C2 wk 6, les 1

Wat gaan we doen?

  • Reclames van Viktor & Robin , Deekshita & Hailey
  • Wat komt er op de toets?
  • Uitleg grammatica door mevrouw Anne Rose
  • Woordspel rendictee
  • Tijd over? Kahoot.
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
NT2Voortgezet speciaal onderwijsLeerroute 2

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Wat gaan we doen?

  • Reclames van Viktor & Robin , Deekshita & Hailey
  • Wat komt er op de toets?
  • Uitleg grammatica door mevrouw Anne Rose
  • Woordspel rendictee
  • Tijd over? Kahoot.

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Je gaat een reclame maken voor een zelf bedacht apparaat. 
1. Presenteer je zelf bedachte apparaat aan de klas. 
2. Waarom is het apparaat zo goed? Wat vind je er leuk aan? 3. Wat kun je ermee doen? Waarom moet iemand anders het ook gaan gebruiken?

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat komt er op de toets?

  • DISK woordenschat thema 9 'technologie' (gevorderd)
  • Verleden en voltooide tijd (regelmatig)
  • Hoofd- en bijzinnen
  • Meervoud zelfstandige naamwoorden
  • Positiewerkwoorden (leggen, zetten, staan, hangen)


Ik zal morgen tijdens de les nog meer uitleg geven over de inhoud van de toets.

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Uitleg mevrouw Anne Rose
Over de positiewerkwoorden (leggen, zetten, staan, hangen).

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Plurals ending with 's, s or -en

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Pluralis
kool - kolen 
boon - bonen
been - benen
-en 
een syllable (LETTERGREEP)


uien, kolen, bonen
benen, rampen, koppen, spellen
uitzondering:
aardappelen
sinaasappelen

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Pluralis
-en 
een syllable (LETTERGREEP)


-s 
meer syllables 
eindigend op - el, -em, -en, -er, -e

 
leenwoorden van een syllable: 
uien, kolen, bonen
benen, rampen, koppen, spellen
uitzondering
aardappelen
sinaasappelen
winkels, bezems, levens, emmers, kades
courgettes, aubergines, wortels
films

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Pluralis
-en 
een syllable (lettergreep)


-s 
meer syllables: 
eindigend op: - el, -em, -en, -er, -e

 
leenwoorden van een syllable: 
-'s 
eindigend op a, i, o, u of y 

uien, kolen, bonen
benen, rampen, koppen, spellen
uitzondering
aardappelen
sinaasappelen
winkels, bezems, levens, emmers, kades
pinda's, kiwi's, auto's, menu's, baby's
courgettes, aubergines, wortels
films
uitspraak

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

geen meervoud
words of quantity
De banaan kost dertig cent.  Het kost maar een paar centen.

Ik ben vijftig jaar.  Ik heb er jaren gewerkt.

Het duurt zes uur.   Ik heb uren gewacht.

Ik heb acht euro nodig.  Heb jij nog euro's?

Het weegt tien kilo. We hebben kilo's aardappelen.
woorden van hoeveelheid

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Let op! Heeft het enkelvoud twee klinkers of een ij ?
- Is de laatste letter een ? Je schrijft het meervoud met een v.
één neef - twee neven
één vijf - vijf vijven 

- Is de laatste letter een s ? Je schrijft het meervoud met een :
één huis - vier huizen
één prijs - drie prijzen 

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is goed?
A
menus
B
menu's

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is goed?
A
stoels
B
stoelen

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het meervoud van
KAAS
A
kaazen
B
kazen
C
kaasen
D
kasen

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is goed?
A
komkommer's
B
komkommeren
C
komkomers
D
komkommers

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het meervoud van
OLIFANT
A
olifantjes
B
olifantje
C
olifanten
D
olifantten

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het meervoud van
kind
A
kinden
B
kinds
C
kinderen
D
kind's

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is goed?
A
lamps
B
lamp's
C
lampen
D
lamppen

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wanneer maak je meervouden met 's?

Slide 19 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is goed?
A
geintjes
B
geintje's

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

TECHNOLOGIE (DISK 9)

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

woorden technologie
(disk 9)

Slide 22 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Rendictee
Maak teams (tweetallen).

Wie doet wat?
Één leerling gaat rennen en onthouden.
Één leerling gaat met het woord een zin
schrijven.
Het groepje met de meeste correcte zinnen is de winnaar!


Slide 23 - Tekstslide

De docent bespreekt na afloop de betekenis van de woorden.
Kahoot DISK woordenschat
Technologie 9 (gevorderd)
https://create.kahoot.it/details/c8818f80-ce32-4590-962e-69a3f906763a

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Practise conversation
Praat over je huis.
Gebruik de volgende zinnen:
Hoe ziet jouw huis eruit? Wat vind je leuk aan jouw huis? Wat vind je niet leuk aan jouw huis?
Ga om de beurt.

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies