Grammatica herhaling

Vandaag
Oefenen ontleden
Waar sta je en wat heb je nodig?
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Vandaag
Oefenen ontleden
Waar sta je en wat heb je nodig?

Slide 1 - Tekstslide

Zinsontleding

Slide 2 - Woordweb

Hoe vind je de persoonsvorm? En het onderwerp?

Slide 3 - Open vraag

Wat is het werkwoordelijk gezegde?

Slide 4 - Open vraag

Hoe vind je het lijdend voorwerp en het meewerkend voorwerp?

Slide 5 - Open vraag

En dan blijft over...
De bijwoordelijke bepaling.

Slide 6 - Tekstslide

Ontleden
Zinsdelen: vind de pv. Zinsdeelproef: deel dat in z’n geheel voor de pv kan zonder de zin te hoeven aanpassen.
PV: verander tijd, enk/mv, vragend maken.
Ow: wie of wat + gez?
Ww gez: alle werkwoorden in de zin. In zinnen met een wwg gebeurt iets, er is een handeling.
Lv: wie of wat + pv +ow + gez?
MV: Wie of wat + pv + ow + gezegde (+lv)? Iemand geeft iets of iemand krijgt iets. Let op ‘aan’ of ‘voor’. Kan je dat toevoegen of weglaten?
Bijw bepaling: Wat overblijft. Geeft meestal aan waar of wanneer iets gebeurt. Of welke richting iemand op gaat. 

Slide 7 - Tekstslide

Gisteren heeft de vrouw met het hondje een bal voor hem gekocht.

Slide 8 - Open vraag

Gisteren / heeft / de vrouw met het hondje / een bal / voor hem / gekocht
pv: heeft 
ow: de vrouw met het hondje
wwg: heeft gekocht
lv: een bal
mv: voor hem 
Bijw bep: gisteren

Slide 9 - Tekstslide

Naamw. gez
Naamwoordelijk gezegde: Gaat over wat iemand is, het staat stil. Jan is bakker. Zegt iets over wat hij is. Zijn, worden, blijven, blijken, lijken, schijnen, heten, dunken, voorkomen. Naamwoordelijk gez: is (pv) bakker (naamwoordelijk deel van het gezegde).

Slide 10 - Tekstslide

Hij is altijd bakker gebleven.

Slide 11 - Open vraag

Hij is altijd bakker gebleven
Pv: is
ow: hij
naamw gez: is bakker gebleven 
bijw bep: altijd 

Slide 12 - Tekstslide

Doen
Oefen met ontleden in cambiumned. 
Maak de lessen af in Plot26 grammatica 2 & 3. 
Test jezelf.
Klaar? Lezen of brieven aanpassen

Slide 13 - Tekstslide

Tijdens het kerstontbijt geeft die aardige meneer Erbisim een cadeautje aan klas 3he.

Slide 14 - Open vraag

Tijdens het kerstontbijt / geeft / die aardige meneer Erbisim / een cadeautje / aan klas 3he.
pv: geeft wwg: geeft
ow: die aardige meneer Erbisim
lv: een cadeautje
mv: aan klas 3he
bijw bep: Tijdens het kerstontbijt 

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video