MAW

Hoofdstuk 7&8
Janneke & Sam 
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijwetenschappenMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 7&8
Janneke & Sam 

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen? 
  • Theorie behandelen H7
  • Examenopdracht maken
  • Theorie behandelen H8
  • Examenopdracht maken 
  • Einde :))

Slide 2 - Tekstslide

7.1: Twee geloven in een rijk

- Macht 
- (Sociale) cohesie
- Conflict


- Vrede van Augsburg 
- Plakkaat van Verlatinghe 

Macht: Het vermogen om hulpbronnen in te zetten om bepaalde doelstellingen te bereiken en de handelingsmogelijkheden van anderen de vergroten of te verkleinen

Sociale cohesie: Het aantal en de kwaliteit van de bindingen die mensen in een ruimer sociaal kader met elkaar hebben, het gevoel een groep te zijn, lid te zijn van een gemeenschap, verantwoordelijkheid voelen voor elkaars welzijn en een beroep op andere kunnen doen

Conflict: Een situatie waarin individuen, groepen en/of staten elkaar tegenwerken om de eigen doelen te bereiken 

Slide 3 - Tekstslide

7.2: Sociale institutie
- Religie + sociale cohesie 
- Bindmiddel / lijm 
- Minder conflicten
- Per samenleving anders 

- Waarden & normen (cultuur) 



Sociale cohesie: Het aantal en de kwaliteit van de bindingen die mensen in een ruimer sociaal kader met elkaar hebben, het gevoel een groep te zijn, lid te zijn van een gemeenschap, verantwoordelijkheid voelen voor elkaars welzijn en een beroep op andere kunnen doen

Cultuur: Het geheel van waarden, voorstellingen, uitdrukkingsvormen, opvattingen en normen die mensen als lid van een groep of samenleving verworven hebben 

Slide 4 - Tekstslide

Waarden & Normen

Slide 5 - Woordweb

7.2: Sociale institutie
- Religie + sociale cohesie 
- Bindmiddel / lijm 
- Minder conflicten
- Per samenleving anders 

- Waarden & normen (cultuur) 

- Gedrag kent regels: sociale institutie


Sociale cohesie: Het aantal en de kwaliteit van de bindingen die mensen in een ruimer sociaal kader met elkaar hebben, het gevoel een groep te zijn, lid te zijn van een gemeenschap, verantwoordelijkheid voelen voor elkaars welzijn en een beroep op andere kunnen doen

Cultuur: Het geheel van waarden, voorstellingen, uitdrukkingsvormen, opvattingen en normen die mensen als lid van een groep of samenleving verworven hebben 

Sociale institutie: Complex van min of meer geformaliseerde regels die het gedrag van mensen en hun onderlinge relaties reguleren

Slide 6 - Tekstslide

Noem voorbeelden
van een sociale institutie

Slide 7 - Woordweb

7.2: Sociale institutie
- Religie + sociale cohesie 
- Bindmiddel / lijm 
- Minder conflicten
- Per samenleving anders 

- Waarden & normen (cultuur) 

- Gedrag kent regels: sociale institutie

- Voorbeeld: huwelijk, onderwijssysteem

- Over veel dingen worden niet eens nagedacht: Nederlands spreken 

Sociale cohesie: Het aantal en de kwaliteit van de bindingen die mensen in een ruimer sociaal kader met elkaar hebben, het gevoel een groep te zijn, lid te zijn van een gemeenschap, verantwoordelijkheid voelen voor elkaars welzijn en een beroep op andere kunnen doen

Cultuur: Het geheel van waarden, voorstellingen, uitdrukkingsvormen, opvattingen en normen die mensen als lid van een groep of samenleving verworven hebben 

Sociale institutie: Complex van min of meer geformaliseerde regels die het gedrag van mensen en hun onderlinge relaties reguleren

Slide 8 - Tekstslide

7.3: Theorie en Ideologie 

- Modernistische school 
- Nationalistische school 
- Verschillende visies van ideologieën op naties 

Slide 9 - Tekstslide

7.4: Natievorming
- Naties: volken die hun eigen staat hebben of willen vormen
- Sociale cohesie 


Gebrek aan cohesie --> Conflict --> Creëren van naties --> Natievorming 

Slide 10 - Tekstslide

EXAMENOPDRACHT H7
timer
15:00

Slide 11 - Tekstslide

Uitwerking examenvraag 
A. Uit tekst 5 blijkt dat het afsteken van vuurwerk een jaarlijkse traditie is waar regels en gewoonten aan verbonden zijn. Zo mogen mensen drie werkdagen voor 1 januari bij een goedgekeurd verkooppunt consumentenvuurwerk kopen (r. 10-14) / Zo is het gebruikelijk dat mensen vuurwerk op straat ‘voor de deur’ afsteken en grijpen buren, vrienden en familie de gelegenheid aan om elkaar een gelukkig nieuwjaar te wensen (r. 21-26) 
Deze (in meer of mindere mate geformaliseerde) regels reguleren het gedrag en de onderlinge relaties van mensen rond de jaarwisseling. Daarom is er sprake van een sociale institutie. 

B.  De wijkscore is een indicator van de mate van de sociale cohesie in de wijk, want deze indicator zegt iets over de kwaliteit van de bindingen tussen mensen in een groep of gemeenschap. 
Mensen die kwalitatief goede bindingen hebben met hun buren, zullen minder snel overlast veroorzaken / zullen minder snel overlast ervaren. 


Slide 12 - Tekstslide

8.1: Revoluties 

- Naties belangrijker, meer verbonden met elkaar (cohesie) 
- Conflicten / oorlogen / revoluties: drang naar vrijheid
- Macht 

Slide 13 - Tekstslide

8.2: Gezag en representatie 
- Gezag in het verlengde van macht 
- Acceptatie voor beslissingen en inperking vrijheid 
- Gezag krijg je niet zomaar 
- Meer of minder 
Gezag: Macht die als legitiem beschouwd wordt


Slide 14 - Tekstslide

Noem voorbeelden mensen in je omgeving
die gezag over jou hebben

Slide 15 - Woordweb

8.2: Gezag en representatie 
- Gezag in het verlengde van macht 
- Acceptatie voor beslissingen en inperking vrijheid 
- Gezag krijg je niet zomaar 
- Meer of minder 
- Je ouders, docenten, je trainer 

- Representatie: leerlingenraad, aanvoerder, koning 
- Democratie: volk mag kiezen 
- Representativiteit
- Achtergrondkenmerken, standpunten & besluiten 
Gezag: Macht die als legitiem beschouwd wordt

Representatie: De vertegenwoordiging van een groep in (politieke) organisaties door één of enkele betrokkenen die namens de groep optreden

Representativiteit: De mate waarin de (politieke) besluiten, de standpunten of achtergrondkenmerken van vertegenwoordigers overeenkomen met die van de groep die zij vertegenwoordigen 

Slide 16 - Tekstslide

8.3: Theorie en ideologie 
- Ontwikkelingsvisie & instrumentele visie 
- Hoe denken de verschillende ideologieën over democratie? 

Slide 17 - Tekstslide

8.4: Democratisering 
- Democratische rechtsstaat
- 2 politieke instituties 

3 soorten rechten: 
- Klassieke grondrechten 
- Politieke rechten 
- Sociale rechten 
Democratisering: Het proces van verandering van de machts- en gezagsverhoudingen door een grotere inspraak en medezeggenschap van degene met minder macht 

Slide 18 - Tekstslide

EXAMENOPDRACHT H8
timer
15:00

Slide 19 - Tekstslide

Uitwerking examenvraag 


A. 
Als bepaalde groepen door politieke participatie beter hun eisen en belangen kenbaar maken dan andere groepen, kan dit betekenen dat de overheid meer rekening houdt met hun eisen en belangen (dan met die van de andere groepen). Dit heeft een negatieve invloed op de representativiteit van politieke besluiten als de standpunten van de politieke vertegenwoordigers minder overeenkomen met de eisen en wensen van bepaalde groepen. 

B. De delegatieleider (Veenstra) zit bij de besprekingen voor de nieuwe Europese normen namens Nederland en de voorzitter niet. Deelnemen aan de besprekingen over de nieuwe Europese normen is een middel tot het legitiem uitoefenen van dwang en daarmee een politieke machtsbron van de delegatieleider om de doelstelling te bereiken  Om de doelstelling van nieuwe Europese normen voor de tattoobranche te bereiken, heeft de delegatieleider dus meer formele hulpbronnen dan de voorzitter. De delegatieleider heeft daarom meer formele macht dan de voorzitter. 



Slide 20 - Tekstslide

EINDE :)
Nog vragen? 

Slide 21 - Tekstslide