les spijsvertering carnivoor-omnivoor-herbivoor

voeding en vertering bij zoogdieren
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieBeroepsopleiding

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

voeding en vertering bij zoogdieren

Slide 1 - Tekstslide

spijsvertering?

Slide 2 - Woordweb

Wat is een carnivoor?
A
Vleeseter
B
Planteneter
C
Alleseter
D
Broketer

Slide 3 - Quizvraag

Slide 4 - Video

Leerdoelen
- Je kunt het verschil benoemen tussen een carnivoor, herbivoor en omnivoor

Slide 5 - Tekstslide

Dier eet voornamelijk:
Planten – herbivoren:  Herba = kruid/plant

Vlees- carnivoren:  Carne = vlees

Beiden/alles - omnivoren:  Omni = alles



Slide 6 - Tekstslide

Kenmerken van het gebit

Slide 7 - Tekstslide

Herbivoren / planteneters
  • Hebben een langer verteringsstelsel (Bv: paard 40 meter!)
  • Plantaardig materiaal lastiger af te breken vanwege cellulose vezels in celwand van de
      plantencel
  • Plooikiezen om voedsel fijn te malen
      en hebben meestal geen hoektanden


Slide 8 - Tekstslide

Herbivoor
Tav gebit: flinke snijtanden (afsnijden plant), vaak geen hoektanden, rij plooikiezen (vermalen planten), gebruik van tong om bijv bosjes gras bijeen te pakken en langs de snijtanden te halen.

Tav lichaamsbouw: log, grote buikpartij, groter dan carnivoor en herbivoor, ogen naar opzij gericht (om tijdens eten omgeving in de gaten te blijven houden)
Tav lengte: spijsverteringsstelsel is lang in vergelijking met lichaamslengte, langer dan van carnivoren en omnivoren
Tav voeding: alleen plantaardig voedsel



Slide 9 - Tekstslide

Carnivoren / vleeseters
  • Kort verteringsstelsel, platte buik 
  • Grote en scherpe hoektanden
  • Knipkiezen om stukken vlees af te
        kunnen scheuren
  • Kiezen glijden langs elkaar als bij
       een schaar

Slide 10 - Tekstslide

carnivoor
Tav gebit: kleine snijtandjes, grote hoektanden en knipkiezen
 hoektanden: om hun prooi vast te pakken en dood te bijten.
 knipkiezen: knippen hun prooi in stukjes
 bovenkaak iets breder dan onderkaak
Tav lichaamsbouw: lichaam aangepast aan snelheid, ogen naar voren gericht (om diepte te kunnen zien), kleinste buikpartij vergeleken met omnivoor en herbivoor
Tav lengte: kortste spijsverteringsstelsel in verhouding tot lichaamslengte, spijsverteringsstelsel is korter dan van omnivoren en herbivoren
Tav voeding: vleeseter, kat obligate carnivoor=taurine nodig




Slide 11 - Tekstslide

hoektanden, snijtanden, knipkiezen

Slide 12 - Tekstslide

Omnivoren / alleseters
  • Middellang verteringsstelsel
  • Knobbelkiezen om voedsel fijn te malen
  • Hoektanden; soms groot om te jagen
       Bij sommige dieren even groot als de snijtanden 




Slide 13 - Tekstslide

Omnivoor
Tav gebit: snijtanden, hoektanden en kiezen van ongeveer gelijke grootte, knobbelkiezen: niet zo plat als plooikiezen en niet zo puntig als knipkiezen

Tav lichaamsbouw: gemiddelde buikpartij, tussen carnivoor en herbivoor in, ogen soms naar voren (mens, wasbeer) soms naar opzij (rat, varken)
Tav lengte: spijsverteringsstelsel is gemiddeld in vergelijking met lichaamslengte, langer dan van carnivoren en korter dan herbivoren
Tav voeding: alleseter, afwisselend plantaardig en dierlijk voedsel



Slide 14 - Tekstslide

herbivoor
omnivoor
carnivoor

Slide 15 - Tekstslide

Lengte van het darmkanaal

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

spijsvertering paard

Slide 18 - Tekstslide

spijsvertering paard
geen galblaas, 1 (kleine) maag, extra spier tussen maag en slokdarm: geen terugkeer van voedsel
achter verteerder:
meeste vertering in (grote) dikke en (grote) blinde darm
alleen speekselproductie bij kauwen
tanden groeien hele leven door

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

twee soorten keutels

Slide 21 - Tekstslide

spijsverteringsstelsel konijn

Slide 22 - Tekstslide

spijsvertering konijn
herbivoor, 1 maag, achterverteerder
grote blinde darm, coprofagie,
blinde darm keutels en gewone keutels
snijtanden groeien door, stifttanden achter de snijtanden



Slide 23 - Tekstslide

spijsverteringsstelsel

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

2.1 werkkaart spijsvertering
maak opdracht spijsvertering

Slide 26 - Tekstslide

3.1 opdracht spijsvertering
  1. Maak 1 tekening met drie kolommen. 
  2. De drie kolommen bevatten het spijsverteringsstelsel van carnivoren, herbivoren en omnivoren.
  3. Benoem hierbij de verschillen tussen voeding, gebit en lengte darmkanaal.
  4. Fotografeer je opdracht en lever deze in op teams.

Slide 27 - Tekstslide

4.1 opdracht spijsvertering
Maak drie tekeningen:
  1. spijsvertering carnivoren
  2. spijsvertering herbivoren
  3. spijsvertering omnivoren
Per tekening benoem je het diersoort en de categorie. Op elke tekening is zichtbaar: soort kiezen, verhouding lengte darmen versus lichaamslengte, voeding.
Lever de opdracht in op teams.

Slide 28 - Tekstslide

evaluatie
Leerdoel behaald?
Opdracht gemaakt en ingeleverd?
Nee=huiswerk

Slide 29 - Tekstslide