Beroepshouding les 2

1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
agogiekMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Noem in 1 woord wat voor jou deze week belangrijk is
(noteer of onthoud je eigen woord)

Slide 3 - Open vraag

A: Noem nogmaals je woord
B: Zet achter het woord wat je aan bijpassend gedrag laat zien

Slide 4 - Open vraag

Bespreek met je buurman
Wat heb je nodig van de ander
om dit gedrag te kunnen laten zien?
timer
1:00

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Wat voor jou belangrijk is, kies je zelf!

Wat in een beroep belangrijk is wordt in samenspraak met de beroepsgroep bepaald. 

Slide 7 - Tekstslide

Pak je boek
Lees de waarden uit paragraaf 10.3



Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Naar welke waarden hebben verschillende coaches van The Voice zich niet gedragen? Hoe zo?

Slide 10 - Open vraag

Waarde = klaar
Nu Ethiek

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Ethiek --> ethisch dilemma (vraagstuk)
Een voorbeeld:
Mensen met een lichte verstandelijke beperking met een kinderwens moeten eerst bewijzen dat ze goed voor een kind kunnen zorgen.


Slide 13 - Tekstslide

Ethiek is klaar
Wetten

Slide 14 - Tekstslide

10.5 Wetten = ultimate regel
Diverse Nederlandse wetten zijn gebruikt om de beroepscode te schrijven.
Zorg dat je de afkortingen uit je hoofd leert en  weet waar ze over gaan!
Awgb                                                                  WGBO
Wet Bopz                                    Wvggz 
Wgbh/cz)                                                                                            Wbp  

Slide 15 - Tekstslide

 Ho 10
De beroepscode is een leidraad waarin staat waar de beroepsgroep voor staat en welke waarden en gedragsregels zij in hun beroepsuitoefening belangrijk vinden.

Bij beroepsethiek gaat het om principes en regels waaraan je je als beroepsbeoefenaar bij de uitoefening van je beroep dient te houden.

De basis voor de beroepscode vormen verschillende wetten.

Slide 16 - Tekstslide

Grondhouding & Beroepshouding
Definitie
Beroepshouding = 
de eigenschappen en het gedrag 
waarover iemand in zijn beroep 
dient te beschikken om zijn beroep goed uit te oefenen.

??? Wat betekent dat woord???

Slide 17 - Tekstslide

Uit je BPV boekje 

Slide 18 - Tekstslide

Grondhouding
De ontwikkeling van een juiste beroepshouding kun je niet los zien van jezelf, van jou als persoon. 

Definitie:
Je grondhouding is de basishouding die bij je persoonlijkheid hoort en onlosmakelijk verbonden is met je persoonlijke waarden en normen.


Slide 19 - Tekstslide

De basis voor je beroepshouding is de houding die je je in de loop van je leven hebt eigengemaakt, ofwel je grondhouding.

Slide 20 - Tekstslide

Toen je aan deze opleiding begon, beschikte je al over een bepaalde houding. Je hebt een bepaalde mentaliteit, een bepaalde instelling tegenover anderen. 
Ook heb je gedachten en gevoelens over anderen.

Je grondhouding is zichtbaar in je gedrag.

Slide 21 - Tekstslide

Waarin is jouw eigen grondhouding anders dan wat je bij collega's op stage hebt gezien?

Slide 22 - Open vraag

Welke 3 aspecten kun je herkennen in een houding? (zie je boek)

Slide 23 - Open vraag

3 aspecten van een grond- of beroepshouding 

1) gevoelsmatig aspect: je houding wordt bepaald door het gevoel dat de ander bij je oproept;


2) verstandelijk aspect: je houding wordt bepaald door wat je van de ander weet;


3) ethisch aspect: je houding wordt bepaald door wat jij wel en niet belangrijk vindt, door datgene waaraan je waarde hecht.


Slide 24 - Tekstslide

"Ik zie de cliënt als gelijkwaardig medemens."
Voor hoeveel % sta jij achter deze uitspraak?
0100

Slide 25 - Poll

"Ik sta open voor cliënten."
0100

Slide 26 - Poll

"Ik heb een voorbeeldfunctie."
0100

Slide 27 - Poll

Lees thuis 
paragraaf 11.5
Wanneer je de voorgaande stellingen voor minder dan 100% hebt gescoord: Probeer te vergelijken wat het boek zegt over deze zaken.

Slide 28 - Tekstslide

De volgende keer:
Betrokkenheid 11.7
Empathie 11.8

Slide 29 - Tekstslide

Hoe is deze les bevallen?
0100

Slide 30 - Poll

Welke vraag heb je nav deze les??
(dan behandelen we dat de volgende keer)

Slide 31 - Open vraag