Powercollege 4_De Europese Unie en Europa

PC4 De EU en Europa
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijwetenschappenMiddelbare schoolvmbo g, t, mavoLeerjaar 3

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

PC4 De EU en Europa

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Je weet wat de EU is.
  • Je kunt voordelen en nadelen van de EU voor Nederland benoemen.
  • Je kunt verschillen tussen West-Europa en Oost-Europa benoemen en uitleggen.
  • Je kunt verschillen tussen kapitalisme en communisme beschrijven.

Slide 2 - Tekstslide

De E.U. bestaat uit 27 landen
A
Waar
B
Niet waar

Slide 3 - Quizvraag

Wat is de hoofdstad van Europa?
A
Amsterdam
B
Berlijn
C
Brussel
D
Parijs

Slide 4 - Quizvraag

Turkije is lid van de E.U.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 5 - Quizvraag

Veel landen in oost-Europa hebben een vertrekoverschot
A
Waar
B
Niet waar

Slide 6 - Quizvraag

Voel jij je burger van de EU?
A
Helemaal wel
B
Helemaal niet
C
een beetje
D
weet niet

Slide 7 - Quizvraag

Ben je voor of tegen de EU met een gezamenlijke munt (euro)
A
voor
B
tegen
C
weet niet
D
alleen met rijke landen

Slide 8 - Quizvraag

Mag iedereen van jou vrij reizen door de EU voor werk, studie, vrije tijd?
A
nee
B
ja
C
niet als dat ten koste gaat van NL
D
weet niet

Slide 9 - Quizvraag

Heeft Nederland voordeel van de EU of betalen we teveel
A
we hebben voordeel
B
we betalen teveel
C
we hebben vooral nadelen
D
de EU doet te weinig

Slide 10 - Quizvraag

De EU moet meer doen ...
A
voor het klimaat
B
tegen vluchtelingen
C
een eigen leger
D
meer democratie in de EU

Slide 11 - Quizvraag

DE EU moet minder doen
A
De EU bemoeit zich teveel met NL
B
Nederland heeft te weinig invloed op de EU
C
Ons geld gaat vooral naar anderen
D
De EU doet te weinig tegen vluchtelingen

Slide 12 - Quizvraag

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Wat vind jij belangrijk aan de EU
A
democratie en vrijheid
B
de euro
C
gedeelde geschiedenis
D
bewaken buitengrens

Slide 19 - Quizvraag

De toekomst van de EU
A
landen moet meer zelf beslissen
B
De EU moet de verenigde staten van europa worden
C
Burgers moeten meer direct invloed kunnen uitoefenen op de EU
D
EU moet meer dingen centraal gaan doen, bijvoorbeeld eigen leger

Slide 20 - Quizvraag

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Voordelen
  1. Een grotere EU kan meer invloed uitoefenen in de wereld (politiek en economisch).
  2. Grotere welvaart voor alle lidstaten door meer handel.
  3. Meer stabiliteit in Europa, dus minder kans op conflicten. Samenwerking betekent immers vrede. 
Nadelen
  1. Nog meer leden = nog lastiger om besluiten te nemen.
  2. Meer EU = grotere angst eigen identiteit te verliezen.
  3. Oude 'rijkere' EU leden moeten nog meer zwakkeren steunen.
  4. Komt van goedkope arbeidsmigranten uit Oost-EU.
  5. De relatie met Rusland komt onder druk te staan. 

Slide 23 - Tekstslide

Asiel
Asiel = Het recht van een land om binnen zijn territorium bescherming te bieden aan mensen die in een ander land worden vervolgd vanwege een andere identiteit, bijvoorbeeld op basis van godsdienst, nationaliteit, politieke overtuiging of seksuele geaardheid.
Uitdaging aan de zuidgrens van de EU

Slide 24 - Tekstslide

Mijn voorkeur gaat uit naar
A
Kapitalisme
B
Communisme

Slide 25 - Quizvraag

Slide 26 - Link