Les 6: Absurd: Dada en Surrealisme

8.1 Absurd
Dada en Surrealisme
1 / 44
volgende
Slide 1: Tekstslide
KunstMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 44 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 5 videos.

Onderdelen in deze les

8.1 Absurd
Dada en Surrealisme

Slide 1 - Tekstslide


Waarom hoort dit schilderij bij het Kubisme?
A
Dat komt door de kleuren
B
Ik zie geen kubus, het is geen kubisme!
C
Omdat het van Picasso is.
D
Hoekige vormen en er is iets geks met standpunten

Slide 2 - Quizvraag

Wat is een stijlkenmerk van het kubisme?
A
Felle kleuren
B
Korte penseelstreken (streepjes)
C
Geometrische vormen
D
Geen schaduw

Slide 3 - Quizvraag

Het kubisme kenmerkt zich door:
A
gebruik van verschuivende standpunten.
B
In het kubisme is alles gemaakt van een kubus of organische vorm
C
In het kubisme speelt kleur een grote rol naast ronde vormen
D
In het kubisme word gebruikt gemaakt van 1 standpunt, recht.

Slide 4 - Quizvraag

Dit kunstwerk behoort tot het ...?
A
Synthetisch kubisme
B
Analytisch kubisme

Slide 5 - Quizvraag

Vraag 19: Dit kunstwerk behoort tot het ...?
A
Synthetisch kubisme
B
Analytisch kubisme
C
Abstract kubisme
D
Figuratief kubisme

Slide 6 - Quizvraag

Welk kenmerk van expressionistische dans vind je zowel bij Isadora Duncan als bij Les Ballets Russes?
A
In de dans komen alledaagse of ontspannen bewegingen voor, gebaseerd op bv. lopen of huppelen.
B
Het danselement kracht is niet belangrijk.
C
er wordt veel gebruik gemaakt van de bovenste hoogtelaag.
D
Er wordt op spitzen gedanst.

Slide 7 - Quizvraag

Wat was het doel van Isadora Duncan bij het creëren van haar dansstijl?
A
Het winnen van prijzen en erkenning op danswedstrijden.
B
Het imponeren van het publiek met acrobatische stunts.
C
Het uitdrukken van emoties en gevoelens door middel van dans.
D
Het creëren van nieuwe dansbewegingen die nog niemand anders had bedacht.

Slide 8 - Quizvraag

Hoe benadrukte Isadora Duncan emotie in haar dans?
A
Door complexe danscombinaties
B
Met behulp van acrobatische bewegingen
C
Door middel van natuurlijke bewegingen
D
Door dramatische belichtingstechnieken

Slide 9 - Quizvraag

WO I
Engeland, Frankrijk en Rusland vs
Duitsland, Oost-Hongarije, Italië :
'de grote oorlog'. Nederland is neutraal.

Technologische vooruitgang in vuurkracht: machinegeweren, gifgas, kanonnen, prikkeldraad. Tanks en vliegtuigen werden ingezet. 

Slide 10 - Tekstslide

Otto Dix
Duitse kunstenaar. Maakt de 
ellende van WO I zichtbaar.

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Link

Dada
  • De mens gaat ten onder aan moderne oorlogsindustrie = afkeer van de oorlog leidt tot antikunst.
  • Ontstaat in Zwitserland (=neutraal)
  • Anti-oorlog, anti-burgerlijk, anti-theoretisch.
  • Shockeren en provoceren om de burgerlijke maatschappij wakker te schudden.
  • Uitsluiten logisch redeneren: betekenisloosheid, absurdisme en toeval!


Slide 13 - Tekstslide

Fountain, Marcel Duchamp, 1917.
'Het meest invloedrijke kunstwerk ooit.'

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Video

Slide 16 - Video

"Fountain"
  • Marcel Duchamp, 1917
  • Kant-en-klare voorwerpen tot kunstobject maken 
  • Roept de vraag op: wat is kunst?
  • Vaardigheid van de kunstenaar is geen graadmeter voor kwaliteit.
  • Conceptuele kunst: het idee is belangrijker dan esthetische of technische uitvoering.


Slide 17 - Tekstslide

Readymades
Marcel Duchamp

Slide 18 - Tekstslide

Dada
  • In beeldende kunst, theater, poëzie, muziek, film
  • vb. 'Karawane' - Hugo Ball
  • Typografie = tekstopmaak ondersteunt inhoud

Slide 19 - Tekstslide

Paul van Ostaijen, 1921

Slide 20 - Tekstslide

Nieuwe technieken in beeldende kunst

Collage (zie volgende slide)
&fro ttage (zie video)

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Surrealisme
Vanaf 1924

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Video

Slide 25 - Tekstslide

Surrealistisch
manifest (1924)
• Zoeken naar manieren om het fantastische / onderbewuste te verbeelden
• Door gebruik van dromen (Freud), associaties en onbewuste handelingen
• Ontwikkeling collage, frottage --> cadavre exquis en automatisch schilderen


Slide 26 - Tekstslide

Surrealistisch
manifest (1924)

  • André Breton: logica en verstand zijn beperkingen voor de kunst. 

  • Wel: spelvormen, toeval: verstand uitschakelen!


Slide 27 - Tekstslide


Cadavre exquis is een variant op het automatisch schilderen wat veel surrealisten toepassen. Hierbij ontstaan vormen door associatie. Dat wil zeggen dat het ene beeld automatisch het andere beeld oproept, zonder het verstand te gebruiken.

De zin waar het Cadavre exquis uitkomt is zelf ook een cadavre exquis: "le cadavre exquis boira le vin nouveau." (Het voortreffelijke lijk zal de nieuwe wijn drinken.)

Slide 28 - Tekstslide

Cadavre exquis

Oorspronkelijk: gedicht door meerdere dichters geschreven zonder dat zij op de hoogte zijn van elkaars bijdrage. Ook tekeningen.


Slide 29 - Tekstslide

Het automatisch schilderen zie je vooral terug in abstract surrealisme.

Slide 30 - Tekstslide

Omslagpunt
Eind jaren '20: kunstenaars gaan zich concentreren op ‘droomschilderijen’
• Voorstelling zeer realistisch, haast fotografisch
• Door onlogische combinaties of vreemd materiaal ontstaan vervreemdende, soms nachtmerrie-achtige voorstellingen


Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Tekstslide

Slide 35 - Tekstslide

Slide 36 - Tekstslide

Slide 37 - Tekstslide

Slide 38 - Tekstslide

SAMENGEVAT:

Dada(ïsme) opent de aanval op alle regels, normen en waarden.
- shockeren en provoceren om de burgerlijke maatschappij wakker te schudden.
- kenmerken:
  •  tegen bestaande opvattingen
  •  toeval, absurditeit en humor
  •  gebruik van bestaande teksten en voorwerpen

Surrealisme zoekt naar manieren om het fantastische en onbewuste te verbeelden:
• door gebruik van dromen (Freud), associaties en onbewuste handelingen
• door uitschakelen van de wilskracht (toeval)
– dromen, visioenen, fantasieën
– geen logica

Slide 39 - Tekstslide

Opdracht 1 (10 minuten)
Teken of schrijf met 3 klasgenoten een 
'Cadavre exquis'.

Schrijf / teken een begin, vouw je blaadje op de juiste plek horizontaal om en zorg dat de volgende persoon een aanknopingspunt heeft (één woord / een paar lijnen). Niet te veel nadenken, doen!


Slide 40 - Tekstslide

Opdracht 2 (10 minuten)

Individueel: 

Maak een figuratieve tekening van een fantasiedier. 
Maak gebruik van de frottagetechniek. Gebruik minimaal 4 verschillende structuren. 

Slide 41 - Tekstslide

Zelfstandig werken
- LZ TB blz. 176 t/m 179 
- M WB H. 8 opdracht 13, 14
- presentatie voorbereiden
- LessonUp over jazz doornemen als je dat vorige week niet had gedaan.

Denk aan bonuspunten toets: + 0,2 presentatie, + 0,2 huiswerk (mits nagekeken en verbeterd), 
+ 0,1 aantekeningen 

Slide 42 - Tekstslide

Slide 43 - Video

Slide 44 - Video