VEI M3 2.2 Voortplantingsorganen van de vrouw

Biologie week 41 2022
Welkom, fijn dat jullie er weer 
zijn!!!!

  • Ga rustig op je plek zitten.
  • Pen, laptop (dicht) klaarleggen op je tafel.
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Biologie week 41 2022
Welkom, fijn dat jullie er weer 
zijn!!!!

  • Ga rustig op je plek zitten.
  • Pen, laptop (dicht) klaarleggen op je tafel.

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen Thema 2
Je kunt de delen van het voortplantingsstelsel van een man noemen en aanwijzen in een afbeelding. Ook kun je van deze delen de bouw, functie en werking beschrijven.
Je kunt de delen van het voortplantingsstelsel van een vrouw noemen en aanwijzen in een afbeelding. Ook kun je van deze delen de bouw, functie en werking beschrijven.
Je kunt omschrijven wat primaire en secundaire geslachtskenmerken zijn en
daarbij voorbeelden noemen.
Je kunt de processen tijdens de menstruatiecyclus beschrijven.
Je kunt beschrijven welke veranderingen er in het lichaam van de vrouw plaatsvinden net voor en na de bevruchting.
Je kunt de verschillen in de functie van zaadcellen en eicellen noemen.
Je kunt de embryonale ontwikkeling beschrijven.
Je kunt beschrijven hoe eeneiige en twee-eiige tweelingen ontstaan.
Je kunt beschrijven welke fasen tijdens de geboorte worden doorlopen.
Je kunt de werking van enkele voorbehoedsmiddelen beschrijven en aangeven of ze betrouwbaar zijn of niet.
Je kunt ziekteverschijnselen en genezingsmogelijkheden noemen van seksueel overdraagbare aandoeningen.
Je kunt functies van seksualiteit noemen en verschillen in opvatting, normen en waarden daarover omschrijven.
Je kunt situaties noemen waarin het verstandig is genetisch advies in te winnen
Je kunt methoden van prenataal onderzoek beschrijven.
Je kunt voorbeelden geven van geslachtelijke voortplanting bij dieren.
Je kunt noodmaatregelen tegen ongewenste zwangerschap noemen.

Slide 2 - Tekstslide

Begrippen bij 2.3 Voortplantingsorganen van de vrouw
baarmoeder                                  Orgaan waarin zich het embryo ontwikkelt.
binnenste schaamlippen       Huidplooien die vocht (kunnen) aanmaken.
buitenste schaamlippen        Behaarde huidplooien.
clitoris                                             Geslachtsorgaan van de vrouw; bestaat uit zwellichamen                                                                                    (inwendig) en clitoriseikel (uitwendig).
eierstok                                           Deel dat eicellen produceert.
eileider                                            Transport van eicellen van de eierstok naar de baarmoeder.
vagina (schede)                          Tunnel tussen de baarmoeder en de vulva.
vulva                                                 Uitwendige delen van het vrouwelijk voortplantingsstelsel.

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

Vandaag
  • Terugblik met Lesson Up vragen 
  • Uitleg 2.2 Vrouwelijke voortplantingsorganen

Tweede uur:
  • Biobits aflevering 1 
  • opdrachten 2.2 maken volgens de planner (doe ook Test jezelf online).

Slide 5 - Tekstslide

Wat hoort bij de mannelijke geslachtsorganen?
A
Zaadblaasje, urineleider en de zaadleider
B
Teelbal, bijbal en de zaadleider
C
prostaat, urineblaas en zaadleider
D
Bijbal, blaas en zaadleider

Slide 6 - Quizvraag

In welk onderdeel van het mannelijk geslachtsorgaan worden zaadcellen opgeslagen?
A
zaadballen
B
zwellichaam
C
prostaat
D
bijballen

Slide 7 - Quizvraag

Hoe heet het deel van de mannelijk geslachtsorgaan aangegeven met nummer 4?
A
Zaadblaasje
B
Urineblaas
C
Zaadleider
D
Prostaat

Slide 8 - Quizvraag

Deze twee onderdelen van het mannelijk geslachtsorgaan voegen vocht toe aan de zaadcellen
A
nr 1 en 3
B
nr 3 en 4
C
nr 4 en 8
D
nr 3 en 8

Slide 9 - Quizvraag

Welk nummer hoort bij welk onderdeel van het mannelijke geslachtsorgaan?
zaadbal
bijbal
prostaat
zaadblaasje
penis
zaadleider
1
2
3
4
5
6
7

Slide 10 - Sleepvraag

Vulva
  • Clitoriseikel, eromheen huidplooi= clitorishoed + zwellichamen
  • Binnenste schaamlippen, klieren die slijm produceren
  • Maagdenvlies
  • Clitoris: is gevoelig voor seksuele prikkels
  • Door te wrijven over de clitoris kan een vrouw een orgasme krijgen.
  • Een ander woord voor orgasme is klaarkomen

Slide 11 - Tekstslide

Clitoris
Bovenaan tussen de schaamlippen ligt de top van de clitoris de clitoriseikel.
Deze is gevoelig voor aanraking. Hieromheen ligt een huidplooi de clitorishoed.

De zwellichamen liggen onder de schaamlippen. De zwellichamen vullen zich met bloed bij seksuele opwinding. De wand van de binnenste schaamlippen maakt dan vocht. Daardoor wordt de toegang tot de vagina gladder.




Slide 12 - Tekstslide

Clitoris
Clitoris en penis

Slide 13 - Tekstslide

clitoris in rust

clitoris bij opwinding 

Slide 14 - Tekstslide

inwendige geslachtsorganen (vrouw)
De eileiders vervoeren de eicellen richting de baarmoeder (als hij bevrucht is).  Eicellen kunnen namelijk niet zelf bewegen.
onbevruchte eicellen worden afgebroken in de eileider.

Bij geslachtgemeenschap kan sperma in de vagina (schede) komen. De zaadcellen bewegen dan met hun zweepstaart richting de baarmoeder en eileider. 

1 zaadcel kan 1 eicel bevruchten. 

De wand van de baarmoeder is een dikke spierlaag en is bedekt met slijmvlies. Dit slijmvlies is het "nestmatriaal" voor een bevruchten eicel.





Slide 15 - Tekstslide

Waar worden eicellen geproduceerd bij het vrouwelijke voortplantingsstelsel?
A
In de vagina
B
In de eileider
C
In de baarmoeder
D
In de eierstokken

Slide 16 - Quizvraag

Welk deel van het vrouwelijk voortplantingsstelsel kan prikkels opvangen die leiden tot een orgasme?
A
Buitenste schaamlippen
B
Vagina
C
Baarmoeder
D
Clitoris

Slide 17 - Quizvraag

In welk deel van het vrouwelijk voortplantingsstelsel vindt meiose plaats?
A
In de eierstokken
B
In de eileiders
C
In de baarmoeder
D
In de vagina

Slide 18 - Quizvraag


Twee beweringen over de organen van het vrouwelijk voortplantingsstelsel zijn:
1. De functie van de eileiders is het tijdelijk opslaan van de eicellen.
2. Bij de meeste vrouwen is de clitoris gevoeliger voor seksuele prikkels dan de vagina.
Welke van deze beweringen is of zijn juist?



A
alleen bewering 1 is juist
B
alleen bewering 2 is juist
C
beide beweringen zijn juist
D
beide beweringen zijn onjuist

Slide 19 - Quizvraag

Welk deel van het vrouwelijk voortplantingsstelsel produceert slijm waardoor de sex soepeler verloopt?
A
Kleine schaamlippen
B
Grote schaamlippen
C
Vagina
D
Maagdenvlies

Slide 20 - Quizvraag

Aan de slag
Huiswerk opdrachten volgens je planner van 2.1 en 2.2 maken, ook test jezelf doen online

Slide 21 - Tekstslide