Neurologische uitval + insult

Complexe zorg
Week 5
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
Zorg en WelzijnMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Complexe zorg
Week 5

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Programma
Lesdoelen
Tussentijdse beoordeling
Neurologische uitval en insult
Aan de slag
Afsluiting

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoelen
De student kan in eigen woorden aangeven wat een insult/ CVA/ TIA zijn en wat de FAST-test inhoud.
De student kan in eigen woorden aangeven wat neurologische verschijnselen zijn.
Er is geoefend met triage gesprekken .
De student heeft door middel van de tussentijdse beoordeling gereflecteerd op zijn/ haar houding en gedrag.

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

TRG DA2BOL periode 4
Neurologische uitval + insult 

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat komt er bij jou bij
het begrip
neurologische uitval?

Slide 6 - Woordweb

Bij neurologische uitval kan er sprake zijn van uitval van:
Motoriek - verlamming
Gevoel - verdoofd/tintelingen
Gehoor
Gezichtsvermogen
Spraak

Neurologische uitval kennen we vooral van een CVA (ook wel beroerte genoemd) 
Waarvoor staat de afkorting CVA?

Slide 7 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Er is maar één soort CVA/beroerte
A
Waar
B
Niet waar

Slide 8 - Quizvraag

Herseninfarct - arteriële afsluiting
Hersenbloeding (bloedig CVA) 
Bloeding in de hersenen - arteriële afsluiting

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Weet je ook waar de afkorting TIA voor staat? En wat is het verschil met een CVA?

Slide 10 - Open vraag

LET OP! iedere TIA is een CVA tot het tegendeel bewezen is
Kun jij de FAST-test uitleggen?
- Waarvoor staat de afkorting?
- Hoe kun je dit uitvragen?
- Moeten alle onderdelen afwijkend zijn om van neurologische uitval te spreken?

Slide 11 - Tekstslide

Face - gezicht - hangt er een mondhoek af? Je kunt patiënt vragen om met de tanden bloot te lachen 

Arms - is er uitval van kracht in de armen - laat patiënt beide armen voor zich uitsteken

Speech - hoe is de spraak van patiënt? Dubbele tong? Onsamenhangend? brabbelend? 

Time - Hoe lang zijn de klachten al aanwezig? 

Wanneer 1 onderdeel afwijkend is en dit is recent ontstaan gaan we uit van een CVA
'mond - spraak - arm - beroertealarm' 

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waarom is het van belang hoe lang de klachten al aanwezig zijn?

Slide 13 - Open vraag

Dit heeft te maken met de behandeling van een herseninfarct. 
Trombolyse: medicijnen die het stolsel op kan lossen kan tot 6 uur worden toegepast.

Tot 24 uur nieuwe behandeling --> intra arteriële trombolyse

Tot 24 uur evt. ook trombectomie (via katheter het stolsel verwijderen) 

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Je ziet in de triagewijzer dat je ook neurologische uitval kunt krijgen door een hernia. Wat weet jij van een hernia?

Slide 15 - Woordweb

HNP hernia nuclei pulposi - tussenwervelschijf puilt uit - oefent daardoor druk uit op een zenuwwortel - dit geeft uitstralende pijn.

Ezelsbruggetje - pijn van een hernia neemt toe bij Hoesten, Niezen, Persen (HNP...)

Wanneer de druk op de zenuwwortel groter wordt kan dit leiden tot zenuwbeschadiging en neurologische uitval --> gevoelsstoornis of krachtsverlies

Bij nekhernia - armen
Bij rughernia - benen
Neurologische uitval door hernia: U3 

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Insult

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat komt er in je op wanneer
je denkt aan het begrip
insult?

Slide 18 - Woordweb

Insult: plotselinge bewusteloosheid gepaard gaande met trekkingen, vaak met tongbeet, schuim op de mond en urineverlies. Duurt enkele minuten
Oorzaken van een insult
Oorzaken van een insult kunnen zijn:
- Epilepsie 
- Koortsstuip
- Schedeltrauma
-ALTE 
- Alcohol/drugs gebruik 

Slide 19 - Tekstslide

Epilepsie: aandoening van de hersenen waarbij aanvallen optreden

Koortsstuip: (6 mnd-5 jaar) Begin van koortsperiode, als temp snel oploopt. - trekkingen van armen/benen - enkele minuten

Schedeltrauma: insult bij recent schedeltrauma kan op hersenschade duiden

ALTE: Aparent Life Threatening Event (0-2 jaar) plotseling optredend - bleek, slap, blauw --> kind moet door ouders sterk gestimuleerd worden

Alcohol/drugs: bij verschillende soorten drugs of overmatig alcoholgebruik kunnen er ook insulten optreden
(Zonder triagewijzer)
Welke urgentie zet je in?
Man (39) heeft zojuist een insult gehad, duurde enkele minuten (trekkingen, schuim op mond) Niet bekend met epilepsie. Insult is nu voorbij. Geen drugs/alcohol gebruikt.
A
U1
B
U2
C
U3
D
U4

Slide 20 - Quizvraag

U2, niet bekend met epilepsie, insult voorbij. Spoed is geboden 
Wat valt er onder een U1 urgentie bij insult?
A
ALTE
B
Koortsstuip, stuip voorbij leeftijd < 6 mnd
C
Aanhoudend/repeterend insult
D
Alcohol/drug gebruikt

Slide 21 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bij een insult moet je als volgt handelen:
'Leg patiënt neer, stop iets in zijn/haar mond. Voorkom dat patiënt zich kan bezeren. Wanneer patiënt na trekkingen nog bewusteloos is: stabiele zijligging'
A
Juist
B
Onjuist

Slide 22 - Quizvraag

Onjuist, je mag niets in de mond van de patiënt stoppen. (dit werd vroeger wel gedaan) 
Peter belt over zijn vrouw: Haar mond hangt helemaal scheef aan de rechterkant en ze praat raar...een uur geleden was dit nog niet zo. Jij:
A
Geeft advies om dit nog even aan te zien, mogelijk een TIA, dit gaat binnen 24 uur over
B
Maakt een afspraak over enkele uren
C
Stuurt de huisarts op spoedvisite
D
Stuurt gelijk een ambulance

Slide 23 - Quizvraag

U1 urgentie, neurologische uitval (niet door een hernia) < 6 uur - mvr. kan een CVA hebben. 
Marije is bekend met een hernia in haar nek. Nu heeft ze het gevoel dat ze in haar linkerarm minder kracht heeft. Jij:
A
Maakt een afspraak binnen een uur voor Marije
B
Stuurt een ambulance naar Marije toe, ze heeft immers neurologische uitval
C
Maakt met Marije een afspraak binnen enkele uren
D
Stelt Marije gerust, deze klachten horen bij een hernia

Slide 24 - Quizvraag

U3 urgentie - neurologische uitval door hernia
Welke van de volgende antwoorden hoort bij urgentie U2?
A
Coördinatiestoornis langer dan 6 uur
B
Coördinatiestoornis korter dan 6 uur
C
Neurologische uitval i.c.m. stollingsstoornis
D
Neurologische uitval door hernia

Slide 25 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag
Afmaken formats
Ruimte voor feedback
Intervisie?
Elkaar beoordelen?
Oefenen triage

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Afsluiting
BSL modules:
triage: module kortademig
                   triage: module allergische reactie of insectensteek

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies