 cm
D
3 cm

Slide 25 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Een volwassen man is ongeveer .... lang.
A
15 cm
B
2000 cm
C
1,80 m
D
0,87 m

Slide 26 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


De hoogte van een deur is ongeveer ....
A
2 dm
B
2 cm
C
2 m

Slide 27 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Je fietst ongeveer ... km/h.
A
10 km
B
12 km
C
15 km
D
20 km

Slide 28 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Ik ga een voldoende halen voor dit hoofdstuk
😒🙁😐🙂😃

Slide 29 - Poll

Deze slide heeft geen instructies