specifiek rapporteren

• Beveiliging
• MBO
• Studiejaar 1

Specifiek rapport

• Schrijf zakelijk;
  
• Schrijf eenvoudig en duidelijk;
  
• Gebruik alinea’s;
  
• Schrijf voluit, gebruik geen afkortingen
  
• Schrijf in de verleden tijd;
  
• Gebruik de redenen van wetenschap
  
• Vermeld tijdstippen uit 24 uurssysteem 09.43 uur
  

AVONDBAR

• Aanhef: adres van het bedrijf en afdeling
  
• A = aan
  
• V= van
  
• O= onderwerp
  
• N= nummer
  
• D= datum
  
• B= bijlage
  
• A= afschriften
  
• R= rapport
  
• 
  

Opening:

• Hoe ontdekte de rapporteur het incident?
  
• Vermelding dag, datum, uur, dienstuitvoering.
  
• De aard en omvang van het incident en de plaats waar het plaatsvond.
  

Waarneming rapporteur:

• Wie is of zijn er bij betrokken?
  
• Wat is er gebeurd?
  
• Waar is het gebeurd?
  
• Wanneer is het gebeurd?
  
• Waarmee is het gebeurd?
  
• Waarom is het gebeurd?
  
• Op welke wijze is het gebeurd?
  

• Betrokkenen
  
• Bijzonderheden
  
• Vermelding bij een incident waarbij een voertuig beschadigd is

• Signalement van verdachten, voertuigen;
  
• Informatie/ verklaringen betrokkenen, slachtoffers, deskundigen;
  
• Bijzonderheden over gebouwen, voorwerpen;
  
• NAW gegevens van betrokkenen, verzekeringsgegevens voertuigen, schade;
  
• weersomstandigheden, verkeersituatie.
  
• 
  

Maatregelen:

• Alarmeren of laten alarmeren van interne en/of externe hulpdiensten;
  
• Afsluiten, afzetten, strooien, veiligstellen van sporen/ eigendommen, voorkomen van uitbreiding gevaren.
  

Afwikkeling

• Opruimen, herstel van schade, wanneer de situatie weer normaal was en hoe de afloop was;
  
• Informatie over slachtoffers;
  
• Informatie over eventueel letsel/schade;
  
• Informatie van hulpdiensten.
  (ambulance, brandweer, politie)

Afsluiting

• Korte aantekening in het dienstrapport; 
• Wanneer de dienst weer hervat is; 
• Afsluiting en ondertekening. 

Aandachtspunten:

• tijdstippen
• namen van betrokkenpersonen

Nog een paar aandachtspunten

signalementen van personen/ voertuigen

schrijf in de verleden tijd

schrijf de waarnemingen in de redenen van wetenschap. (Ik zag, ik hoorde, ik voelde, ik proefde, ik rook)

Opdracht:

1. In teams staat casus 1. 
2. Je gaat deze casus maken en levert de gemaakte opdracht in bij mw. Schraa en mw. Boelman via de mail.

[e-mail] en [e-mail] 

3. Je levert de opdracht voor 17.00 uur in op vrijdag 8 januari.