In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.
Lesduur is: 60 min
Onderdelen in deze les
Mini-Quiz Ondernemingsrecht
Test je kennis
Slide 1 - Tekstslide
De inschrijving van een onderneming in het Handelsregister vindt plaats bij....
A
de bedrijfsvereniging
B
de Kamer van Koophandel
C
de notaris
D
het Kadaster
Slide 2 - Quizvraag
Sleep de juiste rechtsvorm naar de juiste bestemming
Rechtsvormen zonder rechtspersoonlijkheid
Rechtsvormen met rechtspersoonlijkheid
Stichting
Eenmanszaak
BV
CV
Vereniging
NV
Coöperatie
Maatschap
VOF
Slide 3 - Sleepvraag
Welk orgaan heeft elke rechtspersoon om te kunnen deelnemen aan het rechtsverkeer (zoals bijv. beslissingen nemen, overeenkomst sluiten)?
A
De algemene ledenvergadering.
B
De algemene vergadering van aandeelhouders.
C
De raad van commissarissen.
D
Het bestuur.
Slide 4 - Quizvraag
Een VOF is .....
A
Een samenwerkingsverband
B
Een rechtspersoon
C
de rechtsvorm van een ZZP'er
Slide 5 - Quizvraag
Bij welke vennootschap zijn er aandelen die niet zonder meer vrij overdraagbaar zijn?
A
De besloten vennootschap.
B
De commanditaire vennootschap.
C
De naamloze vennootschap
D
De vennootschap onder firma.
Slide 6 - Quizvraag
Hoe noemen we het bedrag waarvoor een NV maximaal aandelen mag uitgeven?
A
Geplaatst kapitaal.
B
Gestort kapitaal.
C
Maatschappelijk kapitaal.
Slide 7 - Quizvraag
De maatschap: stel dat er geen afspraken zijn gemaakt over de winstverdeling, dan......
A
wordt de winst evenredig verdeeld.
B
wordt de winst 50/50 verdeeld.
C
dan wordt de winst niet verdeeld.
Slide 8 - Quizvraag
Frank wil samen met zijn vrouw een frietzaak openen. Welke rechtsvorm kunnen zij het best kiezen?
A
Eenmanszaak
B
Maatschap
C
VOF
D
CV
Slide 9 - Quizvraag
1. Wat is een coöperatie? 2. Benoem een bestaande coöperatie 2. Wat betekenen de afkortingen WA, BA en UA?
Slide 10 - Open vraag
Inkomstenbelasting is de jaarlijkse belasting die betaald wordt bij een ......(meerdere antwoorden)
A
Eenmanszaak
B
Maatschap
C
VOF
D
BV
Slide 11 - Quizvraag
Noem 3 punten waarop een handelsnaam kan worden afgewezen.
Slide 12 - Open vraag
Je bent persoonlijk aansprakelijk bij een ...
A
BV en vof
B
eenmanszaak en vof
C
eenmanszaak en BV
D
vof en stichting
Slide 13 - Quizvraag
Waarom is deze bewering niet juist? "Het voordeel van een rechtspersoon is dat de bestuurder niet aansprakelijk is in het geval van faillissement van het bedrijf".
Slide 14 - Open vraag
Welke stelling(en) is/zijn juist? I. Een vof is een samenwerkingsverband. II. Een maatschap gaat meer om het samen uitoefenen van hetzelfde bedrijf waarbij iedere zelfstandig handelt.