3. Cultuur van het moderne - theater

1. Cultuur van het moderne 
Theater
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
KunstMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 6 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

1. Cultuur van het moderne 
Theater

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
o Ik begrijp het streven naar VERNIEUWING; breuk met het verleden (van 19e naar 20e eeuw)
o Ik kan uitleggen wat wordt bedoeld met het uitdrukken van innerlijke gevoelens van kunstenaar, zoals angst en vervreemding (kernconcept: EXPRESSIE EN VERVREEMDING)
o Ik weet/herken hoe kunstenaars de essentie van elke discipline onderzoeken (kernconcept: ONDERZOEK NAAR GRONDSLAGEN)
o Ik weet wat episch theater en vervreemdingseffecten (Brecht) zijn
o Ik weet  wat method acting is (Stanislavski)
Begrippen: episch theater, vervreemdingseffecten, psychologisch realisme (Stanislavski), Bauhaus

o Ik weet welke begrippen bij kunstanalyse theater horen

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Programma P2
Week 1: context beeldend modernisme + kunstanalyse/examenvragen beeldend 
Week 2: dans modernisme + kunstanalyse/examenvragen dans
Week 3: theater modernisme + kunstanalyse/examenvragen theater
Week 4: muziek modernisme + kunstanalyse/examenvragen muziek
Week 5: film modernisme + kunstanalyse/examenvragen film
Week 6: massacultuur + kunstanalyse/examenvragen
Week 7: massacultuur + kunstanalyse/examenvragen

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Theater cultuur van het moderne?

Slide 4 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Context
  • Periode eerste helft 20e eeuw​
  • Grote veranderingen in de westerse samenleving en kunst​
  • Ontstaan verschillende kunststromingen​
  • Grootste idealen: Idee dat met kunst de wereld verandert/verbetert kan worden (utopie)​
  • Afstand van academische regels, breken met het verleden​
  • Origineel zijn, unieke werken, onafhankelijk (autonoom)​
  • Avant-garde; grote vernieuwingen in de kunst​
  • Onderzoek naar de essentie van kunst. Ontstaan van abstractie, expressie en vervreemding.​








Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Context
 Ik weet dat kunstenaars BREKEN MET HET VERLEDEN: overgang van 19e naar 20e eeuw.
Ik begrijp wat de Russische revolutie en WO1 en WO2 voor invloed hebben gehad op de kunsten.
Ik weet wat de invloed van de TECHNOLOGISCHE ONTWIKKELINGEN op de kunsten is (bv elektrisch licht, auto, treinen, radio)
Ik begrijp welke maatschappelijke verhoudingen ter discussie staan (zoals socialisme, nationalisme versus internationalisme, eerste feministische golf en emancipatie van de vrouw)
Nieuwe denkers (zoals Darwin, Freud)


Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kijk de video over theatervernieuwers en schrijf de begrippen op die worden gebruikt om modern theater te beschrijven

Slide 7 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Kijk de video over theatervernieuwers en schrijf de begrippen op die worden gebruikt om modern theater te beschrijven

Slide 9 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Kernconcepten
  • VERNIEUWING EN VOORUITGANGSDENKEN​
  • ONDERZOEK NAAR GRONDSLAGEN​
  • EXPRESSIE EN VERVREEMDING​



Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

19e eeuw
20e eeuw
VERNIEUWING EN VOORUITGANGSDENKEN: Breken met het verleden​

Slide 11 - Tekstslide

Het academische (klassieke) ballet met zijn vaststaande pasjes en het streven naar sprookjesachtige gewichtloosheid vindt de avant-garde niet meer interessant. 
Naturalistisch theater uit de 19e eeuw
Met deze stijl van theater maken wilden de avant-garde breken!

  • Decors en kostuums zo echt mogelijk
  • Acteurs acteren zo natuurlijk mogelijk
  • Vierde wand: doen alsof er geen publiek is
  • Verhaallijnen uit het echte leven

Kersentuin van Tsjechov (psychologisch drama)

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Video

Ghosts has been filmed, and adapted for film and television, numerous times in various languages. It was adapted at least three times for silent films. In 1915, George Nichols directed a film of the same name for producer D. W. Griffith. Mary Alden and Henry B. Walthall starred.[ 
VERNIEUWING EN VOORUITGANGSDENKEN
  • In de jaren na WO1 wordt het naturalisme doorbroken door theatermakers als Meyerhold en Bertold Brecht. Zij willen de illusie doorbreken dat wat zich op het toneel afspeelt echt is. Zij willen het publiek actief betrekken bij de inhoud van het theaterstuk (vaak politiek getint zoals bij Brecht).





Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

ONDERZOEK NAAR GRONDSLAGEN
  • Essentie
  • Abstractie
  • Onderzoekend

Meyerhold ontwikkelt na de Russische revolutie een nieuwe acteertechniek: de biomechanica. Theater niet alleen ter ontspanning maar als ondersteuning van het arbeidsproces. De vorming van de nieuwe mens.
Acteurs gaan ritmisch te werk met veel uithoudingsvermogen (zoals in de fabriek). Meyerhold bedenkt de lichaamshoudingen die gebruikt kunnen worden om een emotie of rol weer te geven. Decors zijn constructivistische bouwsels, kostuums zijn uniformachtig. Publiek doet mee in de vorm van een optocht.







Slide 15 - Tekstslide

Het constructivisme eist van de kunstenaar dat hij een ingenieur wordt. De kunst moet een wetenschappelijke basis hebben en voortkomen uit de organisatie van zijn materiaal, zijn vaardigheid om zijn lichaam goed te gebruiken. Om dat te bereiken moet zijn lichaam getraind worden en moet hij het 'mechaniek' van zijn lichaam kennen. Gymnastiek, acrobatiek, dans, ritme, boksen en schermen zijn alle nuttig in dienst van de biomechanica. Dat is het hoofdvak voor iedere constructivistische toneelspeler.

Slide 16 - Video

Deze slide heeft geen instructies

ONDERZOEK NAAR GRONDSLAGEN
  • Essentie
  • Onderzoekend
  • Onderzoek doen naar grondslag
  • en met gelijkgestemden
Konstantin Stanislavsky > ontwikkelt een acteerstijl die onderricht wordt

Stanislavsky perfectioneert het naturalistisch acteren door een methode waarmee acteurs zich volledig moeten inleven in hun rol: de Stanislavsky-methode. Ook wel bekend als method-acting. 

In Hollywood is deze techniek nog altijd populair: hier top 10 acteurs/actrices
 





Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

EXPRESSIE
  • Stanislavski- methodacting
  • Acteren is niet imiteren, maar moet gehaald worden uit werkelijke emotie.
  • Putten uit eigen verborgen gevoelens
  • Acteurs dompelen zich in echte leven eerst onder in hun rol (een acteur kan beter een patient spelen als hij echt een tijdje tussen patienten heft doorgebracht)


Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 19 - Video

Deze slide heeft geen instructies

VERVREEMDING
  • Cabaret en dada, Hugo Ball start begin van het dadaïsme
  • Het cabaret werd opgericht ter bespotting van de gangbare 'idealen van de cultuur en van de kunst’ 
  • Experimenteel van karakter
  • Bizarre en absurde voordrachten





Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 21 - Video

Deze slide heeft geen instructies

VERVREEMDING
Bertold Brecht: Episch theater

Brecht is ervan overtuigd dat theater meer mogelijkheden heeft dan enkel vermaak. Hij wil geen theater maken dat mensen in slaap sust, hij wil theater maken dat inzicht geeft. Waarbij voor Brecht inzicht in de maatschappelijke en politieke situatie voorop staat. Theater kan en moet de wereld veranderen, vindt Brecht.


Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

VERVREEMDING
Vervreemdingseffecten
Inzicht geven, niet de emotie maar de ratio aanspreken, is een van de belangrijkste uitgangspunten van het episch theater. Om te bereiken dat het publiek zich niet te zeer door het verhaal laat meeslepen zet Brecht – en later andere theatermakers – zogenaamde ‘vervreemdingstechnieken’ in. Met die technieken wordt afstand gecreëerd.






Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

VERVREEMDING
Vervreemdingseffecten= Doorbreken van de illusie van het theater:

  • Acteurs richten zich tijdens het spel rechtstreeks tot het publiek
  • Er is een verteller als ‘voice-over’
  • Acteurs beginnen plotseling te zingen
  • Tijdens het spel verkleden de acteurs zich
  • Tijdens het spel wordt het decor gewisseld
  • Acteurs lopen de zaal in



Brecht wil de toeschouwer dwingen om objectief, zelfstandig en kritisch te oordelen.

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 25 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Noem 3 dingen op die je deze les hebt geleerd

Slide 26 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Stel 1 vraag over iets dat je niet zo goed hebt begrepen.

Slide 27 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Noem 1 ding op waar je meer over wilt weten

Slide 28 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies