Schrijven: bouwplan maken en schrijftips

De toren van Babel
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 6

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

De toren van Babel

Slide 1 - Tekstslide

Wat doen we vandaag?
Schrijven: bouwplan maken en TOP TIPS voor writing Paper 1

Slide 2 - Tekstslide

Inquiry question
Hoe maak ik een bouwplan voor mijn Writing Paper 1 assessment?
Hoe gebruik in mijn tijd optimaal tijdens de 75 minuten die ik heb?

Slide 3 - Tekstslide

Tekstsoorten in IB past paper
Zie het nieuwe overzicht (files in MB) Tekstsoorten is Criterion C: Conceptual understanding
To what extent does the candidate demonstrate conceptual understanding?
To what extent is the choice of text type appropriate to the task?
• To what extent are register and tone appropriate to the context, purpose and audience of the task?
• To what extent does the response incorporate the conventions of the chosen text type? (MAAR: max 6 punten!!!)

Slide 4 - Tekstslide

TIP: Focus on Criterion B: Message
To what extent does the candidate fulfill the task?
• How relevant are the ideas to the task?
• To what extent are ideas developed?
• To what extent do the clarity and organization of ideas contribute to the successful delivery of the
message? (12 points!)
This is where most students lose points!

Slide 5 - Tekstslide

Drie fasen van het schrijfproces
Als je een tekst gaat schrijven, ga je niet meteen schrijven. Je bereidt (prepare) de tekst eerst stap voor stap voor. Daarna schrijf je pas de tekst.

Het schrijfproces bestaat uit drie fasen:
  1. voorbereiden 
  2. uitvoeren 
  3. controleren 

Slide 6 - Tekstslide

Je moet een tekst schrijven over de plannen om op diverse (toeristische) plaatsen voor de kust windmolenparken te bouwen voor schone energie. Dat heeft voordelen en nadelen.
Waarover moet je nadenken voordat je begint met schrijven?

Slide 7 - Open vraag

Stappenplan schrijven – 1 Voorbereiden 
De eerste fase van het schrijfproces, het voorbereiden, begint met 
1 het vaststellen van het schrijfdoel (overtuigen, informeren, activeren, amuseren)
2 de doelgroep
3 het onderwerp of hoofdgedachte 
4 de deelvragen van je tekst. 

Bij een overtuigende tekst bedenk je ook wat je standpunt en argumenten zijn.

Slide 8 - Tekstslide

2 Doelgroep - wat is dat?
  • Groep mensen voor wie je schrijft (target audience).
  • Goed beeld krijgen van de doelgroep.
  • Onderzoeken - wat weet de doelgroep al? (voorkennis)
  • Stem je taalgebruik af (adjust your language)
     op de doelgroep 
  • Waarom? Je tekst wordt doelgerichter (more 
    targeted) en duidelijker.

Slide 9 - Tekstslide

Bekijk deze
afbeelding
goed....
timer
0:10

Slide 10 - Tekstslide

Voor welke doelgroep is de
advertentie geschreven?
A
Kinderen
B
Ouders
C
Docenten
D
Medewerkers

Slide 11 - Quizvraag

Slide 12 - Video

Slide 13 - Video

Voorbereiding
Noteer het onderwerp, tekstdoel en de hoofdgedachte
Maak een schema met 4 kolommen:
A: Inleiding, middenstuk, slot
B: Alineanummers
C: Deelonderwerpen
D: De inhoud 
in voldoende steekwoorden (keywords)
Bouwplan 

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

task 5 min
Bekijk het bouwplan. 
Wat is het onderwerp van de tekst?
Bij welk topic hoort het onderwerp? (identities etc)?

Slide 16 - Tekstslide

blz 75 guide
Analyseer
Laat zien dat ..
bespreek
Beoordeel
Leg uit
Evalueer
Identificeer
Omschrijf
Presenteer
Geef kort antwoord

Slide 17 - Tekstslide

task
We lezen samen een voorbeeld Paper 1.
Highlight de commend terms en je publiek (audience)
Kies 1 opdracht en texttype- welke is het meest geschikt (appropriate)?

Slide 18 - Tekstslide

Task 
Maak een bouwplan voor de opdracht die je hebt gekozen. Werk alleen of in tweetallen. 
 Lever je bouwplan in.

Slide 19 - Tekstslide

Tijdplanning (75 min.)
1
Bouwplan maken
20 min.
2
Verdeel in inleiding, kern, slot
5 min.
3
Maak paragrafen (deelonderwerpen)en 
5 min.
4
Schrijf de tekst
30 min
5
Controleer de tekst
10 min

Slide 20 - Tekstslide

High grade in SL?
Use more then just the present or past tense, also perfectum or futurum in your text

Slide 21 - Tekstslide

Ik kan een bouwplan schrijven
😒🙁😐🙂😃

Slide 22 - Poll