Leçon 5: Avoir

Leçon 5:  Avoir
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Leçon 5:  Avoir

Slide 1 - Tekstslide

Comment ça va ?
beantwoord de vraag in het Frans

Slide 2 - Open vraag

Qu'est-ce qu'on va faire aujourd'hui?
- We herhalen hoe je je leeftijd vertelt
- We gaan het werkwoord avoir leren vervoegen zodat je het kunt gebruiken in korte zinnen.

Slide 3 - Tekstslide

Hoe zeg je hoe oud iemand is?
Tu as quel âge (hoe oud ben jij)
J'ai douze ans (ik ben twaalf jaar oud)

Slide 4 - Tekstslide

Tu as quel âge ?

Slide 5 - Open vraag

Van

           
   
     Wat betekent "avoir"?


Vandaag oefenen we met het werkwoord "avoir".

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

AVOIR ( = hebben)
Vervoeging van "avoir" met vertaling :
stopwatch
00:00

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Link

Wat betekent "tu as"?
A
zij hebben
B
hij heeft
C
jij hebt
D
ik heb

Slide 10 - Quizvraag

Wat betekent "nous avons"?
A
ik heb
B
u heeft
C
wij hebben
D
zij hebben

Slide 11 - Quizvraag

Wat betekent "il a" ?
A
hij heeft
B
zij heeft
C
u heeft
D
zij hebben

Slide 12 - Quizvraag

Hoe vertaal je "men heeft" in het Frans ?
timer
1:00
A
ils ont
B
nous avons
C
j'ai
D
on a

Slide 13 - Quizvraag

Hoe vertaal je "zij hebben" in het Frans ?
timer
1:00
A
ils ont
B
elle a
C
vous avez
D
tu as

Slide 14 - Quizvraag

A. optreden

B. ontdekt worden

C. zin hebben om te 

A. zij  heeft
B. zij hebben
C.  men heeft
D.  jullie hebben
E. jij / je hebt
F. wij hebben
1.  nous  avons
2.  tu  as
3.  ils  ont
4.  on  a
5.  vous avez
6.  elle  a

Slide 15 - Sleepvraag

Slide 16 - Link

Slide 17 - Link

Slide 18 - Link

Aantekeningencontrole
Wat moet je hebben:
1. Persoonlijk voornaamwoord
2. De volgende zinnen: hoe het met je gaat, jezelf voorstellen, hoe oud je bent
3. Être en avoir
4. De getallen 0-20

Slide 19 - Tekstslide

Au revoir

Slide 20 - Tekstslide