Onthouden: ik kan uitleggen dat chromosomen in de celkern liggen en noemen hoeveel chromosomen een menselijke cel bevat.
Begrijpen: ik kan beschrijven hoe DNA is opgebouwd uit basenparen en herkennen hoe A–T en C–G samen horen.
Begrijpen: ik kan verklaren dat DNA de erfelijke informatie bevat en voorbeelden geven van erfelijke eigenschappen.
Analyseren: ik kan uitleggen wat een gen is en beschrijven hoe genen informatie bevatten voor verschillende eigenschappen.
Huiswerk T2 B5
Opdr. 1 t/m 9, (6)
OF uitdaging
Opdr. 3, 4, 7 t/m 11
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1
In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
B5 De celkern
Jas in je kluis
Spullen op tafel
Laptop/Leerwerkboek Schrift
Tas van tafel
Lees blz. 116 t/m 118
timer
5:00
Kennen/Kunnen
Onthouden: ik kan uitleggen dat chromosomen in de celkern liggen en noemen hoeveel chromosomen een menselijke cel bevat.
Begrijpen: ik kan beschrijven hoe DNA is opgebouwd uit basenparen en herkennen hoe A–T en C–G samen horen.
Begrijpen: ik kan verklaren dat DNA de erfelijke informatie bevat en voorbeelden geven van erfelijke eigenschappen.
Analyseren: ik kan uitleggen wat een gen is en beschrijven hoe genen informatie bevatten voor verschillende eigenschappen.
Huiswerk T2 B5
Opdr. 1 t/m 9, (6)
OF uitdaging
Opdr. 3, 4, 7 t/m 11
Slide 1 - Tekstslide
Welk deel van de cel bestaat uit water met opgeloste stoffen?
A
Celkern
B
Celmembraan
C
Cytoplasma
D
Celwand
Slide 2 - Quizvraag
Op de afbeelding zie je 3 celtypen.
Welke van deze kunnen voorkomen bij een kat?
A
Alleen 1
B
Alleen 3
C
1 en 2
D
1 en 3
Slide 3 - Quizvraag
Welk deel van de cel zorgt voor stevigheid?
A
Celkern
B
Celmembraan
C
Cytoplasma
D
Celwand
Slide 4 - Quizvraag
Welk celonderdeel vind je alleen bij plantencellen?
A
Celkern
B
Celmembraan
C
Cytoplasma
D
Celwand
Slide 5 - Quizvraag
Amine en Anna maken een lijstje om de verschillen tussen dierlijke en plantaardige cellen te onthouden. Noem minstens 3 dingen die ze kunnen opschrijven voor cellen van planten.
Slide 6 - Open vraag
Wat doet het DNA?
Slide 7 - Open vraag
De celkern
Bevat Chromosomen
Chromosomen > DNA
Bevat erfelijke informatie
Chromosomen bestaan grotendeels uit DNA, maar er komen ook wat andere stoffen in voor
Erfelijke eigenschappen = alle (lichamelijke) eigenschappen die je van je ouders erft, bijvoorbeeld de kleur van je ogen
Chromosomen zien er uit als een soort wormpjes.
Deze wormpjes zijn 'opgeslagen' in de celkern
Op de getekende afbeelding zie je een chromosoom vlak voordat de cel gaat delen.
Op de microscopische afbeelding zie je chromosomen zoals ze 'gewoonlijk' zijn.
Slide 8 - Tekstslide
Hoeveel Chromosomen?
Mensen: 46 chromosomen.
Elke lichaamscel bevat 46 chromosomen
bijv.: beencel, hersencel, maagcel, vingercel, etc.
Per soort organisme verschilt het aantal chromosomen
Chromosomen zijn zichtbaar tijdens celdeling
Het maakt dus niet uit welke cel* van een mens (of ander organisme) je bekijkt, je komt altijd hetzelfde aantal chromosomen tegen.
* er zijn een paar cellen die geen of minder DNA bevatten, op deze na geldt bovenstaande voor alle cellen in het lichaam
Slide 9 - Tekstslide
Je hoeft deze aantallen niet te kennen!
Je hoeft alleen te weten dat mensen er 46 hebben
!
Slide 10 - Tekstslide
Bouw DNA
Veel paren samen vormen een gen
Een basenpaar bestaat uit 2 stoffen (de basen).
T en A vormen een paar
C en G vormen een paar
Andere combinaties komen in DNA niet voor.
DNA vormt een soort gedraaide ladder.
Elke spijl (trede van een ladder) van deze ladder is een basenpaar.
Een gen is de genetische code van 1 eigenschap.
Bijv. gen voor haarkleur
Deze code bestaat uit een volgorde van basenparen.
De volgorde bepaalt de informatie van het gen.
Bijv. blond of bruin haar
Slide 11 - Tekstslide
Je hebt de helft van een DNA-streng. Op deze streng zitten de basen ATGGCCTTTA, Welke basen zitten op de streng die er tegenaan past?
Slide 12 - Open vraag
Hoeveel invloed heeft je DNA op: De kleur van je haren
Slide 13 - Poll
Hoeveel invloed heeft je DNA op: Je gewicht
Slide 14 - Poll
Hoeveel invloed heeft je DNA op: Je seksuele voorkeur (hetero, homo, etc.)
Slide 15 - Poll
Ga aan de slag met: T2 B5
Blz. 116 t/m 121
Opdr. 1 t/m 9, (6)
OF uitdaging
Opdr. 3, 4, 7 t/m 11
Klaar met het bovenstaande?
Verder werken/lezen
Samenvatten
Ander huiswerk
Boek lezen
Zs = Werken in stilte
Geen vinger opsteken
Aan het werk
Stil en stoor niemand
Blijf op je plek
timer
6:00
Slide 16 - Tekstslide
Slide 17 - Video
Ga aan de slag met: T2 B5
Blz. 116 t/m 121
Opdr. 1 t/m 9, (6)
OF uitdaging
Opdr. 3, 4, 7 t/m 11
Klaar met het bovenstaande?
Verder werken/lezen
Samenvatten
Ander huiswerk
Boek lezen
Zf = Werken met fluisteren
Geen vinger opsteken
De docent komt langs
Aan het werk
Fluister alleen met de persoon naast je
Blijf op je plek
Slide 18 - Tekstslide
Janneke beweert: 'Onze celkernen bevatten elk 46 'draadjes' van erfelijke informatie die bepalen hoe we eruitzien. Elk 'draadje' bestaat uit twee lange stroken die aan elkaar vastzitten, waarbij A altijd tegenover G zit.'
Bekijk de uitspraak van Janneke, wat klopt wel en wat klopt niet aan haar zin?