Perfectum -2
1 / 17
Lesduur is: 30 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Herschrijf de zin:
Ik heb vandaag (fietsen)
Ik heb vandaag (fietsen)
Slide 2 - Open vraag
Herschrijf de zin:
Wij hebben vandaag (werken)
Wij hebben vandaag (werken)
Slide 3 - Open vraag
Herschrijf de zin:
Jullie zijn naar huis (gaan)
Jullie zijn naar huis (gaan)
Slide 4 - Open vraag
Herschrijf de zin:
Ik heb jullie het gisteren al (vertellen)
Ik heb jullie het gisteren al (vertellen)
Slide 5 - Open vraag
Herschrijf de zin:
Zij heeft gisteren al teveel (praten)
Zij heeft gisteren al teveel (praten)
Slide 6 - Open vraag
Herschrijf de zin:
Ben je al naar Spanje (reizen)?
Ben je al naar Spanje (reizen)?
Slide 7 - Open vraag
Herschrijf de zin:
Rohini heeft haar huiswerk op tijd (inleveren)
Rohini heeft haar huiswerk op tijd (inleveren)
Slide 8 - Open vraag
Herschrijf de zin:
Yamani heeft gisteren de mail (beantwoorden)
Yamani heeft gisteren de mail (beantwoorden)
Slide 9 - Open vraag
Slide 10 - Tekstslide
Schrijf een actie met GAAN
Slide 11 - Open vraag
Schrijf een actie met WERKEN
Slide 12 - Open vraag
Schrijf een actie met LUISTEREN
Slide 13 - Open vraag
Schrijf een actie met REIZEN
Slide 14 - Open vraag
Schrijf een actie met SPELEN
Slide 15 - Open vraag
Schrijf een actie met VERTELLEN
Slide 16 - Open vraag
Schrijf een actie met LEZEN
