H: Verlichting/Franse Revolutie #2

Wat was de bijnaam van Lodewijk de XIV?
A
In best mantsje
B
Zonnekoning
C
Eerste Burger
D
Godenzoon
1 / 17
volgende
Slide 1: Quizvraag
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Wat was de bijnaam van Lodewijk de XIV?
A
In best mantsje
B
Zonnekoning
C
Eerste Burger
D
Godenzoon

Slide 1 - Quizvraag

Lodewijk onderbouwde zijn heerschappij met de Franse uitspraak 'Droit Divin'. Wat zou dat betekenen?
A
Goddelijk Recht
B
Zelf Gekozen
C
Eerste onder Adel
D
Koning van het Volk

Slide 2 - Quizvraag

Wat betekent absolutisme?
A
Dat een heerser alleen de macht met adel deelt
B
Dat de monarchie wordt afgeschaft
C
Dat een heerser alle (absolute) macht heeft

Slide 3 - Quizvraag

Lodewijk pakte de adel macht van de adel af via....
A
Afleiding met vrouwen
B
Taakjes in het paleis
C
Door ze ontheffing van belasting te geven
D
Dat deed hij niet

Slide 4 - Quizvraag

Het paleis van Lodewijk XIV heette?
A
Sans-Cardot
B
Versalles
C
Versailles
D
Versuvialles

Slide 5 - Quizvraag

  • Door de vordering van de wetenschap begon men te geloven dat je met je verstand het universum kon verklaren. Dit noemen we rationalisme. 
  • Men begon ook kritisch na te denken over het koningschap. Dat één man alle macht had, leek niet langer logisch. 
  • Er kwam ook kritiek op de kerk en het adelijke systeem.
  • Deze tijd van filosoferen, nadenken en bekritiseren noemen we de verlichting.
  • Door de verlichting zou de ratio (verstand) boven traditie en geloof geplaatst worden.

Slide 6 - Tekstslide

  • John Locke was een Verlichtingsfilosoof die bedacht dat elk mens gelijke rechten had. Een absoluut heerser was dus een dom idee.
  • John Locke's ideeën sloegen aan in Engeland. Daar werd de koning afgezet en werd een nieuwe (Nederlandse; Willem III) koning gekozen die moest luisteren naar de vertegenwoordigers van het volk.
  • De vertegenwoordigers van het volk kwamen samen in een parlement.

Slide 7 - Tekstslide

  • Franse koning Lodewijk wilde niets van de Verlichtingsfilosofen weten. Hem tegenspreken was streng verboden.
  • Filosofen zoals Montesqiueu moesten hun ideeën in het geheim verspreiden. Montesquieu bedacht de Trias Politica > Deze moest voorkomen dat de macht bij één persoon kwam te liggen en dus misbruikt kon worden.

Slide 8 - Tekstslide

Wat is géén onderdeel vd Trias Politica?
A
Wetgevende Macht
B
Uitvoerende Macht
C
Controlerende Macht
D
Rechtsprekende Macht

Slide 9 - Quizvraag

Welk onderdeel vd Trias Politica kan mensen oppakken en (tijdelijk) vasthouden?
A
Wetgevende
B
Uitvoerende
C
Rechtsprekende

Slide 10 - Quizvraag

Welk onderdeel vd Trias Politica bepaalt schuld en legt straffen op?
A
Wetgevende
B
Uitvoerende
C
Rechtsprekende

Slide 11 - Quizvraag

Welk onderdeel vd Trias Politica maakt de regels?
A
Wetgevende
B
Uitvoerende
C
Rechtsprekende

Slide 12 - Quizvraag

De macht van de Engelse koning werd ingeperkt door het...
A
Trias Politica
B
Parlement
C
Raadshuis
D
Volksvergadering

Slide 13 - Quizvraag

Wie bedacht dat elk mens rechten heeft?
A
John Locke
B
Montesquieu
C
Rousseau
D
Elvis

Slide 14 - Quizvraag

Wie bedacht dat de macht niet bij één persoon mag liggen?
A
John Locke
B
Rousseau
C
Montesquieu
D
Barbapappa

Slide 15 - Quizvraag

Hoe noemen we de periode waarin men kritischer gaat worden naar tradities en politiek?
A
Reformatie
B
Hervorming
C
Verlichting
D
Vernieuwing

Slide 16 - Quizvraag

Wat is een andere naam voor het verstand?
A
Pathos
B
Ratio
C
Verlichting
D
Illuminos

Slide 17 - Quizvraag