5.1, 5.2 en 6

5.1 Het proces van politieke socialisatie
5.2 Politieke ideologieën en de belangrijke politieke stromingen
6 paradigma's
1 / 35
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijwetenschappenMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

In deze les zitten 35 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

5.1 Het proces van politieke socialisatie
5.2 Politieke ideologieën en de belangrijke politieke stromingen
6 paradigma's

Slide 1 - Tekstslide

Politieke cultuur

In ieder land is er een andere politieke cultuur, denk aan de verschillen tussen Amerika, Engeland, Nederland of Duitsland.


Alle politiek relevante tradities, kennis, opvattingen en oordelen die kenmerkend zijn voor een land, maar ook voor groepen daarbinnen en voor groepen/organisaties die de landsgrenzen doorkruisen.

Slide 2 - Tekstslide

Politieke socialisatie

“het proces van overdracht en verwerving van de politieke

cultuur van de groep(en) en samenleving waar mensen toe behoren. 

Het proces bestaat uit opvoeding, opleiding en andere vormen van omgang met anderen”.

Slide 3 - Tekstslide

Politieke socialisatie
Kan bewust of onbewust (internalisatie) plaatsvinden.

Bij botsing van meningen > maatschappelijk conflict:
"Een situatie waarin individuen, groepen en/of staten elkaar tegenwerken om de eigen doelen te bereiken"

Slide 4 - Tekstslide

Politieke socialisatoren

- Politici

- Ouders

- Docenten (scholen doen aan burgerschapsvorming)

- Idolen

- Leeftijdsgenoten

- Media

Slide 5 - Tekstslide

Burgerschapsvorming

Het is de taak van scholen om leerlingen te socialiseren tot democratische burgers die zich betrokken weten bij elkaar (de samenleving) en de overheid.


Bv. (1) vrijheid van meningsuiting / (2) gelijkwaardigheid / (3) begrip voor anderen / (4) verdraagzaamheid / (5) zelfsbeschikkingsrecht

Slide 6 - Tekstslide

Framingstheorie
> Onderwerpen worden in de media op een bepaalde manier gepresenteerd en geïnterpreteerd.

> Media gebruikt frames door onderwerpen op bepaalde manier aan te vliegen en te bepalen hoe wij ergens naar kijken

> Mening wordt bijgesteld door mediaframe

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

Ideologie

Slide 10 - Tekstslide

Ideologie
Een samenhangend geheel van beginselen en denkbeelden,
meestal uitmondend in ideeen over de meest wenselijke
maatschappelijke en politieke verhoudingen.

Slide 11 - Tekstslide

Ideologie

Dimensies van standpunten:

- Links vs. rechts (economische kwesties)

- Progressief vs. conservatief (ethische kwesties)

- Nationalisme vs. internationalisme
(openheid t.o.v. andere landen)

- Materialisme vs. postmaterialisme
(gericht op tastbare of ontastbare zaken)

Slide 12 - Tekstslide

Waar gaan ideologieen over?

- Politiek: Hoe moet de macht verdeeld worden?

- Economie: Hoe moeten goederen geproduceerd en verdeeld worden?

- Cultuur: Hoeveel vrijheid mogen mensen (ten opzichte van de overheid) hebben?

Slide 13 - Tekstslide

De 3 grote ideologieen in NL
Socialisme/sociaaldemocratie
Gelijkwaardigheid en een sterke rol van de overheid om dit te kunnen realiseren. Opkomen voor de zwakken!
Liberalisme
Individuele rechten en individuele vrijheden. Leven en laten leven!
Confessionalisme
Christelijke waarden, naastenliefde, rentmeesterschap, harmonie en samenwerking. Maatschappelijk middenveld!

Slide 14 - Tekstslide

De 3 ideologieen over politiek
Socialisme/sociaaldemocratie
Meer inspraak voor burgers, bijvoorbeeld door referenda.
Liberalisme
Linkse liberalen (bv. D66) willen meer invloed voor burgers, rechtse liberalen niet.
Confessionalisme
Het is belangrijk dat burgers kiezen welke politici hen vertegenwoordigen, het invoeren van referenda is niet niet nodig.

Slide 15 - Tekstslide

De 3 ideologieen over economie
Socialisme/sociaaldemocratie
Belangrijke rol van de overheid in de economie om te zorgen voor meer gelijkheid tussen burgers (bv. belasting/uitkering).
Liberalisme
Economische vrijheid en eigen verantwoordelijkheid. De overheid moet zich niet teveel bezighouden met de productie en verdeling van goederen.
Confessionalisme
Dilemma. Enerzijds is naastenliefde belangrijk, anderzijds ook voorstander van eigen (gezamenlijke) verantwoordelijkheid.

Slide 16 - Tekstslide

De 3 ideologieen over cultuur

Socialisme/sociaaldemocratie
Vrijheid om eigen cultuur na te leven.

Alle culturen zijn gelijkwaardig, maar emancipatie (versterken van de positie van zwakkeren) mag niet tegengehouden worden.

Liberalisme
Individuele vrijheid belangrijk. Mensen mogen zelf weten welke cultuur zij naleven, zolang het de vrijheid van anderen niet in de weg zit.
Confessionalisme
Harmonie tussen culturen is belangrijk, mensen mogen hun eigen cultuur naleven. Dit mag echter niet ten koste gaan van de Nederlandse cultuur of van Bijbelse principes en normen.

Slide 17 - Tekstslide

De 3 ideologieen in partijen

Socialisme/sociaaldemocratie
PvdA, SP, Groenlinks, PvdD, 50Plus, Denk


Liberalisme

D66, VVD,

Conservatisme: PVV, FvD

Confessionalisme
CDA, Christenunie, SGP

Slide 18 - Tekstslide

Welke politieke socialisatoren kan je noemen?

Slide 19 - Open vraag

Wat is een ideologie?

Slide 20 - Woordweb

Links
Rechts
PvdA
VVD
Je eigen boontjes doppen
progressief belastingstelsel

Slide 21 - Sleepvraag

Progressief
Conservatief

Slide 22 - Sleepvraag

Nationalisme
Internationalisme

Slide 23 - Sleepvraag

Politiek
Politiek
Politiek
Economie
Economie
Economie
Cultuur
Cultuur
Cultuur
stimuleren van christelijke scholen
stimuleren van handel in bitcoins
Stimuleren van gelijke verdeling mannen/vrouwen in de regering
stimuleren van homorechten

Slide 24 - Sleepvraag

Bedenk twee kritiekpunten op deze indeling?
Welke partij zou je ook in een ander hokje kunnen stoppen?

Slide 25 - Open vraag

6. Paradigma's

Slide 26 - Tekstslide

Wat moet je kunnen:
visies op socialisatie en politieke socialisatie vanuit drie sociaalwetenschappelijke paradigma’s onderscheiden

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Tekstslide



Voor de samenleving als geheel en voor het politieke systeem is socialisatie het middel om de (politieke) cultuur over te dragen en steeds weer te laten voortbestaan, zij het dat die (politieke) cultuur wel kan veranderen in de loop van de tijd. 


Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide

Vanuit het conflict-paradigma wordt bij (politieke) socialisatie aandacht besteed aan de betekenis van de socialisatie voor ongelijkheid in de samenleving en voor ongelijke machtsverhoudingen en (potentiële) conflicten op lokaal, (inter)nationaal of mondiaal niveau.

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Tekstslide

Het sociaal constructivisme stelt dat verschijnselen
sociale constructies zijn. 
De werkelijkheid is dan ook sociaal geconstrueerd.
Dit wil zeggen dat ‘de’ werkelijkheid niet bestaat en dat wat men ziet als ‘werkelijkheid’ sterkt afhangt van de sociale context waarin men verkeert. 

Wat mensen voor waar aannemen. De manier waarop ze de werkelijkheid kennen, is ontstaan in onderlinge interacties en is gerelateerd aan het perspectief. 

Slide 34 - Tekstslide

Bij socialisatie is er  vooral aandacht voor het persoonlijke ontwikkelingsproces waarbij individuen onder invloed van de sociale, politieke, economische en culturele omgeving hun eigen identiteit en hun eigen sociale realiteit construeren en daardoor in algemene zin maatschappelijk en politiek gesocialiseerd worden

Slide 35 - Tekstslide