Woordenschat H6 - vaste uitdrukkingen

Woordenschat hoofdstuk 6
Vandaag
- terugkijken naar je huiswerk
- Uitleg en oefeningen woordenschat H6
- Zelfstandig werken

1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Woordenschat hoofdstuk 6
Vandaag
- terugkijken naar je huiswerk
- Uitleg en oefeningen woordenschat H6
- Zelfstandig werken

Slide 1 - Tekstslide

Wat betekent 'gebrandmerkt'
A
geïdentificeerd
B
gemarkeerd
C
zwart geworden door een brand
D
aangemerkt als

Slide 2 - Quizvraag

Wat betekent 'loodsen'
A
gidsen die schepen naar de haven brengen
B
gebouwen die gebruikt worden als opslagruimte
C
behoedzaam leiden
D
begeleiden

Slide 3 - Quizvraag

Maak een zin met het woord 'geagiteerd' waaruit de betekenis blijkt

Slide 4 - Open vraag

Wat hoort bij elkaar?
drijven
hakken
stoppen
lopen
springen
in de doofpot ...
op rolletjes ...
in de pan ...
uit z'n vel ...
in het nauw ...

Slide 5 - Sleepvraag

Collocaties
In de doofpot stoppen, op rolletjes lopen; dit zijn vaste combinaties van woorden.

Zulke vaste combinaties noemen we collocaties.

Goed om te kennen, want er worden nog weleens uitdrukkingen door elkaar gehaald!

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Collocaties
- 'Daar wrijft de schoen.'
- 'Onderdeel uitmaken van.'

Goed of fout?

Slide 8 - Tekstslide

Collocaties
Er zijn verschillende combinaties mogelijk:
- ZN met vast WW; 'een besluit nemen'
- Uitdrukkingen met  WW; 'de boventoon voeren'
- Uitdrukkingen zonder WW; 'een doorn in het oog'
- Uitdrukkingen met  woordpaar; 'pais en vree'
- Uitdrukkingen met  woordpaar én vast WW; 'kant noch wal raken'

Slide 9 - Tekstslide

Zelfstandig werken
Hoofdstuk 6, woordenschat:

- Bestudeer de theorie
- Maak opdracht 1, 2 en 5 van H6 woordenschat.

Slide 10 - Tekstslide