omgangskunde les 3

Wat weet jij nog van de vorige les?
1 / 43
volgende
Slide 1: Open vraag
Zorg en WelzijnMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 43 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Wat weet jij nog van de vorige les?

Slide 1 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Arbeidsovereenkomst
  • arbeidsovereenkomst: 
  • primaire en secundaire arbeidsvoorwaarde
  • arbeidsovereenkomst voor bepaalde en onbepaalde tijd
  • cao
  • ontslag op staande voet
  • arbeidstijdenwet
  • minimumjeugdloon



Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doel les 3
Ik weet wat methodisch werken is
Ik (her) ken de 5 stappen van methodisch werken 
Ik begrijp het belang van werken  met de verschillend plannen 
Ik kan onderscheid maken tussen de verschillend plannen
Ik herken het verschil tussen objectief/subjectief waarnemen

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waarom methodisch werken
  • Jij weet zeker dat jou doelen behaald worden 
  • Iedereen weet welke zorg gegeven moet worden gegeven  aan de patiënt
  • De samenwerking met collega’s soepeler verloopt
  • De overdracht aan collega’s gemakkelijker wordt

Begrip continuïteit van zorg

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is methodisch werken
De manier waarop jij volgens een plan je werkzaamheden uitvoert om een bepaald doel te bereiken

Slide 5 - Tekstslide

Als helpende zorg en welzijn doe je nooit zomaar iets .Je wilt altijd iets bereiken met de taken die je uitvoert. Je probeert altijd een doel te behalen. Door methodisch te werken zorg je ervoor dat je jouw doel(en) daadwerkelijk behaalt. 

Slide 6 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Methodische stappenplan

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorbereiden
Voor wie is het?
Wat is het doel/ wat wil mijn klant



Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Plan van aanpak maken
  1. wie zijn erbij?
  2. wat wil ik bereiken?
  3. wat moet er gebeuren
  4. welke manier van werken kies ik?
  5. waar moet het gebeuren?
  6. wanneer moet het gebeuren?




Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Uitvoeren
taken/ werk afstemmen met collega's.
opruimen/ nazorg

werkzaamheden bijstellen.
tijdsplanning

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Evalueren
  1. wat ging (niet) goed?
  2. waarom (niet) goed?
  3. wat de volgende keer anders doen?
  4. hoe werk ik? Hoe voel ik mijzelf?


Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

opdracht 1 oefenen met methodisch werken

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Gegevens verzamelen
Je verzamelt gegevens om:
  • De problemen van de zorgvrager en de doelen te kunnen vaststellen. 

Gegevens verzamelen doe je methodisch door:
  • Te observeren;
  • Te onderzoeken aan de hand van een plan;
  • Gesprekken te voeren met de zorgvrager en zijn naasten. 

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

0

Slide 14 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Het verpleegplan/ zorgleefplan
Er staat beschreven:  
  • waarom de zorgvrager hulp nodig heeft 
  • welk doel de zorgvrager voor ogen heeft 
  • welke activiteiten door verpleegkundigen uitgevoerd worden  
  • door wie de overige zorg wordt verleend 
  • voor hoelang de zorg wordt verleend
  • wanneer de zorg geëvalueerd wordt




Slide 15 - Tekstslide

De verzorgende en de zorgvrager (of zijn vertegenwoordiger) bepalen samen hoe de zorg georganiseerd en uitgevoerd wordt. De afspraken hierover worden vastgelegd in het zorgplan. Daarin staat duidelijk omschreven welke zorg de zorgvrager krijgt, wanneer en met welk doel. Binnen zes weken vanaf de start van de zorg moet het zorgplan zijn gemaakt. Tijdens het verblijf van de zorgvrager in de instelling, wordt het zorgplan minimaal om de zes maanden besproken met de zorgvrager en/of zijn vertegenwoordiger.
Werken in de zorg en welzijn
  1. Methodisch werken
  2. Zorg(leef)plan
  3. Zorgdossier
  4. Activiteitenplan
  5. Leerplan

Slide 16 - Tekstslide

methodisch werken volgens plan
zorgleefplan is onderdeel van zorgdossier
- wat staat er in een zorgleefplan?
- wat staat er dan nog meer in een zorgdossier?
Zorgdossier
Een zorgdossier is een overeenkomst tussen zorgverleners en zorgvragers. 
  • wie de zorgvrager is, 
  • wat hij/zij nog zelf kan 
  • welke zorgvraag hij heeft
Dit is van tevoren bedacht en vastgelegd. 
Het behoud of vergrootten van de zelfredzaamheid is het uitgangspunt van het zorgdossier.
Het wordt ook wel een zorgplan, een ondersteuningsplan genoemd

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het zorgdossier

Slide 18 - Tekstslide

Het zorgplan is onderdeel van een zorgdossier. Elke zorgvrager heeft een persoonlijk zorgdossier. Wat is er te vinden in het persoonlijk zorgdossier?
Een standaardindeling van het zorgdossier kan er als volgt uitzien (organisaties kunnen op details afwijken van deze indeling):
  • Persoonsgegevens van de zorgvrager, zoals naam, geboortedatum, telefoonnummer, naam contactpersoon, naam specialist/huisarts en indicatiebesluit CIZ.
  • Zorgovereenkomst en algemene voorwaarden. Schriftelijke overeenkomst tussen zorgorganisatie en zorgvrager of zijn vertegenwoordiger, met daarin voorwaarden van de organisatie voor geleverde zorg. Er kan bijvoorbeeld in staan hoe en wanneer de zorg gewijzigd of beëindigd wordt, en hoe de betaling voor zorg en aansprakelijkheid van beroepsbeoefenaren geregeld is.
  • Medische zaken, zoals medische voorgeschiedenis, actuele diagnose, de wens van de zorgvrager om wel of niet gereanimeerd te worden, allergieën en donorschap.
  • Algemene beschrijving van de zorgvrager, zoals zijn levensloop en anamnese. De zorgvrager kennen is een voorwaarde voor goede en verantwoorde zorg. De levensloop is een verhaal over het leven van de zorgvrager, met hoogtepunten, dieptepunten, ervaringen en talenten. De voorgeschiedenis van de zorgvrager die tot beroepsmatige zorgverlening heeft geleid, geeft informatie over zelfzorgtekorten, zelfzorgvermogen en mantelzorg van de zorgvrager.
  • Checklist eerste gesprek met de zorgvrager, zoals aandachtspunten over zorgbehoeften en gezondheidsrisico’s voor mogelijk directe activiteiten.
  • Metingen van uitslagen en onderzoek.
  • Zorgplan.
  • Werkplan.
  • Rapportages. Alle beroepsbeoefenaren die direct en indirect bij de zorgverlening zijn betrokken rapporteren in het zorgdossier hun observaties..
Wat staat er nou allemaal in?
  • Persoonsgegevens 
  • Zorgovereenkomst en algemene voorwaarden.
  • Medische zaken
  • Algemene beschrijving van de zorgvrager (levensloop/anamnese)
  • Checklist eerste gesprek met de zorgvrager
  • Metingen van uitslagen en onderzoek
  • Zorgplan
  • Werkplan
  • Rapportages.







Slide 19 - Tekstslide

Het zorgplan is verdeeld over vier levensdomeinen:
  1.  de woon/leefomstandigheden;
  2.   de daginvulling volgens eigen interesse en onderhouden van sociale contacten (participatie);
  3.   het mentale (geestelijk) welbevinden;
  4.  het lichamelijke welbevinden en gezondheid.
 Activiteitenplan
  1. Wanneer vindt de activiteit plaats
  2. Wat houdt deze activiteit in
  3. Wie begeleidt/is verantwoordelijk voor de activiteit
  4. Waar vindt de activiteit plaats
  5. Welke bijzonderheden/benodigdheden zijn er met deze activiteit

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

LEERPLAN

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

In de dienstverlening kom je verschillende plannen tegen. Welke kun je tegenkomen?
A
zorg(leef)plan
B
behandelplan
C
activiteitenplan
D
Leerplan

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Beginsituatie vaststellen (info verzamelen)
Doelen formuleren
Plan maken
Plan uitvoeren
Evalueren 
Methodische cyclus

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Gegevens verzamelen aan de hand 
van de vijf zintuigen

  • Met je ogen 
  • Met je oren 
  • Met je neus
  • Met je smaak 
  • Met je tast 


Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

signaleren, observeren en rapporteren

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Gegevens verzamelen
Bij wie kun je allemaal gegevens gaan verzamelen?

  • De zorgvrager
  • De familie of mantelzorger
  • Andere professionals
  • Andere zorgverleners
  • Eigen observatie

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Signaleren;

Opvangen van signalen die niet kloppen

Let op gedrag van bewoners
en de omgeving



Observeren;

Bewust en doelgericht naar gedrag kijken

Let op je eigen interpretatie!


Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Een test
hoe vaak gooit de witte partij de bal?? 
Neem goed waar

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 29 - Video

Deze slide heeft geen instructies

rapporteren
  • de informatie uit signaleren en observeren geef je door aan anderen
  • meestal je team

hoe/ wanneer?
  • mondeling/ schriftelijk
  • tijdens werkoverleg/ overdracht

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

verder oefenen

Waarnemingsoefening

rapporteer mondeling wat je hebt waargenomen 
bij de volgende plaatjes

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

wat zie je?

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

hoeveel scenes tel je?

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

wat neem je waar?

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

en nu?

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

regels voor goed rapporteren
  • vertel alleen feiten en niet wat je zelf denkt
  • omschrijf wat je gehoord/ gezien hebt
  • geef alleen een conclusie als je op verschillende momenten heb geobserveerd
  • geef duidelijk aan dat het jouw conclusie is


Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het verschil tussen objectief en subjectief?
  • Objectief  kijken is zonder oordeel, alleen de dingen die je daadwerkelijk waarneemt
  • Subjectief zit vaak een waardeoordeel in, maar wat is een waardeoordeel dan?
  • Met een waardeoordeel spreken we uit dat iets goed, slecht, mooi, lelijk, leuk, saai, lekker of vies

Slide 39 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het is het mooiste huis van de straat.
A
Objectief
B
Subjectief

Slide 40 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht 2
Verschillende soorten plannen

Slide 41 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Noem de 5 stappen van methodisch werken

Slide 42 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Op de achterdeur zijn inbraaksporen zichtbaar.
A
Objectief
B
Subjectief

Slide 43 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies