H1

Vertaal:
1 / 37
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 37 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Vertaal:

Slide 1 - Tekstslide

der Gedanke
A
de gedachte
B
de attentie
C
publiceren
D
vreemd

Slide 2 - Quizvraag

die Eröffnung
A
de gedachte
B
de opening
C
de bezuiniging
D
verschillend

Slide 3 - Quizvraag

im Durchschnitt
A
attent
B
de gedachte
C
de opening
D
gemiddeld

Slide 4 - Quizvraag

die Tätigkeit
A
de gedachte
B
de opening
C
de bezigheid
D
de voorwaarde

Slide 5 - Quizvraag

unterschiedlich
A
vreemd
B
verschillend
C
gemiddeld
D
publiceren

Slide 6 - Quizvraag

veröffentlichen
A
verschillend
B
gemiddeld
C
publiceren
D
vreemd

Slide 7 - Quizvraag

seltsam
A
vreemd
B
verschillend
C
publiceren
D
inderdaad

Slide 8 - Quizvraag

rücksichtsvoll
A
attent
B
hardvochtig
C
inderdaad
D
vreemd

Slide 9 - Quizvraag

die Voraussetzung
A
de gedachte
B
de opening
C
de voorwaarde
D
de bezigheid

Slide 10 - Quizvraag

Even grammatica herhalen:

Slide 11 - Tekstslide

       m.                     v.                    0.                   mv 
1e 

3e

4e
den
den - n
der
dem
dem
der
das
das
die
die
die
die

Slide 12 - Sleepvraag

ein - groep
m
v
o
mv
1e 
2e 
3e 
ein
ein
ein
eine
eine
einem
einem
einen
keine 
keine
keinen
einer

Slide 13 - Sleepvraag

ik
zij (ev)
hij
jij
u
jullie

1e
3e
4e
du
er
dich
ihm
euch
ihr
ihn
mir
mich
ihr
dir
Ihnen
euch
Sie
sie
sie
ihr
ich
Sie

Slide 14 - Sleepvraag

1e naamval (een man)
A
einer Mann
B
ein Mann
C
eine Mann
D
eines Mann

Slide 15 - Quizvraag

aan jou vriendin
A
deiner
B
dein
C
deinem
D
deinen

Slide 16 - Quizvraag

von (deze vrouw)
A
diese Frau
B
dieser Frau
C
diesem Frau
D
diesen Frau

Slide 17 - Quizvraag

mit (sommige Kinder)
A
manchen Kindern
B
manche Kinder
C
manchen Kinder
D
manche Kindern

Slide 18 - Quizvraag

durch (haar man)
A
Ihren Mann
B
ihren Mann
C
Ihrem Mann
D
ihrem Mann

Slide 19 - Quizvraag

3de naamval mannelijk
A
der
B
des
C
dem
D
den

Slide 20 - Quizvraag

3de meervoud
A
die - n
B
der - n
C
den - n
D
das - n

Slide 21 - Quizvraag

Welke lidwoorden vul je bij de voorzetsel + 3 in? m - v - o -mv

Slide 22 - Open vraag

welke lidwoorden vul je bij de voorzetsels + 4 in?
m -v- o- mv

Slide 23 - Open vraag

Het werkwoord haben
ich
du
er/sie/es
wir
ihr
sie/Sie
habe
hast
hat
haben
habt
haben

Slide 24 - Sleepvraag

ein- Gruppe (1)
ein- Gruppe (3)
ein
eine
ein
keine
einem
einer
einem
meinen

Slide 25 - Sleepvraag

Wie alt (bent u)?
(Hij is) 13 Jahre alt.
Wo (ben jij) geboren?
(Ik ben) in Berlin geboren.
(Het is) eine schöne Stadt.
sind Sie
er ist
bist du
ich bin
es ist

Slide 26 - Sleepvraag

ich
du
er/sie/es
wir
ihr
sie/Sie
werdet
seid
habt
wird
ist
bin
haben
hast

Slide 27 - Sleepvraag

timer
1:00
die
der
das
Mann
Frau
Kind
Junge
Schule
Mädchen

Haus
Lehrer

Lehrerin

Slide 28 - Sleepvraag

Ich ______ in Tilburg.
A
wohnen
B
wohnst
C
wohne
D
wohnt

Slide 29 - Quizvraag

Wo ________ du?
A
wohnen
B
wohnst
C
wohne
D
wohnt

Slide 30 - Quizvraag

Sleep de uitgangen naar de juiste plek
ich
du
er/sie/es/man

wir 
ihr
sie/Sie
spiel
spiel
spiel

spiel
spiel
spiel
-e
-st
-t
-en
-en
-t

Slide 31 - Sleepvraag

wonen = wohnen
ik woon = ich _________
A
wohne
B
wohnen
C
wohnt
D
wohnst

Slide 32 - Quizvraag

zwemmen = schwimmen
jij zwemt = du ______________
A
schwimme
B
schwimmst
C
schwimmt
D
schwimmen

Slide 33 - Quizvraag

schrijven = schreiben
hij schrijft = er ______________
A
schreiben
B
schreibst
C
schreibt
D
schreibe

Slide 34 - Quizvraag

spelen = spielen
Er__________ gerne Fußball.

Slide 35 - Open vraag

ich
du
er/sie/es/man

wir
ihr
sie/Sie
Sleep de werkwoorden naar de juiste plek
schrijven= schreiben
schreibe
schreibst
schreibt
schreibt
schreiben
schreiben

Slide 36 - Sleepvraag


A

Slide 37 - Quizvraag