Werkwoorden vervoegen VMBO basis

Werkwoorden vervoegen

ISK basisgroep VMBO


1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Werkwoorden vervoegen

ISK basisgroep VMBO


Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welkom in de klas!
Je telefoon is uit
Je jas is uit
Je pakt je boek
Je pakt je pen
Les Nederlands 

Slide 2 - Tekstslide

Startklaar:
Op je plek zitten
Telefoon in het Zakkie
Jas over de stoel, oortjes in de tas, tas op de grond
Schoolspullen op tafel: Boek, Chromebook, JdW-map, etui 
Wat is goed?
Werken: hij...
1. Waar staan we nu?
A
werk
B
werket
C
werkt
D
werken

Slide 3 - Quizvraag

Voorkennis activeren:
Checklist:
Welke voorkennis is relevant voor de lesstof?
  • Werkwoorden vervoegen is regelmatig geoefend. 
  • Uit de opdrachten heb ik veelgemaakte fouten gehaald. Deze heb ik verwerkt in drie vragen die in moeilijkheid zijn opgebouwd. 

brengen: hij ...

Slide 4 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

kopen:
Mijn zus .... een pak melk.

Slide 5 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Wat leer ik? Leerdoel
  • Ik weet wat werkwoorden zijn en ken de regels voor het vervoegen in de tegenwoordige tijd.
  • Ik kan werkwoorden in korte zinnen op de juiste manier vervoegen in de tegenwoordige tijd.
  • Ik kan ook in zelf bedachte of onbekende zinnen werkwoorden goed vervoegen.
  • Ik kan uitleggen waarom ik een bepaalde vorm van het werkwoord gebruikt.


Slide 6 - Tekstslide

Het leerdoel RTTI geformuleerd.
Reproductie
Toepassing 1
Toepassing 2 transfer
Inzicht


Wat is goed?

ik ...         
hij/ jij/ zij ...
wij/ jullie/ zij ...


 





2. Nadenken en produceren

Slide 7 - Tekstslide

Instructie:
  •  Het rad wordt gedraaid ik geef aan in welke vorm ik het werkwoord wil hebben (ik, hij, wij, de meester, Yasmina enz.)
  • De leerlingen schrijven op hun wisbordje het juiste antwoord
Weet je nog?
kopen: 
Ik kop brood in de supermarkt.


vragen: 
Hij vragt een pen aan de juf. 

varen: 
Ik vart op een boot. 





Slide 8 - Tekstslide

Misvattingen worden besproken
Kwaliteitsbesef: Hiervoor gebruiken we een stappenplan werkwoorden vervoegen, dit noteer ik op het whiteboard.

ik:         stam
...jij:       stam
hij/jij:    ...t achter het woord
wij:       hele werkwoord

Lopen
ik loop
hij loopt
loop jij?
wij lopen
Dit is goed
geven:
Ik geef de pen aan jou.

drinken:
De juf drinkt een kop koffie.

spelen:
De kinderen spelen in de tuin.







3. Interpreteren, communiceren en beslissen

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Maak een zin met
drinken
2. Nadenken en produceren
en 3 interpreteren?

Slide 10 - Open vraag

Inoefening 
Als voorbereiding op de opdracht:
De leerlingen maken een opdracht in LessonUp. Een gelijke opdracht als op het werkblad die ze krijgen om te maken.
Maak een zin met
pakken

Slide 11 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Je werkblad
Maak een zin met de volgende werkwoorden:
Spelen:
1. Het meisje speelt met de pop.
Zingen
2. ___________________________________________________________________________
Helpen
3. ___________________________________________________________________________
Vragen
4. ___________________________________________________________________________
Krijgen
5. ___________________________________________________________________________
Gooien
6. ___________________________________________________________________________
Sporten
7. ___________________________________________________________________________
Schrijven
8. ___________________________________________________________________________
Kopen
9. ___________________________________________________________________________









4. Geinformeerde vervolgactie

Slide 12 - Tekstslide

Differentiëren: 
  • Bij zwakkere leerlingen let ik op de vervoeging
  • Bij sterkere leerlingen let ik op zinsopbouw, leestekens en spelling, deze leerlingen zitten bij elkaar ik geef dit aan in dit groepje. 

Maak je werkblad
- Schrijf een zin met de werkwoorden die op je blad staan.
- Zin 1 is voorgedaan

spelen:
Het meisje speelt met de pop.

Let op! Vergeet de hoofdletters en de punt achter de zin niet, leestekens.
timer
10:00

Slide 13 - Tekstslide

Op deze slide staat nogmaals beschreven wat er gedaan moet worden. Dit blijft op het bord zichtbaar. 
De timer geeft aan hoeveel tijd er nog over is voor de opdracht. 
5. En waar staan we nu? 
Schrijf een zin op:
helpen:
ik - hij - wij

Slide 14 - Woordweb

Terugblikken
  • In LessunUp vullen de leerlingen de juiste vervoeging in 

Schrijf een zin op:
schrijven:
ik - hij - wij

Slide 15 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

schrijf op:
kopen:
ik - hij - wij

Slide 16 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Wat heb ik geleerd?
  • Ik weet wat werkwoorden zijn en ken de regels voor het vervoegen in de tegenwoordige tijd.
  • Ik kan werkwoorden in korte zinnen vervoegen in de tegenwoordige tijd.
  • Ik kan ook in onbekende zinnen werkwoorden goed vervoegen.
  • Ik kan uitleggen waarom ik een bepaalde vorm van het werkwoord gebruikt.

Slide 17 - Tekstslide

Afsluiting:
Checklist:
Zijn de leerdoelen behaald?
Les in context plaatsen van de periode
Het leren en het gedrag samen evalueren

Bedankt!
Tot de volgende keer!

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies