RIJM

Elk van beide strofes uit dit gedicht van Menno Wigmans is een....

Voor bijna alles heb ik mij geschaamd.
Mijn nek, mijn haar, mijn handschrift en mijn naam,

de schooltas die ik van mijn moeder kreeg,
mijn vader die zich in een blazer hees,

A
distichon
B
terzet
C
kwatrijn
D
sextet
1 / 32
volgende
Slide 1: Quizvraag
NederlandsSecondary Education

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Elk van beide strofes uit dit gedicht van Menno Wigmans is een....

Voor bijna alles heb ik mij geschaamd.
Mijn nek, mijn haar, mijn handschrift en mijn naam,

de schooltas die ik van mijn moeder kreeg,
mijn vader die zich in een blazer hees,

A
distichon
B
terzet
C
kwatrijn
D
sextet

Slide 1 - Quizvraag

Slide 2 - Tekstslide

RIJMEN en dichten

Slide 3 - Tekstslide

Wat rijmt op BAL

Slide 4 - Open vraag

Wat rijmt op DROMEN

Slide 5 - Open vraag

Wat rijmt op WINKELEN?

Slide 6 - Open vraag

Dit zijn allemaal voorbeelden van VOLRIJM (op basis van klank)



zie: cursus p. 12 (mannelijk - vrouwelijk - glijdend rijm) 

Slide 7 - Tekstslide

Maar in poëzie vinden we ook HALFRIJM (assonanties en alliteraties)

Slide 8 - Tekstslide

De Lenige Liefde (de titel van een dichtbundel van Herman De Coninck) is een voorbeeld van een
A
alliteratie
B
assonantie

Slide 9 - Quizvraag

Slide 10 - Tekstslide

Bedenk zelf een alliteratie met een M
(cursus p. 13)

Slide 11 - Open vraag

Een voorbeeld van sterk allitererende poëzie is het begin van "Boutade" van P.A. de Genestet:

O land van mest en mist,
van vuilen kouden regen,
doorsijperd stukske grond,
vol killen dauw en damp,
vol vuns, onpeilbaar slijk en ondoorwaadbre wegen,
vol jicht en paraplu’s,
vol kiespijn en vol kramp!

Slide 12 - Tekstslide

Bedenk zelf een voorbeeld van een ASSONANTIE

Slide 13 - Open vraag

Welke assonanties herken je in Martinus Nijhoffs gedicht "Awater"
‘O moeder, nooit zult gij de bontjas dragen
waarvoor elk dubbeltje werd omgedraaid,
en niet meer ga ik op mijn vrije dagen
met een paar bloemen naar het hospitaal,
maar breng de rozen naar de Kerkhoflaan...’

Slide 14 - Tekstslide

VOLrijm (mannelijk, vrouwelijk en glijdend) en halfrijm (alliteraties en assonanties) zijn vormen van rijm op basis van KLANK

Slide 15 - Tekstslide

Maar je kan rijm ook benoemen op basis van de PLAATS die het inneemt in een versregel

Slide 16 - Tekstslide

BEGIN, MIDDEN, EIND, BINNEN (één versregel) en KETTINGRIJM


zie p. 11 in je cursus

Slide 17 - Tekstslide

Bedenk een beginrijm op
"Dromen van het nieuwe jaar"

Slide 18 - Open vraag

Bedenk een eindrijm op
"Dromen van het nieuwe jaar"

Slide 19 - Open vraag

Bedenk een binnenrijm op
"Dromen van het nieuwe jaar"

Slide 20 - Open vraag

Bedenk een kettingrijm op
"Dromen van het nieuwe jaar"

Slide 21 - Open vraag

De Drammerige Dromer is een
A
vrouwelijk rijm
B
assonantie
C
alliteratie
D
mannelijk rijm

Slide 22 - Quizvraag

Twee kleine eendjes
Mee met moeder

A
beginrijm
B
middenrijm
C
binnenrijm
D
eindrijm

Slide 23 - Quizvraag

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Laat ons zelf eens een KWATRIJN schrijven met gepaard rijm 

De eerste regel:
POËZIELESSEN OP EEN MOOIE MAANDAG

Slide 26 - Tekstslide

EMIL SCHRIJFT DE TWEEDE REGEL

PÖEZIELESSEN OP EEN MOOIE MAANDAG

Slide 27 - Open vraag

LIVIA BEDENKT EEN DERDE VERSREGEL

Slide 28 - Open vraag

EMMA MAAKT HET KWATRIJN AF

Slide 29 - Open vraag

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Tekstslide