Les 1 - Spanning en stroomsterkte

Lesplanning
  1. Klassikaal:
    - Korte herhaling lading
    - Quiz symbolen
    - Uitleg spanning en
       stroomsterkte in serie en
       parallelschakelingen
  2. Oefenopgaven maken
  3. Vragen over het huiswerk §5.2
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Lesplanning
  1. Klassikaal:
    - Korte herhaling lading
    - Quiz symbolen
    - Uitleg spanning en
       stroomsterkte in serie en
       parallelschakelingen
  2. Oefenopgaven maken
  3. Vragen over het huiswerk §5.2

Slide 1 - Tekstslide

Maandag week 9
Lesdoel
Aan het einde van de les kan je de spanning en stroomsterkte in een serie- en parallelschakeling berekenen.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lading

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het symbool voor spanning is...
A
I
B
U
C
R
D
G

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De eenheid van spanning is...
A
Ohm (Ω)
B
Volt (V)
C
Ampère (A)
D
Siemens (S

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Het symbool voor stroomsterkte is...
A
I
B
U
C
R
D
G

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De eenheid van stroomsterkte is...
A
Ohm (Ω)
B
Volt (V)
C
Ampère (A)
D
Siemens (S)

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Het symbool voor weerstand is...
A
I
B
U
C
R
D
G

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De eenheid van weerstand is...
A
Ohm (Ω)
B
Volt (V)
C
Ampère (A)
D
Siemens (S)

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

grootheid
symbool grootheid
eenheid
symbool eenheid
spanning
U
volt
V
stroomsterkte
I
ampère
A
weerstand
R
Ohm
Ω
Printscreen

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Wat gebeurt er met de stroomsterkte en spanning in een schakeling?

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is voor jou van toepassing?
A
Dit is makkelijk!
B
Ik heb wat oefening nodig om het weer op te frissen.
C
Met meer oefening krijg ik dit wel onder de knie.
D
Help!!

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Oefenen
  • Groep 'Help'        Via een 2e meet oefenen met mij (docent)

  • Groep 'Oefening nodig om op te frissen' & Groep 'Meer oefening nodig'
     - Ga naar: https://www.wetenschapsschool.nl/new_chapters/klas3_ch4.html
        Maak opdracht 1 van paragraaf 2.
     - Loop je vast ga naar een meet van een klasgenoot, deel je scherm en vraag uitleg. Kom je er
        met je klasgenoot niet uit stuur dan een mail met daarin een printscreen van de opgave. 

  • Groep 'Dit is makkelijk'
      - Open een meet, deel de link in de chat en help je klasgenoten.
      - Geen klasgenoten om te helpen. Maak opgave 1 van paragraaf 3. Haal je de topscore?!
       
timer
15:00

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Heb je het lesdoel behaald?
Wat heb je nog nodig om het
lesdoel te behalen?
Lesdoel
Aan het einde van de les kan je de spanning en stroomsterkte in een serie- en parallelschakeling berekenen.

Slide 15 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe ging het huiswerk? Over welke opgaven heb je een vraag?

Slide 16 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Opgave 24a
Anna gaat haar haren föhnen. Haar föhn heeft drie standen. De tabel geeft het vermogen dat de föhn bij iedere stand gebruikt en de tijd die het kost om Anna’s haar te drogen.
Een kWh kost € 0,20.

Bereken voor iedere stand hoeveel het Anna kost om haar haren droog te föhnen.



  • Stand 1: 
    vermogen - P = 1 kW
    tijd - t = 10 min = 0,167 h
  • E(kWh) = P (kW) * t (h)
  • E = 1 * 0,167 = 0,167 kWh 
  • Kosten:
    0,167 * 0,20 = 0,033 euro

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opgave 24c
Daarna test Anna het rendement van de föhn bij iedere stand. Ze komt op de volgende waarden:
• stand 1: 58%
• stand 2: 60%
• stand 3: 50%

Leg uit of je deze rendementen had verwacht na het beantwoorden van vraag a.



  • Stand 1:  0,033 euro
  • Stand 2: 0,032 euro
  • Stand 3 0,038 euro

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opgave 24d
Daarna test Anna het rendement van de föhn bij iedere stand. Ze komt op de volgende waarden:
• stand 1: 58%
• stand 2: 60%
• stand 3: 50%

Bereken hoeveel energie er in alle standen nuttig is omgezet. 
  • Fout in de opgave eenheid Watt
  • Goede vraag:
    Bereken het nuttig vermogen in alle drie de standen
η=PtotaalPnutttig100
%

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opgave 24d
Daarna test Anna het rendement van de föhn bij iedere stand. Ze komt op de volgende waarden:
• stand 1: 58%
• stand 2: 60%
• stand 3: 50%

Bereken het vermogen van alle standen.




  • 58 =  P_nuttig / 1000 * 100
  • 0,58 =  P_nuttig / 1000
  • 580 = P_nuttig
  • Het nuttig vermogen in stand 1
    is 580 W
η=PtotaalPnutttig100
%

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies